5
Aanbouw handleiding
5.1 Terminal monteren
De console (Fig. 4/1) voor bevestigen van de
terminals (Fig. 4/2) rechts van de bestuurder in de
tractorcabine in het gezichtsveld en binnen
handbereik trillingvrij en elektrisch geleidend
vastschroeven.
De afstand tot zendapparatuur en/of zendantenne
moet minstens 1 m bedragen.
I
De terminal moet via de console een
goede massaverbinding met het
chassis van de tractor hebben!
Daarom voor montage van de console
op de bevestigingsplaatsen de verf
afkrabben!
De terminal voorzien van het bevestigingsstuk (Fig.
5/1) , in de console schuiven en met de vleugelbout
(Fig. 5/2) vastzetten.
5.2 Stekkerverbindingen
Voedingskabel (Fig. 6/1) aan de console bevestigen
en in de 12V-contactdoos van de tractor steken.
Console en terminal met de voedingskabel (Fig. 6/2)
verbinden.
Kabel van de zaaimachine met de machinestekker
(Fig. 6/3) na het aankoppelen van de zaaimachine
aan de trekker in de cabine van tractor voeren en de
machinestekker op de terminal aansluiten.
De machinestekker is voorzien van een veerbelaste
beugel om onverwacht ontkoppelen te voorkomen.
Voor het losmaken van de machinestekker moet de
hendel worden bediend.
Fig. 4
Fig. 5
Fig. 6
11
AMALOG+ DB2033
02.04