Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vloeistoftoevoer - Graco ProMix 2KE Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor ProMix 2KE:
Inhoudsopgave

Advertenties

Installatie

Vloeistoftoevoer

Vereisten
• De maximum werkdruk van het onderdeel met
de laagste drukwaarde in uw systeem niet
overschrijden. Raadpleeg het identificatielabel.
• Om het risico van letsel te voorkomen, o.a. door
vloeistofinjectie, moet u een afsluiter installeren
tussen alle vloeistoftoevoerleidingen en de
mengverdeler. Gebruik de afsluiters om de
vloeistof af te sluiten tijdens onderhoud en service.
Er zijn ProMix 2KE-modellen beschikbaar voor
de bediening van systemen met luchtspuitsystemen
of luchtgestuurde systemen met een capaciteit van
maximaal 3800 cc/min.
Voor de vloeistoftoevoer kunnen druktanks,
toevoerpompen of circulatiesystemen worden
gebruikt.
Materialen kunnen worden verpompt van hun
oorspronkelijke houders of vanuit een centrale
verfhercirculatieleiding.
Zie handleiding 313599 voor installatie- en
bedieningsinstructies van de coriolismeter.
OPMERKING: De Coriolis-meter kan alleen worden
gebruikt voor de niet-intrinsiek veilige systemen
24F080-24F083 en 24Z015-24Z016. Indien in deze
systemen geïnstalleerd, geldt voor de meter niet langer
de intrinsiek veilige status voor gevaarlijke locaties.
Als u gebruik maakt van dynamisch doseren,
zie Vloeistofaansluitingen op deze pagina. Zie ook
De vloeistofverdeler instellen voor dynamische
doseringop pagina 18.
OPMERKING: Er mogen zich geen drukpieken voordoen
in de vloeistoftoevoer. Deze pieken worden meestal
veroorzaakt door pompslagovergangen. Installeer indien
nodig drukregelaars of een waterslot op de ProMix 2KE-
vloeistofinlaten om deze pieken te voorkomen.
Neem contact op met uw Graco-leverancier voor
aanvullende informatie.
Vloeistofaansluitingen
1. Zie A
. 6. Sluit de toevoerleiding voor oplosmiddel
FB
aan op de 1/4 npt(f) oplosmiddelinlaat (SVA en SVB).
2. Sluit de toevoerleiding(en) voor component A aan.
Eénkleursystemen: sluit de toevoerleiding van het
component aan op doseerventielinlaat A1 van
(DVA1).
16
Meerkleurensysteem: sluit de toevoerleidingen
aan op doseerventielinlaten (DVA2, DVA3)
van component A2 en A3. Zie A
OPMERKING: Oplosmiddel dat die geleverd wordt door
één bron kan kruisbesmetting en beschadiging van het
systeem tot gevolg hebben. Installeer keerkleppen of
gebruik afzonderlijke oplosmiddelbronnen.
OPMERKING: Enkel verfhercirculatiesysteem
Als u verf hercirculeert, gebruikt u de standaardinlaat
op doseerventiel A1 (A2, A3) of doseerventiel B.
Verwijder de direct tegenoverliggende plug op de
doseerventiel voor de hercirculatie-uitlaat. De tweede
poort bevindt zich achterop het ventiel en kan worden
bereikt vanaf de binnenkant van de bedieningskast.
A
. 5. Verfhercirculatiepoort
FB
Een andere optie is het gebruik van een T-stuk
voor de hercirculatie.
OPMERKING: Controleer of alle ongebruikte
vloeistofpoorten op het kleurwisselkleppakket zijn
afgedicht, voordat het in gebruik wordt gesteld.
Uit een open poort zal vloeistof lekken.
3. Sluit de leiding van component B aan op de
doseerventielinlaat van component B (DVB).
OPMERKING: De inlaten van de vloeistofmeter voor
componenten A en B hebben vloeistofreduceerkleppen
die terugstromen als gevolg van drukwisselingen
in de vloeistofleiding voorkomen. Terugstroming
kan onnauwkeurige verhoudingen veroorzaken.
4. Sluit de vloeistoftoevoerleiding voor het pistool (SM)
aan tussen de uitlaat en de vloeistofinlaat van het
pistool.
. 6.
FB
Tweede poort
ti16338a
3A1675N

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave