GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN
Deze apparatuur moet worden geaard. Slechte aarding, onjuiste installatie of onjuist gebruik van het
systeem kan elektrische schokken veroorzaken.
• Zet het toestel uit via de hoofdschakelaar en haal de stekker uit het stopcontact voordat u kabels
ontkoppelt of onderhoud aan de apparatuur uitvoert.
• Alleen op een geaard stopcontact aansluiten.
• Alle elektrische bedrading moet worden verzorgd door een gediplomeerd elektricien en moet voldoen
aan alle ter plaatse geldende verordeningen en regelgeving.
INTRINSIEKE VEILIGHEID
Intrinsiek veilige apparatuur die onjuist wordt geïnstalleerd of wordt aangesloten op niet-intrinsiek veilige
apparatuur leidt tot een gevaarlijke toestand en kan brand, explosie of elektrische schokken veroorzaken.
Volg de lokale voorschriften en de volgende veiligheidsvereisten.
• Alleen de modellen met modelnummer 24F084-24F087 en 24Z013-24Z014, die gebruikmaken van
de luchtgestuurde wisselstroomgenerator, zijn goedgekeurd voor installatie op een gevaarlijke locatie
(explosieve atmosfeer). Zie Modellen op pagina 3.
• Zorg dat uw installatie voldoet aan de nationale, regionale en lokale voorschriften voor de installatie
van elektrische apparaten op een gevaarlijke locatie van Klasse I, Groep D, Divisie 1 (Noord-Amerika)
of Klasse I, Zones 1 en 2 (Europa), inclusief alle lokale brandvoorschriften, NFPA 33, NEC 500 en 516
en OSHA 1910.107.
• Voorkom brand en explosies onder meer als volgt:
• Installeer apparatuur die alleen is goedgekeurd voor niet-gevaarlijke plaatsen niet op een
gevaarlijke plaats. Zie het identificatielabel voor de intrinsieke veiligheidscategorie van uw model.
• Vervang geen systeemonderdelen, aangezien dit een negatieve uitwerking kan hebben op de
intrinsieke veiligheid.
• Apparatuur die in contact komt met de intrinsiek veilige aansluitklemmen, moet zijn aangemerkt als
intrinsiek veilig. Hieronder vallen DC-spanningsmeters, ohmmeters, kabels en aansluitingen.
Verwijder het apparaat uit de gevarenzone bij het zoeken naar storingen of fouten.
• De apparatuur is intrinsiek veilig wanneer er geen externe elektrische onderdelen op zijn aangesloten.
• Niet aansluiten, downloaden of het USB-apparaat verwijderen tenzij de eenheid is verwijderd
uit de gevaarlijke plaats (explosieve atmosfeer).
GEVAAR VOOR INJECTIE DOOR DE HUID
Materiaal dat onder hoge druk uit het pistool, uit lekkende slangen of uit beschadigde onderdelen komt,
dringt door de huid naar binnen. Dit kan eruitzien als een gewone snijwond, maar het gaat om ernstig
letsel dat zelfs kan leiden tot amputatie. Raadpleeg onmiddellijk een medisch specialist.
• Spuit niet als de spuittipbeveiliging en trekkerbescherming niet zijn aangebracht.
• Vergrendel de trekkervergrendeling altijd wanneer u niet spuit.
• Richt het pistool niet op iemand of op een lichaamsdeel.
• Houd nooit uw hand voor de spuittip.
• Probeer nooit lekkages te stoppen met uw handen, het lichaam, handschoenen of een doek.
• Volg altijd de Drukontlastingsprocedure wanneer u ophoudt met spuiten en vóór reiniging, controle,
of onderhoud aan de apparatuur.
• Draai steeds eerst alle vloeistofkoppelingen goed vast voordat u de apparatuur in werking stelt.
• Controleer de slangen en koppelingen elke dag. Vervang versleten of beschadigde onderdelen
onmiddellijk.
3A1675N
WAARSCHUWING
Waarschuwingen
5