Download Print deze pagina

Advertenties

Product-
handleiding
De essentiële gids voor
veiligheidsteams en
gebruikers van instrumenten
Uitgave: 18
29 september 2023
Onderdeelnummer: 17156830-6

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Ventis Pro Series

  • Pagina 1 Product- handleiding De essentiële gids voor veiligheidsteams en gebruikers van instrumenten Uitgave: 18 29 september 2023 Onderdeelnummer: 17156830-6...
  • Pagina 2 Industrial Scientific Corporation, Pittsburgh, PA, USA Industrial Scientific Co., Ltd. Shanghai, China © 2015, 2016, 2017, 2018, 2019, 2020, 2021, 2022, 2023 Industrial Scientific Corporation Alle rechten voorbehouden. Gepubliceerd in 2023. Herziening 11 www.indsci.com/ventispro...
  • Pagina 3 Inhoud Algemene informatie ............................. 1 Certificering ....................................1 Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen ..........................3 Aanbevolen praktijken ................................... 7 Onderhoud instrument ................................7 Eerste gebruik ................................... 9 Het instrument dragen ................................9 De buitenkant van het instrument reinigen ......................... 9 Bemonstering op afstand ................................ 10 Werking bij koud weer ................................
  • Pagina 4 Instellingen ..............................61 Richtlijnen ....................................61 Toegang tot instellingen ................................61 Menu's met instellingen................................62 Instellingen voor verbonden veiligheid ............................63 Voorbeelden van werken met instellingen ..........................63 Instellingen controleren en bewerken ............................66 Menu Onderhoud ..................................66 Menu Opstarten ..................................69 Menu Werking ..................................
  • Pagina 5 Aanvullende informatie over gassen en sensoren ........................130 Giftige gassen ..................................130 Brandbare gassen ................................. 131 Bijlage B ..............................133 Een Ventis Pro met een wifi-batterij programmeren ......................... 133 Bijlage C ..............................135 Markeringsvoorschriften ................................135 Bijlage D ..............................136 Certificatienormen ..................................
  • Pagina 6 Afbeelding 3.4 Uitschakelen ................................58 Tabel 4.1 Menu's met instellingen ..............................62 Tabel 4.2 Vereisten firmware en instellingen voor Ventis Pro per gateway ..................63 Afbeelding 4.1.A Voorbeeld van het bewerken van een instelling met één item ................64 Afbeelding 4.1.B Voorbeeld van het bewerken van een instelling met meerdere items ..............65 Afbeelding 4.2.A Onderhoudsopties opzoeken en gebruiken ......................
  • Pagina 7 Afbeelding 5.5 Scherm tijdens bedrijf (Ventis Pro met Standby Clip) ..................... 90 Afbeelding 5.6 Locatie van peer-instrumenten in LENS-groep ....................... 91 Afbeelding 5.7 Aansluiting bij een LENS-groep via koppeling ......................92 Afbeelding 5.8 Een LENS-groep verlaten ............................93 Afbeelding 5.9 Toegang tot gasuitlezingen van collega's ....................... 93 Tabel 5.1 Verbindingsstatus voor realtime-controle ........................
  • Pagina 9 Aanbevolen praktijken Certificering Certificeringen voor de Ventis® Pro4-multigasdetector en Ventis® Pro5-multigasdetector ten tijde van de publicatie van dit document, worden hieronder in tabel 1.1 en 1.2 vermeld. Om te bepalen voor welke gevaarlijke gebieden een instrument is geclassificeerd en gecertificeerd, raadpleegt u het etiket of de bestellingsgegevens van het instrument.
  • Pagina 10 In bijlage C vindt u afbeeldingen van de markeringsvoorschriften. Het volgende is van toepassing op instrumenten die in overeenstemming met de CSA-certificering moeten worden gebruikt: Ventis Pro4- en Ventis Pro5-instrumenten zijn CSA-gecertificeerd volgens de Canadese elektrische norm voor gebruik op gevaarlijke locaties van klasse I, divisie 1 en klasse I, zone 1 binnen een omgevingstemperatuurbereik van T -40 °C tot +50 °C...
  • Pagina 11 Identificatienummer of registratienummer Land of regio PHH-BLEPAN1740, U90-SM200, PHH-VPX Wifi-batterij (indien mee uitgerust): PHH-WIFICC3220 Mobiele batterij (indien mee uitgerust): XPY2AGQN4NNN 216Q-1740, 7084A-SM200, 20727-VPX, M/N Ventis Pro Canada Wifi-batterij (indien mee uitgerust): 20727-WIFICC3220 Mobiele batterij (indien mee uitgerust): 8595A-2AGQN4NNN Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen Zorg dat u deze producthandleiding leest en begrijpt voordat u dit instrument gebruikt of er onderhoud aan verricht.
  • Pagina 12 Het gebruik van de VSP bij deze gassen resulteert in onnauwkeurige gasuitlezingen, aangezien ze geabsorbeerd kunnen worden. De Ventis Slide-on Pump is niet gecertificeerd voor gebruik volgens FTZÚ 18 E 0010 of FTZÚ 18 ATEX 0083 voor gasdoeleinden. Gebruik alleen een leren tas of koffer voor vervoer om potentieel onnauwkeurige uitlezingen te vermijden voor...
  • Pagina 13 Gebruik geen oplosmiddelen of reinigingsmiddelen op het instrument of componenten ervan. De radio's in de draagbare Ventis Pro4- en Ventis Pro5-multigasdetectoren van Industrial Scientific zijn beoordeeld en vallen volgens de bevindingen onder de grenzen zoals gedefinieerd in de eisen voor menselijke...
  • Pagina 14 Voor de ISED-versie is de som van alle zenders 3 dBm of 2 mW Voor de EU-versie is de som van alle zenders 3 dBm of 2 mW SAR voor basis Ventis Pro (NFC, BLE, LENS) en wifi (alle De SAR-waarde voor de FCC-versie is 0,12 zenders): W/kg...
  • Pagina 15 MSHA: 15,2 cm (6 inch) PA DEP: 76 cm (30 inch) De Ventis Pro met wifi en de Ventis Pro met mobiele verbinding zijn niet door de MSHA beoordeeld voor gebruik in ondergrondse mijnen. Volg het advies in de IME-VEILIGHEIDSRICHTLIJN SLP 20 OM RADIOFREQUENTIESTRALINGSGEVAREN TE VOORKOMEN BIJ GEBRUIK VAN COMMERCIËLE ELEKTRISCHE ONTSTEKINGSMECHANISMEN...
  • Pagina 16 Instellingen Via de instellingen wordt aangestuurd hoe een instrument werkt. Ze worden gebruikt om te zorgen dat het veiligheidsbeleid van het bedrijf en de geldende regels, wetten en richtlijnen van regelgevende instanties, overheidsinstanties of bedrijfsgroepen worden nageleefd. Hulpprogramma's Onderhoudsprocedures worden uitgevoerd met “hulpprogramma's”. Hulpprogramma's worden hoofdzakelijk gebruikt om de functionaliteit en werking van het instrument en de bijbehorende onderdelen te testen.
