Schermoverzicht
OPMERKING: Dit overzicht is een gids van één pagina met uitleg over de schermen van de ProMix 2KE, gevolgd door
schermoverzichten. Voor bedieningsinstructies, zie Basisbediening, pagina 33. Voor meer informatie over individuele
schermen zie Details bedrijfsmodus op pagina 44, of Details instelmodus op pagina 47.
Bedrijfsmodus
De bedrijfsmodus kent twee schermonderdelen waarmee
de mengfuncties worden bestuurd.
Mengen (scherm 2-4, 38)
•
Spuiten (scherm 2) bestuurt de meeste
mengfuncties.
•
Batch (scherm 3) bestuurt de dosering
van een ingesteld volume.
•
Totalen (scherm 4) toont de eindtotalen
en batchtotalen voor materiaal A1 (A2, A3),
B en oplosmiddel.
•
Taaknummer (scherm 38) toont nummer
van de taak, nummer van de gebruiker
Foutenlogboek (scherm 5-14)
•
10 schermen, 5 fouten per pagina
•
Toont de datum, tijd en fout
Instelmodus
De Instelmodus heeft vier schermonderdelen waarmee
een geautoriseerde gebruiker de exacte instellingen voor
het systeem kan selecteren:
Configuratie (scherm 18-21)
•
Configuratie 1 (scherm 18) bepaalt het type
systeem (pomp of meter), het doseertype
(sequentieel of dynamisch), het in-/uitschakelen
van de pistoolspoelkast, het aantal pistolen
(1 of 2) en de systeemkleurconfiguratie (1 of 3).
•
Configuratie 2 (scherm 19) bepaalt de
slanglengte en -diameter voor een of twee
pistolen, het debietbereik voor dynamisch
doseren, en het PreMix-vullen.
•
Configuratie 3 (scherm 20) bepaalt de taal (voor
optionele USB-module), datumnotatie, datum,
tijd, wachtwoordinstelling en timer voor
achtergrondverlichting.
•
Configuratie 4 (scherm 21) bepaalt de eenheden
voor afstand en volume.
Recept (scherm 27-33)
•
Recept 0 (scherm 27) bevat timers voor
de eerste, tweede en derde systeemspoeling
en de selectie van het derde spoelmateriaal.
3A1675N
•
Recept 1-1 (scherm 28) en 1-2 (scherm 29)
bepalen de parameters en Materiaal 1/Kleur 1
parameters en het spoelen.
•
Recept 2-1 (scherm 30) en 2-2 (scherm 31)
bepalen de parameters en Materiaal 2/Kleur 2
parameters en het spoelen.
•
Recept 3-1 (scherm 32) en 3-2 (scherm 33)
bepalen de parameters en Materiaal 3/Kleur 3
parameters en het spoelen.
Onderhoud (scherm 24-26)
•
Onderhoud 1 (scherm 24) bepaalt de actuele
en beoogde onderhoudstimer voor Meter A,
Meter B, Oplosmiddelventiel A en
Oplosmiddelventiel B.
•
Onderhoud 2 (scherm 25) bepaalt de
onderhoudstimers voor doseerventielen A1 en B,
actueel en beoogd. Doseerventiel A2 en A3 zijn
inbegrepen als er 3 kleuren worden geselecteerd
bij Configuratie 1 (scherm 18).
•
Onderhoud 3 (scherm 26) bepaalt de
onderhoudstimers voor vloeistof en luchtfilter,
actueel en beoogd.
Kalibratie (scherm 22 en 23)
1-kleuren
•
Kalibratie 1 (scherm 22) bepaalt de K-factoren
(cc/puls) voor Meter A en Meter B.
•
Kalibratie 2 (scherm 23) biedt de gebruiker de
mogelijkheid om een kalibratie uit te voeren.
3-kleuren
•
Kalibratie 1 (scherm 22) bepaalt de K-factoren
(cc/puls) voor Meter B en Meter A met gebruik
van kleur A1, A2 en A3.
•
Kalibratie 2 (scherm 23) biedt de gebruiker de
mogelijkheid om een kalibratie uit te voeren.
De modus Storingen opsporen en verhelpen
De modus Storingen opsporen en verhelpen heeft
drie schermonderdelen waarmee een geautoriseerde
gebruiker problemen met de bediening van het systeem
kan oplossen. Zie A
. 17, pagina 32.
FB
Systeeminvoer (scherm 35)
Membraantest (scherm 36)
Systeemuitvoer en handmatige activering (scherm 37)
Displaymodule
27