CO
% in
CO
2
Vollast (100%)
8,7 ± 0,2%
Laaglast (±10%)
8,7 ± 0,5%
Tabel 23.
Instelgegevens CO
16g. Verwijder de meetapparatuur en dicht de
meetpunten af. Het toestel moet weer op
'gebruikersniveau' teruggebracht worden door de
reset toets in te drukken.
17.
De installatie opwarmen tot ongeveer 80ºC en het
toestel uitschakelen.
18.
De installatie ontluchten en de waterdruk
controleren.
19.
Het toestel is nu bedrijfsklaar.
20.
De ketelregeling op de gewenste waarden
instellen.
21.
Het toestel inschakelen.
Opmerking:
De Remeha Gas 210 ECO wordt met een aantal
basisinstellingen geleverd:
- branderregeling - modulerend op aanvoertemperatuur
- aanvoertemperatuur - 80ºC
Indien andere regelwaarden worden gewenst:
zie par. 6.5 en 6.6.
frontmantel weggenomen
%
O
%
2
2
5,4 ± 0,4%
5,4 ± 0,9%
en O
2
2
gasdruk
CO
%
2
gasblok
0 mbar
9,0 ± 0,2%
niet relevant
9,0 ± 0,5%
Nu zijn de volgende bedrijfssituaties mogelijk:
22a. Modulerend bedrijf: Het vermogen van het
toestel moduleert op basis van de door de
modulerende regelaar gevraagde
aanvoertemperatuur (zie ook 'Opmerking' onder
punt 22c en par. 8.4.2).
22b. Hoog/laag bedrijf: Het toestel werkt in deel- of
vollast, afhankelijk van de warmtevraag (zie ook
par. 8.4.9). Op de veiligheidsgrenzen gaat het
toestel moduleren.
22c. Aan/uit bedrijf: Het toestel moduleert tussen het
minimale en maximale vermogen op basis van de
op het toestel ingestelde aanvoertemperatuur (zie
ook par. 8.4.7).
Opmerking:
Het toestel zal eerst in gedwongen deellast gaan
branden. De fabrieksinstelling voor de gedwongen
deellasttijd is 2 minuten. Deze instelling is correct
wanneer gebruik gemaakt wordt van modulerende
regelaars (zie punt 16a). Voor aan/uit bedrijf
wordt een gedwongen deellasttijd van 3 minuten
geadviseerd (instelmode, parameter *, zie par.
6.6.4).
22d. Analoog (0-10 V) bedrijf: Afhankelijk van de
instelling (zie par. 8.4.6) zijn er twee situaties
mogelijk:
- het afgegeven vermogen varieert lineair met het
gestuurde signaal 1V = 10%, 10V = 100%
- de afgegeven aanvoertemperatuur varieert
lineair met het gestuurde signaal 1V = 10°C,
10V = 100°C.
Het toestel moduleert op basis van een ingestelde
aanvoertemperatuur (instelbereik 20ºC tot 90ºC) en op
een maximale ∆T beveiliging.
10.2 Uit bedrijf nemen
1. De elektrische voeding van het toestel uitschakelen.
Hierdoor wordt ook de eventuele regelaar
spanningsloos.
2. Gaskraan sluiten.
Attentie:
Als het toestel uit bedrijf genomen is, is het niet beveiligd
tegen bevriezing!
45
frontmantel geplaatst
O
%
gasdruk
2
gasblok
4,8 ± 0,4%
niet meetbaar
4,8 ± 0,9%
niet meetbaar