  • Pagina 17 Eerste gebruik Om het Ventis Pro Series-instrument voor het eerste gebruik voor te bereiden, moet gekwalificeerd personeel verzekeren dat de volgende taken zijn uitgevoerd:  Laad de batterij op bij een omgevingstemperatuur onder 40 °C (104 °F).
  • Pagina 18 ), waterstofchloride (HCL) en vluchtige organische stoffen (VOC), of wanneer een sensor voor een van deze gassen is geïnstalleerd en het doelgas onbekend is; gebruik geen Ventis Slide-on Pump (VSP). Het gebruik van de VSP bij deze gassen resulteert in onnauwkeurige gasuitlezingen, aangezien ze geabsorbeerd kunnen worden.
  • Pagina 19 *Zie ook Pompdop en interne filter vervangen.  Voer voor en na elk luchtmonster een test uit voor de hele bemonsteringslijn. o Gebruik uw duim om het uiteinde van de bemonsteringslijn bij de waterstopopening dicht te houden. Dit moet resulteren in een pompfoutalarm. o Verwijder de blokkage van de waterstopopening.
  • Pagina 20 Draadloos De draadloze functionaliteit kan bij Ventis Pro-instrumenten en geïnstalleerde Ventis Pro wifi-batterijen en mobiele batterijen worden ingeschakeld voor verschillende voorzieningen en functies. Wanneer een instrument in werking is, kan onbedoelde storing draadloze signalen verzwakken. Deze praktijken in het veld kunnen de signaalsterkte soms verbeteren.
  • Pagina 21  U kunt het logboek downloaden met behulp van compatibele accessoires die worden ondersteund door iNet® Control, DSSAC of de Accessory Software van Industrial Scientific. Instrumenten uit de Ventis Pro Series maken gebruik van een systeem dat op basis van meerdere sensoren alarmen, waarschuwingen en indicators geeft, in de vorm van hoorbare, zichtbare en vibratiesignalen.
  • Pagina 22  Een Ventis Pro met een draadloze batterij heeft een eigen, rechtstreekse verbinding. Men kan een combinatie van gateways en draadloze batterijen gebruiken. Een Ventis Pro die met een mobiele batterij is uitgerust, kan bijvoorbeeld ook bij een LENS-groep horen: de gebruiker ervan is via de batterij rechtstreeks met iNet verbonden en is daarnaast dankzij de LENS-verbindingen van het instrument met iNet Now en collega's ('peers') verbonden.
  • Pagina 23 Compatibele gateway iNet Instrumentgegevens RGX Gateway iNet Now-gebruikers (realtime- controle en waarschuwingen op abonnementsbasis) Compatibele draadloze batterij Instrumentgegevens Afbeelding 2.1 Verbonden veiligheid van Industrial Scientific Belangrijke functies Alarmen Gas- en andere alarmen Met behulp van drie verschillende opties voor signalen en tot vier verschillende audiopatronen waarschuwt het instrument de gebruiker voor de volgende soorten alarmgebeurtenissen: gas aanwezig, STEL, TWA, man-down, paniek en nadering van beperkt toegankelijk gebied.
  • Pagina 24 Opmerking: Voor sommige berichten is iNet, DSSAC (Docking Station Software Admin Console) of Accessory Software vereist. Verbonden veiligheid Krachtige draadloze communicatiefuncties (LENS Wireless, draadloze batterijen en iNet Now) vormen een aanvulling op de persoonlijke bescherming die een Ventis Pro biedt, namelijk in de vorm van verbonden veiligheid. LENS Wireless Gebruik LENS Wireless-peer-verbindingen, zodat medewerkers hun instrumentstatus (alarmmeldingen, uitlezingen etc.) met elkaar kunnen delen.
  • Pagina 25 Clip™ en het iAssign-baken beide beïnvloeden hoe het instrument zich gedraagt met betrekking tot bepaalde functies en alarmen. Compatibiliteit Sensoren en installatielocaties De compatibele sensoren van elk instrument kunnen op een of meer specifieke locaties worden geïnstalleerd. Zie afbeelding 2.2.A (Ventis Pro4) en 2.2.B (Ventis Pro5). In tabel 2.1 wordt dezelfde...
  • Pagina 26 informatie als lijst weergegeven Naast de locatierestricties voor elke sensor, zijn deze installatierestricties ook van toepassing: Installeer slechts één infraroodsensor. Als er op locatie 1 een infraroodsensor is geïnstalleerd, dan kunt u op locatie 2 geen van deze sensoren installeren: ...
  • Pagina 27 Zuurstof, lange levensduur (O ); 17155306-Y Zwaveldioxide (SO 17155306-5 Afbeelding 2.2.A Sensorcompatibiliteit en installatielocaties voor de Ventis Pro4 Geschikt voor DualSense. Biased sensor. De sensor is voor gebruik gecertificeerd volgens FTZÚ 18 E 0010 en FTZÚ 18 ATEX 0083 voor gasdoeleinden.
  • Pagina 28 (HCL) en vluchtige organische stoffen (VOS), of wanneer er een sensor voor een van deze gassen is geïnstalleerd en het doelgas onbekend is; gebruik alleen de Ventis Pro-pompmodule. Het gebruik van de VSP bij deze gassen resulteert in onnauwkeurige gasuitlezingen, aangezien ze geabsorbeerd kunnen worden.
  • Pagina 29 Tabel 2.1 Sensorcompatibiliteit en installatielocaties Ventis Ventis Installatie- Onderdeelnummer Pro4 Pro5 locaties Sensor Ammoniak (NH 3 of 4 17155306-6 Kooldioxide (CO 1 of 2 17155304-Q Kooldioxide/LEL (propaan), IR 17155304-U /LEL) 17155304-UA Kooldioxide/methaan (CO 17155304-V Koolmonoxide (CO) 3 of 4 17155306-1...
  • Pagina 30 (HCL) en vluchtige organische stoffen (VOS), of wanneer er een sensor voor een van deze gassen is geïnstalleerd en het doelgas onbekend is; gebruik alleen de Ventis Pro-pompmodule. Het gebruik van de VSP bij deze gassen resulteert in onnauwkeurige gasuitlezingen, aangezien ze geabsorbeerd kunnen worden.
  • Pagina 31 De Standby Clip bevat een permanent vergrendelde, in de fabriek geprogrammeerde iAssign-tag. Wanneer de Ventis Pro met het Standby Clip-accessoire is uitgerust, wordt een selectie van functies in stand-by gezet, waaronder man-down en (afhankelijk van de stand-by-instelling van het instrument) gasdetectie en peer-alarmen.
  • Pagina 32 Volg bij gebruik van de optie “write bulk” in de app, de instructies op het scherm. Overig met betrekking tot compatibiliteit Ventis Pro-instrumenten zijn compatibel met DSX Docking Stations die worden ondersteund door de softwaretoepassingen iNet of DSSAC. Deze accessoires kunnen ook worden gebruikt met Ventis Pro-instrumenten: Ventis-oplader/datalink,...
