Tabel 1.3 Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
Voorwaarden voor veilig gebruik volgens de MSHA
De diffusie-uitvoeringen van de Ventis Pro4 en Pro5 zijn alleen goedgekeurd voor gebruik met oplaadbare
lithium-ionbatterijen P/N 17134453-X2 of P/N 17148313-2 (lange gebruiksduur) van 3,7 volt.
De batterijen kunnen niet door de gebruiker worden vervangen.
De geaspireerde uitvoering van de Ventis Pro4 en Pro5 is alleen goedgekeurd voor gebruik met batterij P/N
17148313-2 (lange gebruiksduur).
Moet bovengronds of ondergronds worden opgeladen in overeenstemming met 30 CFR 75.340 (de geldende
voorschriften met betrekking tot batterijladers) en het programma-informatiebulletin PIB P11-12 van de MSHA.
Laad detectoren op met een oplader van Industrial Scientific die speciaal voor deze detector is ontworpen.
Voer een kalibratie uit in overeenstemming met de procedures in de producthandleiding, documentnr.
17156830-6.
De detector moet methaan in volumepercentage (0-5%) weergeven voor naleving van de regels vereist
krachtens 30 CFR deel 75, sub D.
De respectieve minimale afstanden die men in acht moet nemen tussen de Ventis Pro4- of Pro5-detectoren en
eventuele circuits voor explosieven, explosieven en ontstekingsmechanismen zijn volgens de MSHA en de
Department of Environmental Protection van Pennsylvania (PA DEP, dienst milieubescherming):
MSHA: 15,2 cm (6 inch)
PA DEP: 76 cm (30 inch)
De Ventis Pro met wifi en de Ventis Pro met mobiele verbinding zijn niet door de MSHA beoordeeld voor gebruik
in ondergrondse mijnen.
Volg het advies in de IME-VEILIGHEIDSRICHTLIJN SLP 20 OM RADIOFREQUENTIESTRALINGSGEVAREN
TE VOORKOMEN BIJ GEBRUIK VAN COMMERCIËLE ELEKTRISCHE ONTSTEKINGSMECHANISMEN
(ONTSTEKERS) en handhaaf een veilige afstand van 11 feet (3,5 meter) voor Ventis Pro-detectoren met een
mobiele verbinding of een wifi-verbinding.
Aanbevolen praktijken
Onderhoud instrument
De onderstaande procedures zijn bedoeld om de werking van het instrument en de veiligheid van de
gebruiker te waarborgen.
In tabel 1.4 ziet u hoe vaak deze procedures minimaal volgens de aanbevelingen van Industrial Scientific
moeten worden uitgevoerd. Deze aanbevelingen zijn gebaseerd op praktijkgegevens, veilige
werkprocedures, aanbevolen industriepraktijken en regelgevingsnormen om de veiligheid van personeel te
garanderen. Industrial Scientific is niet verantwoordelijk voor het vaststellen van de veiligheidspraktijken of
het veiligheidsbeleid van een bedrijf, die mede afhankelijk zijn van de richtlijnen en aanbevelingen van
regelgevende instanties, omgevingsfactoren, bedrijfsomstandigheden, gebruik van het instrument,
blootstelling aan gas en andere factoren.
7