A: Diafragmavoorkeuze
In de stand A kiest u zelf de diafragmawaarde en laat u de camera automa-
tisch de sluitertijd bepalen die voor een optimale belichting zorgt. Een klein
diafragma (hoge f/-getallen) resulteert in meer scherptediepte, waardoor
zowel het hoofdonderwerp als de achtergrond beide scherp zijn. Een groot
diafragma (lage f/-getallen) resulteert in een onscherpe achtergrond en laat
meer licht in de camera door, waardoor een groter fl itsbereik mogelijk is en
de kans op onscherpe opnamen afneemt. Stand A is alleen beschikbaar bij
gebruik van een CPU-objectief.
In de stand Diafragmavoorkeuze fotografeert u als volgt:
1
Draai de keuzeknop op A.
2
Draai de secundaire instelschijf rond om het
gewenste diafragma te kiezen.
3
Bepaal de uitsnede en druk af.
Waarschuwing belichting
Als de uiterste waarden van het belichtingsmeetsysteem worden overschreden, ver-
schijnt er één van de volgende symbolen in het LCD-venster en de zoeker:
Symbool
Onderwerp te licht. Gebruik een optioneel grijsfi lter of een lagere gevoe-
ligheid (ISO-equivalent;
Onderwerp te donker. Kies een groter diafragma (lager f/-getal) of een
hogere gevoeligheid (
Als de fl itser-gereedindicator ( ) in de zoeker knippert, kan de fl itser worden gebruikt
voor extra verlichting. De fl itser-gereedindicator wordt niet weergegeven als Persoon-
lijke instelling 20 (Flitsindicat) staat ingesteld op Uit.
Beschrijving
46) of een optioneel grijsfi lter.
46).
81