  • Pagina 33 Specificaties Instrument De specificaties voor Ventis Pro Series-instrumenten worden hieronder vermeld. Tabel 2.5 Instrument- en pompspecificaties Artikel Beschrijving Scherm Monochrome LCD met automatische schermverlichting Gebruikersinterface-knoppen Drie (startknop, Enter-knop en paniekknop) Materialen behuizing Polycarbonaat met statisch-dissipatieve beschermlaag van rubber Alarmsignalen Zichtbaar (twee rode en twee blauwe lichten); hoorbaar (95 dB op een afstand van 10 cm, gewoonlijk ) ;...
  • Pagina 34 Tabel 2.6 Batterijspecificaties Gebruiksduur Laadduur Vereiste omgevingstemperatuur Oplaadbare lithium- voor opladen ionbatterijen Ventis Pro Wi-fi Battery 16 uur tot 7,5 uur 0−40 °C (32−104 °F) (17159022-XY d en e Ventis Pro Cellular Battery 12 uur tot 8 uur 0−40 °C (32−104 °F)
  • Pagina 35 Eigenschappen Categorie Giftig Giftig Technologie Elektrochemisch Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen 1 of 2 Ventis Pro5 3 of 4 1 of 2 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +40 °C (-4 tot +104 °F) -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F)
  • Pagina 36 Kooldioxide/LEL (propaan), IR /LEL) 17155304-U 17155304-UA c en h Eigenschappen Categorie Giftig/brandbaar Technologie Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 15-95% Prestaties Gevoeligheid Meetbereik 0-5% vol...
  • Pagina 37 Onderdeelnummer Kooldioxide/methaan (CO 17155304-V c en e Eigenschappen Categorie Giftig en brandbaar Technologie Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 0-95% Prestaties Gevoeligheid Meetbereik 0-5% vol...
  • Pagina 38 Eigenschappen Categorie Giftig Giftig Giftig Technologie Elektrochemisch Elektrochemisch Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 Geen Geen Ventis Pro5 3 of 4 3 of 4 1 of 2 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -40 tot +50 °C -20 tot +50 °C -20 tot +50 °C...
  • Pagina 39 Koolmonoxide met lage waterstof-kruisgevoeligheid (CO/H Laag) 17155306-G Eigenschappen Categorie Giftig Technologie Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 Ventis Pro5 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 15-95% Prestaties Gevoeligheid...
  • Pagina 40 Tabel 2.7 Sensorspecificaties Soort gas (afkorting) Onderdeelnummer Chloor (Cl 17155306-7 Eigenschappen Categorie Giftig Technologie Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 15-90% Prestaties Gevoeligheid Meetbereik...
  • Pagina 41 Tabel 2.7 Sensorspecificaties Soort gas (afkorting) Onderdeelnummer Koolwaterstof IR (propaan) 17155304-P Eigenschappen Categorie Brandbaar Technologie Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 0-95% Prestaties Gevoeligheid Meetbereik 0-100% LEL Meetresolutie...
  • Pagina 42 Soort gas (afkorting) Onderdeelnummer Koolwaterstof IR (propaan) c en i 17155304-T Eigenschappen Categorie Brandbaar Technologie Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 0-95% Prestaties Gevoeligheid Meetbereik 0-100% LEL...
  • Pagina 43 Soort gas (afkorting) Onderdeelnummer Waterstofcyanide (HCN) 17155306-B Eigenschappen Categorie Giftig Technologie Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 Ventis Pro5 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -30 tot +40 °C (-22 tot +104 °F) RV-bereik 15-95% Prestaties Gevoeligheid...
  • Pagina 44 Categorie Giftig Giftig Technologie Elektrochemisch Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 1 of 2 3 of 4 Ventis Pro5 1 of 2 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -40 tot +50 °C (-40 tot +122°F) -40 tot +50 °C (-40 tot +122°F) -15 tot +50 °C (5 tot +122 °F)
  • Pagina 45 17155304-K 17155304-LA Eigenschappen Categorie Brandbaar Brandbaar Technologie Katalysatorkorrel Katalysatorkorrel Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +55 °C (-4 tot +131 °F) -20 tot +55 °C (-4 tot +131 °F) 15-95% RV-bereik 15-95% Prestaties Gevoeligheid...
  • Pagina 46 Onderdeelnummer Methaan, IR (CH i, c en e 17155304-S Eigenschappen Categorie Brandbaar Technologie Infrarood Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 1 of 2 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 0-95% Prestaties Gevoeligheid...
  • Pagina 47 17155304-N 17155304-M Eigenschappen Categorie Brandbaar Brandbaar Technologie Infrarood Katalysatorkorrel Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 Geen Ventis Pro5 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) -20 tot +55 °C (-4 tot +131 °F) RV-bereik 0−95% 15-95% Prestaties...
  • Pagina 48 Categorie Giftig Zuurstof Zuurstof Technologie Elektrochemisch Elektrochemisch Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 1 of 2 1 of 2 Ventis Pro5 3 of 4 1 of 2 1 of 2 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 -20 tot +55 °C (-4 tot +131...
  • Pagina 49 Soort gas (afkorting) Onderdeelnummer Zuurstof, lange levensduur (O 17155306-Y Eigenschappen Categorie Zuurstof Technologie Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 Ventis Pro5 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) RV-bereik 15-90% Prestaties Gevoeligheid...
  • Pagina 50 Eigenschappen Categorie Giftig Giftig Technologie Elektrochemisch Elektrochemisch Geschikt voor DualSense Installatielocatie Ventis Pro4 3 of 4 3 of 4 Ventis Pro5 3 of 4 3 of 4 Bedrijfsomstandigheden Temperatuurbereik -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F) -20 tot +50 °C (-4 tot +122 °F)
  • Pagina 51 Ventis Pro-pompmodule. Het gebruik van de VSP bij deze gassen resulteert in onnauwkeurige gasuitlezingen, aangezien ze geabsorbeerd kunnen worden. Bij de geïntegreerde pompmodule of de Ventis Slide-on Pump (VSP) geldt dat de T50 toeneemt tot 22 seconden als de sensor in sleuf 1 wordt geplaatst.
  • Pagina 52 De sensor is voor gebruik gecertificeerd volgens FTZÚ 18 E 0010 en FTZÚ 18 ATEX 0083 voor gasdoeleinden. Wanneer deze sensor is geïnstalleerd, is de NFC-functie bij normaal gebruik niet operationeel.
  • Pagina 53 Tabel 3.1 Inhoud van het pakket Aantal Artikel Opmerkingen 1 volgens bestelling Ventis® Pro-instrument Ventis Pro4 of Ventis Pro5. 1 volgens bestelling Batterij (door fabriek geplaatst) Een van vijf beschikbare oplaadbare lithium-ionbatterijen. Bevestigingsclip — (door de fabriek aangebracht) Rapport over test en...
