3
Druk op
.
4
Als u een fax naar een groep wilt verzenden (groepsfax), herhaalt u stap 2 en stap 3, op een van de hierboven
beschreven manieren, totdat u maximaal 30 faxnummers hebt opgegeven.
Faxen verzenden het bedieningspaneel
1
Controleer of de printer is ingeschakeld.
2
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag op de
glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften)
in de ADI. Plaats dergelijke items op de glasplaat.
3
Selecteer op het bedieningspaneel de modus Faxen.
4
Geef een faxnummer op; druk op Snelkiesnummer 1, 2, 3, 4 of 5; of druk op Telefoonboek om een nummer
in de snelkeuzelijst of groepskeuzelijst te selecteren. Zie "Faxnummer opgeven" op pagina 50 voor meer
informatie.
Opmerkingen:
•
Zie "Snelkiesknoppen instellen met het bedieningspaneel" op pagina 55 en "Snelkiesknoppen instellen
met de computer" op pagina 55 om snelkiesknoppen te programmeren.
•
Zie "Snelkeuzenummers instellen" op pagina 55 om de snelkeuzefunctie in te stellen.
5
Een fax verzenden naar een groep (groepsfax):
a
Druk op
.
b
Herhaal stap 4 tot u maximaal 30 nummers hebt opgegeven.
6
Druk op Zwart.
Het document wordt gescand en de fax wordt verzonden naar het nummer dat u hebt opgegeven.
Fax verzenden met de computer
U kunt met de software een document naar de computer scannen en het document naar iemand faxen.
1
Controleer of de printer is aangesloten op een computer en de printer en de computer zijn ingeschakeld.
2
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag op de
glasplaat.
Opmerking: plaats geen briefkaarten, foto's, kleine items of dunne voorwerpen (zoals knipsels uit tijdschriften)
in de ADI. Plaats dergelijke items op de glasplaat.
3
Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram Geïntegreerde softwarepakketten.
4
Klik op Faxen.
5
Klik op Document in de All-in-One faxen.
6
Volg de aanwijzingen op het scherm om de fax te verzenden.
51