Snelkiesknoppen en snelkeuzenummers instellen
Snelkiesknoppen instellen met het bedieningspaneel
1
Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen.
2
Voer een faxnummer in.
Opmerkingen:
•
U kunt een telefoonkaartnummer opnemen als onderdeel van het faxnummer.
•
U kunt maximaal 64 cijfers gebruiken.
3
Houd een lege snelkiesknop gedurende twee seconden ingedrukt.
4
Als u aanvullende snelkiesknoppen wilt programmeren, herhaalt u stap 2 tot en met stap 3.
Opmerking: u kunt ook een lege snelkiesknop programmeren wanneer u wordt gevraagd een faxnummer op te
geven.
Snelkiesknoppen instellen met de computer
1
Stel de eerste vijf snelkeuzenummers in. Deze worden ingesteld als snelkiesknop 1, 2, 3, 4 en 5.
2
Zie "Snelkeuzenummers instellen" op pagina 55 voor meer informatie.
Snelkeuzenummers instellen
De snelkiesknoppen worden automatisch geprogrammeerd als u de eerste vijf snelkeuzenummers programmeert.
De eerste vijf toegewezen nummers worden ingesteld als snelkiesknop 1, 2, 3, 4 en 5.
1
Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram Geïntegreerde softwarepakketten.
2
Klik op Faxen.
3
Klik op Faxgeschiedenis of de faxinstellingen van de All-In-One beheren.
4
Klik op de tab Snelkeuze.
5
U voegt als volgt een nieuw faxnummer toe aan de snelkeuzelijst:
a
Klik op de volgende lege regel van de lijst.
b
Voer een faxnummer in.
c
Plaats de cursor in het veld Contactpersoon.
d
Voer de naam van de contactpersoon in.
e
Herhaal zo nodig stap a tot stap d op regel 2–89.
6
U voegt als volgt een faxgroep toe:
a
Ga naar regel 90.
Er verschijnt een nieuw invoervak.
b
Klik op de volgende lege regel van de lijst.
c
Voer maximaal 30 faxnummers in voor de groep.
d
Plaats de cursor in het veld Contactpersoon.
55