  • Pagina 54 Overzicht van de hardware Alle belangrijke onderdelen van het instrument worden hieronder aangeduid in afbeelding 3.1.A (diffusie- apparaten) en 3.1.B (geaspireerde instrumenten) (de Ventis Pro5 is afgebeeld). Voorkant Rode lichtjes Sensorpoorten Sensorpoorten Paniekknop Blauwe lichtjes Scherm Luidspreker Startknop Enter-knop Achterkant...
  • Pagina 55 Voorkant Inlaat Scharnier van deksel pomp Buis (met daarin de waterbarrière) Schroef van pompdeksel Pompdeksel Paniekknop Rode lichtjes Blauwe lichtjes Scherm Luidspreker Startknop Enter-knop Infraroodgegevensvenster (IrDA) Achterkant Pompbehuizing (batterij in onderste gedeelte) Schroef pompbehuizing (x 4) Afbeelding 3.1.B Overzicht van de hardware; geaspireerd-instrument...
  • Pagina 56 Overzicht van het scherm Het makkelijk leesbare scherm van het instrument bestaat uit drie horizontale vakken. Dit zijn van boven naar beneden:  Statusbalk  Vak met gasuitlezingen  Navigatiebalk In deze vakken worden symbolen, getallen, afkortingen en tekst weergegeven zodat het instrument duidelijk kan communiceren met de gebruiker, namelijk degene die het instrument in het veld bedient of teamleden die verantwoordelijk zijn voor onderhoud van het instrument.
  • Pagina 57 Status LENS Wireless Toont het aantal peer-instrumenten in de LENS Wireless-groep en de signaalkwaliteit van de groep (de hoogste signaalkwaliteit 5 en is met vier balken aangegeven). LENS Wireless is niet operationeel. Lens Wireless-verbinding verbroken; geen peers. geen LENS- LENS Wireless staat uit, en de LENS Wireless-functies zijn niet symbolen beschikbaar.
  • Pagina 58 Vak met gasuitlezingen Dit vak toont de huidige gasuitlezingen en daarnaast informatie over de status van de geïnstalleerde sensoren. Gasdetectie (omcirkeld symbool), peer-alarmen en man- Gasuitlezingen down staan op stand-by en zijn niet operationeel. De Standby Clip is bevestigd. Gasuitlezing Gas, meeteenheid en huidige uitlezing.
  • Pagina 59 Alarm is vergrendeld (permanent alarm) (niet gas-gerelateerd, symbool volledig scherm) Andere symbolen Kritiek lage batterijspanning Geeft aan dat het instrument met het alarm een Ventis Pro Series-detector is. Geeft aan dat het instrument met het alarm een Radius BZ1 Area Monitor is.
  • Pagina 60 Statusbalk De statusbalk van het scherm geeft aan welke onderhoudsprocedure wordt uitgevoerd (het bumptest-hulpprogramma is hier afgebeeld). Symbolen voor hulpprogramma's Bumptest-hulpprogramma Nul-hulpprogramma Kalibratie-hulpprogramma Proces wordt uitgevoerd Vak met gasuitlezingen Het vak met gasuitlezingen bevat informatie over het proces en de resultaten van de uiteenlopende Andere symbolen onderhoudsprocedures (het bumptest-...
  • Pagina 61 “X” geeft het menunummer van het scherm aan, “Y” het bijbehorende instellingsnummer. Afbeelding 3.2.D Scherm aflezen terwijl men in instellingen werkt Naast de hierboven beschreven items bevat het Ventis Pro Series-scherm ook, indien relevant, de namen van gassen, meeteenheden en andere hieronder weergegeven symbolen. Namen van gassen...
  • Pagina 62 Met peer-berichten gebruikt om aan te geven dat het peer-instrument een Radius BZ1 is. Gebruikt om de toegewezen (of beschikbare) gebruikersnaam van een instrument te identificeren. Wordt ook met peer-berichten gebruikt om aan te geven dat het peer-instrument een Ventis Pro Series- instrument is.
  • Pagina 63 Inschakelen Als een pomp is geïnstalleerd, volgt u de volgende stappen ter voorbereiding van de pomp voordat u het instrument inschakelt. Als u de geïntegreerde pomp wilt gebruiken terwijl deze niet is geïnstalleerd, raadpleeg dan afbeelding 8.3 Servicewerkzaamheden voor instructies voor installatie van de pomp. —...
  • Pagina 64 Opstartprocedure Informatie Datum en tijd iAssign-tag aanraken Informatie over het Informatie over draadloze instrument verbinding Als de batterij opnieuw is Raak de gewenste iAssign-tag — — geplaatst of is vervangen, aan met het instrument. Als er krijgt de gebruiker mogelijk binnen 30 seconden geen tag aanwijzingen om de datum wordt gebruikt, gaat de...
  • Pagina 65 Voorbereiding en hulpprogramma's Opstartbericht Nalevingscontrole (alleen Duitstalige instrumenten) Zorg dat u Als er een pomp is geïnstalleerd, krijgt de gebruiker via het het bericht instrument instructies voor het uitvoeren van de volgende Bevestig Antwoord Antwoord “ja”. leest en pomptest. het bericht. “nee”.
  • Pagina 66 Nul-hulpprogramma Bumptest-hulpprogramma — Sla het hulp- Sla het hulp- programma programma Start het Start het over: wacht over: wacht hulpprogramma. hulpprogramma. 15 seconden. 15 seconden. Startscherm Wifi-status (of mobiele status) LENS Wireless (aantal peers en kwaliteit van groepssignaal) Symbool voor status iNet Now-status “Geen fouten”...
  • Pagina 67 Snelle statusinformatie Wanneer het instrument is uitgeschakeld, kunt u de geïnstalleerde sensoren, beschikbare batterijlading en het serienummer van het instrument bekijken zonder het instrument in te schakelen: tegelijk indrukken en vasthouden van gedurende twee seconden.
  • Pagina 69 Instellingen Richtlijnen Toegang tot instellingen Menu's met instellingen Instellingen voor verbonden veiligheid Voorbeelden van werken met instellingen Instellingen controleren en bewerken Richtlijnen Instellingen die men handmatig via het instrument kan aanpassen, worden in deze producthandleiding beschreven. U kunt deze en andere instellingen ook aanpassen met behulp van compatibele accessoires en dockingstations van Industrial Scientific die worden ondersteund door iNet Control, DSSAC en Accessory Software.
  • Pagina 70 Menu's met instellingen De instellingen van het instrument zijn op onderwerp ingedeeld in een menusysteem. Zo kan de veiligheidsexpert eerst het relevante menu/onderwerp (zoals alarmen) kiezen en vervolgens de beschikbare instellingen in dat menu bekijken en eventueel bewerken/aanpassen. De tabel hieronder geeft een overzicht van de instellingen die in elk menu beschikbaar zijn.
