Witbalans nauwkeurig instellen
Wanneer de witbalans niet op Preset (vooringesteld) staat ingesteld, kunt u
de witbalans nauwkeurig afstellen om variaties in de kleur van de lichtbron te
compenseren of om het beeld een warme of koele zweem te geven. Voor een
blauwige zweem of om een lichtbron met een gele of rode gloed te compen-
seren, gebruikt u een hogere instelling, voor een rode of gele zweem of om
lichtbronnen met een blauwe gloed te compenseren, gebruikt u een lagere wit-
balansinstelling. U kunt de witbalans in stappen van één wijzigen van +3 tot –3.
Behalve bij de stand TL-licht komt iedere stap overeen met circa 10 mired.
U stelt de witbalans nauwkeurig af met behulp van de optie Witbalans in
het Opnamemenu of door op de WB knop te drukken en met secundaire in-
stelschijf de gewenste waarde te selecteren. Als u een andere waarde instelt
dan ± 0, wordt het pictogram
Het Witbalans menu
1
Markeer in het Witbalans menu (
andere optie dan Preset en duw de multi-se-
lector naar rechts.
2
Duw de multi-selector omhoog of omlaag
om de gewenste waarde te kiezen en duw de
multi-selector daarna naar rechts. Het Opna-
memenu verschijnt nu.
Kleurtemperatuur
De waargenomen kleur van een lichtbron varieert afhankelijk van de waarnemer en
andere omstandigheden. Kleurtemperatuur is een objectieve maat van de kleur van
een lichtbron, omschreven als de temperatuur tot welke een voorwerp verhit zou
moeten worden om licht in dezelfde golfl engten uit te stralen. Lichtbronnen met een
kleurtemperatuur in de regio van 5000-5500 K lijken wit, terwijl lichtbronnen met een
lagere kleurtemperatuur, zoals gloeilampen, enigszins geel of rood overkomen. Licht-
bronnen met een hogere kleurtemperatuur lijken ietwat blauwig.
50
op het LCD-venster weergegeven.
49) een
Witbalans
Fijnafregeling
0
OK
Witbalans
Fijnafregeling
+ 1
OK