Inhoudsopgave
Advertenties
Configureerbare instellingen
7
De itemnamen komen overeen met de menulabels in de bijbehorende installatie in de monitor.
De kolommen Configuratiegebruik en Bewakingsgebruik geven aan in welke werkingsmodus de
instelling beschikbaar/zichtbaar is. Indien beide kolommen zijn aangevinkt (
beschikbaar in beide modi. Indien slechts één kolom is aangevinkt, is de instelling alleen beschikbaar in
de betreffende modus.
Instellingen die in Configuratiegebruik zijn geconfigureerd, worden automatisch opgeslagen in de
IntelliBridge EC10-module.
Instellingen die selecteerbaar zijn in Bewakingsgebruik kunnen niet permanent worden opgeslagen.
Itemnaam
Apparaatalarmen
Standaardkleur
Verschillen in weergave van waarden
In bepaalde gevallen kunnen er verschillen bestaan tussen de numerieke waarden die zichtbaar zijn op
de patiëntmonitor en de numerieke waarden die zichtbaar zijn op het externe apparaat. De
onderstaande tabel geeft mogelijke redenen waarom dit kan optreden.
Situatie
Verschillen tussen de gemeten
of berekende parameterwaarden
die worden verwerkt in de
patiëntmonitor en de numerieke
waarden van aangesloten
externe apparaten.
Menulabel
✓
Apparaat
---
alarmen
✓
Standaard kleur
---
Mogelijke redenen
Er zijn berekende waarden in de patiëntmonitor die ook door het
externe apparaat worden geleverd. Deze waarden zijn direct of
indirect afhankelijk van andere metingen of eigen invoer (bijv. lengte
en gewicht) die kunnen verschillen tussen de patiëntmonitor en het
externe apparaat. Om deze reden kan dezelfde numerieke waarde met
enigszins verschillende waarden zichtbaar zijn.
Fabrieksinstelling
Opgenomen
Wit
7
), is de instelling
Gebruikersinstelling
Gebruik deze
kolom om uw
standaardinstellingen
in te voeren.
31
Advertenties
Inhoudsopgave