  • Pagina 71 In de tabel hieronder is samengevat wat de vereiste instellingen voor verbonden veiligheid zijn bij gebruik van een Ventis Pro in combinatie met LENS Wireless en een compatibele gateway. Hoewel het menu Draadloos het merendeel van deze instellingen omvat, worden hieronder ook andere instellingen, vereisten voor Ventis Pro-firmware en onderdeelnummers van handleidingen voor gatewayproducten vermeld.
  • Pagina 72  In menu 4.0 Alarm navigeert u naar de instelling Permanent alarm. De overige alarminstellingen die u onderweg ziet slaat u over en hun waarden blijven hetzelfde.  De instelling Permanent alarm wordt veranderd van “uit” naar “aan”. Druk op Druk op Druk op Druk op...
  • Pagina 73 Druk op Druk op Druk op Druk op Sla de instellingen voor O Sla de instellingen voor LEL Sla de instellingen voor CO Markeer het eerste over. over. over. instelpunt voor H (gaswaarschuwing). — Druk op Druk op Druk op Druk op Sla de instelling voor Sla de instelling voor laag...
  • Pagina 74 Instellingen controleren en bewerken De instellingen en opties van elk menu worden verderop in dit hoofdstuk uitgebreid beschreven. Ook wordt uitgelegd hoe u naar elk menu kunt navigeren en de instellingen kunt veranderen. Wanneer u naar instellingen navigeert en deze bewerkt, wacht het instrument ongeveer 60 seconden nadat er een knop is ingedrukt.
  • Pagina 75 Opmerking: Wanneer de sensor 17155304-Q, 17155304-S of 17155304-T is geïnstalleerd, is de NFC-functie van de Ventis Pro 5 bij normaal gebruik niet operationeel. Het wordt aanbevolen iAssign via de opstartinstellingen te updaten om de gebruikerstoewijzingsfunctie te gebruiken.
  • Pagina 76 Bumptest-hulpprogramma Piekwaarden TWA-uitlezingen STEL-uitlezingen Volgende optie Start Volgende optie Volgende optie Wis TWA- Volgende optie Wis STEL- hulpprogramma piekwaarden waarden waarden Near-field communication Lijst LENS-peers Bluetooth Gebruikerstoewijzing (NFC) Volgende optie Open lijst Volgende optie Zet aan of uit Volgende optie Volgende optie Bewerk huidige Kies type verbinding...
  • Pagina 77 Menu Opstarten Regel hoe het instrument tijdens het opstarten met de gebruiker communiceert. Voeg al dan niet een prompt toe voor het gebruik van een iAssign-tag voor gebruiker-locatiegegevens. Voeg al dan niet een prompt toe voor het gebruik van een iAssign-tag om netwerkinloggegevens bij te werken voor een instrument dat met een wifi-batterij is uitgerust.
  • Pagina 78 Menu Werking Regel het gedrag van het instrument tijdens bedrijf. Geef gebruikers tijdens bedrijf al dan niet toegang tot alle hieronder vermelde items. Hulpprogramma's: o Stel de geïnstalleerde sensoren op nul. o Kalibreer het instrument. o Voer een bumptest uit voor de geïnstalleerde sensoren. o Bekijk de beknopte uitlezingen (piek, TWA of STEL) en wis deze eventueel.
  • Pagina 79 Menu Werking Onderhoudsstatus Lijst van Wireless-peers Informatie over toewijzing instrument Volgend menu Ga naar eerste Volgende Stel toegang Volgende Stel toegang alle Volgende Stel formaat en instelling instelling alle gebruikers instelling gebruikers in instelling toegang alle Werking gebruikers in Nulstelling en kalibratie Nul CO Bumptest Wis piekwaarden...
  • Pagina 80 Afbeelding 4.2.C Instellingen voor “Werking” opzoeken en bewerken Alarmmenu Regel hoe het instrument zich gedraagt in geval van alarmerende omstandigheden. Stel voor elke sensor de gasconcentratie in die elk van de volgende mogelijke gasgebeurtenissen veroorzaakt.  Gas aanwezig, waarschuwing  Gas aanwezig, laag alarm ...
  • Pagina 81  Man-down en peer  Man-down, gas en peer Opmerking: Wanneer de Standby Clip van het instrument wordt afgehaald, worden stand-by-functies binnen ongeveer 5 seconden weer ingeschakeld. Selecteer een van de onderstaande opties om de STEL- en TWA-alarmfunctie op hetzelfde scherm te regelen.
  • Pagina 82 Man-down waarschuwing en Gas aanwezig, waarschuwing Alarmmeldingen op volledig Naderingsalarm alarm scherm Volgende Zet aan of uit; Volgende Zet aan of uit Volgende Zet aan of uit Volgende Zet aan of uit instelling bewerk de instelling instelling instelling vertragingswaarde Standby Clip STEL- en TWA-alarmen in- Gasuitlezing tijdens SCBA-alarm uitstellen...
  • Pagina 83 Snel proces. Dit proces staat slechts een eenmalige toediening van gas toe. Het is geschikt voor combinaties van geïnstalleerde sensoren die gebruik maken van een kalibratiegascilinder met een mengsel van gassen, dat wil zeggen, een cilinder met gassen en concentraties die voor alle geïnstalleerde sensoren vereist zijn.
  • Pagina 84 instelling kalibratiegas instelling waarde instelling waarde instelling waarde waarden in Meeteenheid giftig gas Deadbandwaarde PID-reactiefactor Einde menu (beschikbaar voor bepaalde taalconfiguraties) Volgende Stel Volgende Zet aan of uit Volgende Bewerk Terug naar Open menu's instelling meeteenheid instelling instelling waarde sensorinstel of sluit lingen instellingen af...
  • Pagina 85 Zet de iAssign-waarschuwing aan of uit voor de gebruiker, de locatie, of de gebruiker én de locatie. Wanneer deze optie “aan” staat, waarschuwt het instrument de gebruiker als er toewijzingen ontbreken. Stel een van deze opties in voor de iAssign-update-instelling. ...
  • Pagina 86 Opmerking: De maximale grootte van een LENS-groep varieert voor deze gespecialiseerde toepassingen: 1) zes (inclusief minimaal één Ventis Pro) wanneer er een slim apparaat als gateway wordt gebruikt, en 2) acht wanneer een RGX Gateway wordt gebruikt die voor een pluimmodel is ingesteld op dynamische controle.
  • Pagina 87 groep toe te treden; controleer daarom of NFC aan staat wanneer u deze optie selecteert (zie de instellingen in het menu Onderhoud). Opmerking: Via de instelling Scan of Handmatig kan het instrument bij iedere LENS-groep worden aangesloten: een naamloze groep, een ad-hocgroep of een groep met een naam (bijv. Groep X). Groep met naam Als het instrument niet tussen verschillende LENS-groepen hoeft te wisselen, kunt u het toewijzen aan een groep met een naam, zoals “Groep A”.
  • Pagina 88 Stel het interval voor niet-kritieke berichten in, dus het interval waarmee de wifi- of mobiele batterij collectief gegevens verzendt over de onderstaande situaties. Het interval-waardebereik is van 15 tot 300 seconden. Processtatus o Nulstelling mislukt o Kalibratie mislukt o Bumptest mislukt Updates o Gebruikersnaam o Locatienaam...
  • Pagina 89 LENS Wireless iNet Now Waarschuwing: verbinding LENS Wireless verbroken Synchroniseren tijdens Waarschuwing: geen peers Alarm van collega opladen Volgende Zet aan of uit Volgende Zet aan of Volgende Selecteer type Volgende Uitzetten of instelling instelling instelling signaal instelling type signaal selecteren LENS Wireless LENS Wireless-groep...
  • Pagina 91 Het instrument dragen iAssign-accessoires LENS Wireless Realtime-controle Man-down Overzicht van alarmen en waarschuwingen De knoppen van het instrument Ventis Pro Series®-instrumenten beschikken over drie knoppen: de startknop, Enter-knop en paniekknop. Tijdens bedrijf worden deze knoppen gebruikt zoals hieronder beschreven in afbeelding 5.1.
  • Pagina 92 Paniek Houd deze knop ingedrukt om het paniekalarm van het instrument in te schakelen. Het paniekalarm kan mensen in de omgeving waarschuwen dat er een noodsituatie is. De gebruiker van het instrument is bijvoorbeeld gestruikeld of gevallen of heeft letsel opgelopen, iemand anders heeft letsel opgelopen of er is reden tot bezorgdheid over de omstandigheden op de locatie.
  • Pagina 93 Wifi-status (of mobiele status) LENS Wireless (aantal peers en kwaliteit van groepssignaal) Symbool voor status iNet Now-status “Geen fouten” Batterijstatus (zie afbeelding), temperatuur en tijd Naam van gas Meeteenheid Startscherm (instrument voor Huidige gasuitlezing vijf soorten gas) Startscherm (instrument voor vier soorten gas) Afbeelding 5.2 Startscherm Het instrument bedienen...
  • Pagina 94  Over hoeveel dagen het instrument moet worden gekalibreerd, of het aantal dagen sinds de laatste kalibratie.  Informatie over gasinstellingen (waarschuwings- en alarminstelpunten, evenals kalibratiegasconcentraties).  Informatie over de toewijzing (bedrijf, gebruiker en locatie die aan het instrument zijn toegewezen). De medewerker heeft wellicht ook toegang tot de hieronder beschreven opties.
  • Pagina 95 Startscherm Instelling PID-reactiefactor SCBA-modus Informatie over collega's — Volgend Volgend Bladeren en Volgend scherm SCBA-modus Volgend Markeer collega scherm scherm optie selecteren gebruiken scherm Startscherm Informatie over collega's Toewijzingsinformatie Docking-informatie Uitlezingen van Informatie van RGX peer-instrumenten Gateway — — Blader door Selecteer Volgend Volgend scherm...
  • Pagina 96 Wanneer identificatoren, zoals gebruiker of locatie, in de iAssign-tag van een medewerker zijn geprogrammeerd en de tag tegen een Ventis Pro wordt getikt (zie hieronder), dan worden de instellingen van het instrument bijgewerkt met de identificatoren van de tag.
  • Pagina 97 Afbeelding 5.4 iAssign-tags gebruiken Standby Clip De Standby Clip™ is een accessoire dat u op de voorkant van een Ventis Pro-instrument kunt klemmen. Tijdens gebruik zet de permanent vergrendelde, in de fabriek geprogrammeerde iAssign- tag geselecteerde functies op stand-by, wat betekent dat die functies niet operationeel zijn.
  • Pagina 98  Om lid te blijven van de groep, volgt u deze richtlijn om het potentiële signaalbereik te beoordelen: een afstand van maximaal 100 meter (109 yard) tussen de Ventis Pro en andere apparatuur in de groep die binnen elkaars gezichtsveld zijn.
  • Pagina 99 LENS staat aan). Aansluiting bij een LENS-groep Als LENS Wireless is geactiveerd, worden de lidmaatschapopties van een Ventis Pro-groep bepaald door de LENS-groepsinstelling “Scan”, “Handmatig” of groep met een naam (bijv. Groep A).  Het instrument kan met de instelling Scan naar LENS-groepen (met een open plek en binnen het bereik) scannen en zich erbij aan te sluiten.
  • Pagina 100 Vervolgens wijst u met het IrDA-venster van de Ventis Pro naar ongeveer vijf seconden of tot van de RGX; het rode het IrDA-venster van de Radius. Houd de Ventis Pro vlak bij de het instrument met een controlelampje ervan Radius gedurende ongeveer vijf seconden of tot de Ventis Pro stijgende toon aangeeft dat de knippert.
  • Pagina 101  De gebruiker opent de LENS Wireless-lijst met peers van het instrument en kiest de optie Groep verlaten. Zoals hieronder weergegeven wordt de groepsnaam op het scherm getoond als het instrument deel uitmaakt van een groep met een naam, bijvoorbeeld Groep A. ...
  • Pagina 102  Activering van de dienst iNet Now.  Activering van het instrument (via iNet) voor realtime-controle.  De Ventis Pro is draadloos verbonden met een compatibele gateway en/of is uitgerust met een draadloze batterij. Opmerkingen: De richtlijnen voor instellingen en de verbinding van het instrument zijn ook van toepassing, zoals beschreven in deze producthandleiding.
  • Pagina 103 Stand-by Wanneer de Standby Clip in gebruik is, zet deze man-down op stand-by. Het Ventis-scherm toont een symbool om de stand-by-status aan te geven: de functie man-down is niet operationeel ( ).
  • Pagina 104 Alarmmelding op volledig Uitlezingen Soort gebeurtenis (“Evacueren” afgebeeld) scherm Alarmen van LENS peers (voorbeeldschermen) geven aan dat het instrument met het alarm respectievelijk een Ventis Pro of een Radius® BZ1 Area Monitor is. Alarm van collega Alarm van collega (“paniek” (“gas afgebeeld) aanwezig, hoog”...
  • Pagina 105 Paniek; paniek – collega PANIEK ALARM Laag alarm Gas aanwezig (gebeurtenis met laag alarm); gas aanwezig – collega (gebeurtenis met laag alarm) TWA-gebeurtenis Waarschuwingen Waarschuwingen stellen de gebruiker van het instrument op de hoogte van een toestand die aandacht vereist. Waarschuwingen gaan steeds aan en uit.
  • Pagina 106 Waarschuwingen (voorbeeldschermen) Instrument-waarschuwingen Man-down Gas aanwezig, Probleem met Onderhoud vereist Lage batterijspanning waarschuwing waarschuwing instrument 120 sec. aftellen voor Waarschuwing: H Fout LEL-sensor Bumptest vereist voor alarm gas aanwezig. CO en H Andere waarschuwingen iAssign-waarschuwing LENS Wireless-waarschuwingen Groep vermist Collega vermist Geen peers iNet Now-verbinding verbroken...
  • Pagina 107 Alarmen Alarmen waarschuwen gebruikers van instrumenten voor gevaar. Het niveau van het alarm is gebaseerd op het type gebeurtenis en de oorzaak. Ventis Pro-instrumenten hebben vier alarmniveaus. Dit zijn van hoog naar laag:  Hoog alarm  Laag alarm ...
  • Pagina 108 Alarmen blijven aanhouden, en een alarm gaat pas uit als de gebeurtenis die het alarm heeft veroorzaakt niet meer wordt gedetecteerd. Als het permanente alarm van het instrument echter is ingeschakeld, blijft het alarm afgaan tot de gebruiker op drukt om het uit te zetten. Een peer-alarm kan worden bevestigd door op te drukken, waardoor de alarmsignalen worden uitgezet maar de gegevens op het scherm blijven staan.
  • Pagina 109 Tabel 6.1 Alarmgebeurtenissen (lijst) Alarmsymbool Alarmniveau Alarmgebeurtenis Beschrijving LENS-peer-gebeurtenissen Gas aanwezig – Wanneer een peer-alarm afgaat, houdt u deze knop collega even ingedrukt om de alarmsignalen uit te zetten: Hoog – collega De alarmmelding blijft op de statusbalk staan. (hoog alarm) Hoog –...
  • Pagina 110 Alarmniveau: Hoog Gas aanwezig, alarm voor “over range” (buiten bereik) — Gas aanwezig, hoog alarm STEL-alarm — Alarm voor kritiek lage Systeemalarm Man-down alarm Paniekalarm batterijspanning Alarmniveau: Laag Gas aanwezig, laag alarm TWA-alarm —...
  • Pagina 111 Alarmniveau: Hoog – LENS-peer STEL – collega Paniekalarm – collega Man-down – collega Gas aanwezig, hoog alarm – collega Alarmniveau: Laag – LENS-peer TWA – collega Gas aanwezig, laag alarm – collega — — Afbeelding 6.1 Alarmgebeurtenissen (schermen) Waarschuwingen Waarschuwingen gaan steeds aan en uit. Hoe dringender de waarschuwing, hoe korter de tijd tussen aan en uit: een waarschuwing die elke twee seconden wordt herhaald is dringender dan een waarschuwing die elke dertig seconden wordt herhaald.
  • Pagina 112 Tabel 6.2 Waarschuwingen (lijst) Symbool Waarschuwing Beschrijving Man-down Het instrument heeft gedurende bepaalde tijd niet bewogen. Beweeg het instrument om de waarschuwing uit te schakelen. MAN DOWN Gaswaarschuwing Een gedetecteerde gasconcentratie nadert mogelijk een alarmniveau. Houd deze knop ingedrukt om de waarschuwing uit te schakelen: LEL-Laag O De LEL- en O...
  • Pagina 113 Man-down Gaswaarschuwing Waarschuwing waarschuwing sensorfout (5,0 ppm H S afgebeeld) (Aftelprocedure 120 (LEL afgebeeld) seconden voorafgaand aan alarm afgebeeld) Waarschuwingen vereist onderhoud Waarschuwing lage batterijspanning (Kalibratie vereist voor CO en (Dock overtijd; handmatige kalibratie vereist voor CH Hoog) Andere waarschuwingen LENS Wireless-waarschuwingen iAssign-waarschuwing Groep vermist...
  • Pagina 114 Indicators De meeste indicators gaan een keer aan en dan uit. Alleen de betrouwbaarheidsindicator blijft geactiveerd en wordt elke 90 seconden herhaald. Als alle instellingen voor signalen* zijn ingeschakeld, zijn de indicators als volgt zichtbaar en hoorbaar: Indicator Status Kleur Audio iAssign-update, berichten, kalibratie of bumptest Geslaagd...
  • Pagina 115 Tabel 6.3 Storingen en fouten  Controleer of de slang stevig op de kalibratiekap en de regelaar van de cilinder is aangesloten.  Controleer of de cilinder niet leeg is en de vereiste gasconcentraties bevat. Indien gewenst herhaalt u het kalibratieproces. Er is een fout opgetreden De overgebleven sensor werkt als en gasuitlezing...
  • Pagina 117 Onderhoud Richtlijnen Overzicht van proces Benodigdheden en voorbereiding Instructies Richtlijnen Dit hoofdstuk bevat instructies voor het handmatig uitvoeren van de volgende hulpprogramma's: bumptest, nulstelling en kalibratie. U kunt deze procedures ook laten uitvoeren met behulp van compatibele dockingstations en accessoires van Industrial Scientific die worden ondersteund door iNet, DSSAC of Accessory Software.
  • Pagina 118  Sluit de kalibratiekap op het instrument aan.  Zet de gascilinder aan.  Bekijk de resultaten.  Verwijder de kalibratiekap.  Zet de gascilinder uit. Benodigdheden en voorbereiding Volg afbeelding 7.1 om alle benodigdheden te verzamelen en de kalibratiegascilinders voor te bereiden. Benodigdheden ...
  • Pagina 119 Instructies Afbeeldingen 7.2.A t/m 7.2.C bevatten instructies voor onderhoud in de volgorde nulstelling, kalibratie en bumptest. Het normale proces wordt voor een kalibratie weergegeven en het snelle proces voor een bumptest. Wanneer een proces afwijkt van de afbeeldingen hieronder, worden de nodige aanwijzingen op het scherm van het instrument weergegeven.
  • Pagina 120 Voortgang kalibratie Resultaten kalibratie Na afronding van de kalibratie geeft het instrument het resultaat weer (geslaagd of mislukt), evenals het percentage resterend bereik van de sensor. — Opmerking: Als er binnen vijf Geslaagd Het percentage resterend minuten geen toereikende “bereik” geeft de resterende kalibratiegaswaarde wordt levensduur van een sensor bereikt, mislukt de kalibratie van...
  • Pagina 121 Bumptest (snel proces afgebeeld) Plaats de voorbereide Kijk of de randen aan de kalibratiekap op de bovenkant en zijkanten van bovenkant van de de kalibratiekap goed zijn instrumentbehuizing. uitgelijnd met de bovenste randen van de Druk op de kap tot instrumentbehuizing.
  • Pagina 122 Tabel 7.1 Kalibratie mislukt: mogelijke oorzaken en aanbevelingen Mogelijke oorzaken van een Aanbevelingen mislukte kalibratie Het percentage resterend bereik van de De sensor moet worden vervangen. sensor is minder dan 50%. Het kalibratiegas in de gascilinder had niet Herhaal de kalibratie met een geschikte gascilinder. de juiste concentratie.
  • Pagina 123 Service en garantie Service Garantie Service Richtlijnen De servicewerkzaamheden die de klanten van Industrial Scientific zelf kunnen uitvoeren worden in deze producthandleiding beschreven. In tabel 8.1 staat welke onderdelen en componenten de klant zelf kan vervangen. Alle overige servicewerkzaamheden mogen uitsluitend door Industrial Scientific of een erkend servicecentrum worden uitgevoerd.
  • Pagina 124 Benodigdheden  T10-torxschroevendraaier  Pincet met gebogen spitse punt (voor vervangen barrière en filter) Instructies Afbeeldingen 8.1 en 8.2 tonen respectievelijk het gedemonteerde instrument en de bijbehorende pompmodule, waarbij onderdelen en componenten worden geïdentificeerd. Gebruik tabel 8.1 om te bepalen welke artikelen de klant zelf kan vervangen en om de namen en nummers van onderdelen op te zoeken.
  • Pagina 125 Afbeelding 8.2 Diagram pompmodule...
  • Pagina 126 X staat voor kleur huisbedekking; 0 = zwart en 1 = oranje Y staat voor naamplaat; 1 = Ventis Pro4 en 2 = Ventis Pro5. Kit met sensorwaterbarrières 18109436 Bevat één waterbarrière per sensorpoort. Raadpleeg voor informatie over Sensoren en installatielocaties Tabel 2.7 Sensorspecificaties...
  • Pagina 127 — — Motor vibratiealarm 17120080 — Onderkant van de behuizing Nee* — Aandraaimoment schroef: 0,39 newton m (55 ounce-force inch) Oplaadbare lithium-ionbatterijen Ventis Pro Cellular Battery Alleen Ventis Pro5. Zie tabel 8.2 Aandraaimoment schroef: 0,39 newton m (55 ounce-force inch)
  • Pagina 128 Tabel 8.1 Onderdelenlijst voor instrument en pompmodule Nummer Naam onderdeel Vervanging Onderdeelnummer Opmerkingen door klant diagram Ventis Pro Wi-fi Battery Ventis Standard Battery Aandraaimoment schroef: Ventis Slim Extended Battery Zie tabel 8.2 0,39 newton m (55 ounce-force Ventis Extended Run-time...
  • Pagina 129 Batterijonderdelen Het basisonderdeelnummer op het etiket van een Ventis-batterijonderdeel bestaat uit acht cijfers (XXXXXXXX). De bijbehorende bestelbare onderdeelnummers beginnen met een referentiecode van vier letters, “VTSB”, gevolgd door een achtervoegsel van drie tekens. Het eerste teken van het achtervoegsel is een getal dat het type batterij aangeeft;...
  • Pagina 130 Schakel het instrument uit voorafgaand aan demontage en servicewerkzaamheden. Installatie van de pomp Schroef de riemclip los en Schroef de batterij los, licht Draai de schroef van het Schuif het pompdeksel omlaag verwijder deze. Bewaar de clip, deze op en verwijder hem van pompdeksel enigszins los.
  • Pagina 131 — — Doe het pompdeksel omlaag. Schuif dit in de volledig gesloten, vastgeklikte stand. Draai de schroef van het pompdeksel vast. Pompdop en interne filter vervangen Belangrijk: Schakel het instrument uit voordat u deze servicewerkzaamheden uitvoert. Draai de dop van de pomp naar Draai het instrument om.
  • Pagina 132 Om een tweedelige batterij te installeren, plaatst u de batterij Om een eendelige batterij te Draai de vier schroeven met een eerst in het batterijdeksel. De batterij is correct aangebracht als installeren, lijnt u deze met het torxschroevendraaier vast om de u het etiket ervan ziet.
  • Pagina 133 Vervanging van stoffilter voor luidspreker Trek de stoffilter los met Plaats het blad met filters op het Plaats de nieuwe barrière met de kleeflaag omlaag op de werkoppervlak. bovenkant van de behuizing. een vinger of pincet met spitse punt en gooi hem Schraap lichtjes over het papier Druk de filter vast en blijf drukken voor een goede hechting.
  • Pagina 134 Waterbarrière sensor vervangen — Pak de sensorwaterbarrière Plaats de bladen met Plaats de nieuwe waterbarrière met de kleeflaag omlaag in de in de bovenkant van de waterbarrières op het bovenkant van de behuizing. behuizing vast met het werkoppervlak. Plaats de rand van de barrière tegen de binnenrand van de pincet met gebogen, spitse Schraap lichtjes met het pincet sensoropening in de bovenkant van de behuizing.
  • Pagina 135 Instrument monteren en opladen Pak de bovenkant van de Plaats de complete Druk de bovenkant van de Draai de bovenste twee printplaateenheid vast bij bovenkant van de behuizing behuizing vast op de onderkant schroeven met een de kunststof zijkanten die op de onderkant van de van de behuizing.
  • Pagina 136 Garantie De Ventis Pro5-detector valt onder een Guaranteed for Life™ garantie zolang het instrument door Industrial Scientific Corporation wordt ondersteund (met uitzondering van sensoren, batterijen en filters). Voor O2-, LEL-, CO- en H2S-sensoren en pompen geldt een garantie van vier jaar. Voor alle overige sensoren en batterijen geldt een garantie van twee jaar.
  • Pagina 137 De koper bevestigt zelf het beoogde doel en de geschiktheid van de aangekochte goederen te hebben bepaald. De partijen stemmen er uitdrukkelijk mee in dat enig technisch of ander advies dat Industrial Scientific geeft met betrekking tot het gebruik van de goederen of diensten kosteloos en voor risico van de koper is;...
  • Pagina 138 Bijlage A Aanvullende informatie over gassen en sensoren Giftige gassen Een sensor is ontwikkeld om de aanwezigheid van een bepaald gas, het “doelgas”, te detecteren en te meten. Een sensor kan echter ook op andere gassen reageren. In dat geval zegt men dat de sensor “kruisgevoelig”...
  • Pagina 139 Brandbare gassen Tabel A.2 en A.3 bevatten de LEL voor bepaalde brandbare gassen en zijn van toepassing op specifieke sensoren. Deze tabellen bevatten ook correlatiefactoren die helpen bij het bepalen van het LEL-percentage als het werkelijke gas afwijkt van het gas dat werd gebruikt voor het kalibreren van het instrument. Als het instrument bijvoorbeeld 10% LEL aangeeft in een pentaan-omgeving en was gekalibreerd met methaan, wordt het werkelijke LEL-percentage als volgt bepaald: Zoek de cel in de tabel waarin het monstergas (pentaan) en het kalibratiegas (methaan) elkaar...
  • Pagina 140 Tabel A.3 LEL-correlatiefactoren voor de sensor 17155304-U, 17155304-UA Kalibratiegas Propaan (% vol) Monstergas Aceton 3,28 Butaan 0,97 Chloormethaan 4,97 Cyclopentaan 1,62 Dichloorethaan 8,57 Ethaan 1,01 Ethanol 1,65 Ethylacetaat 1,69 Ethyleen 3,43 Ethyleenoxide 0,845 Hexaan Isopropanol 1,43 Methaan Methanol 2,22 Methylethylketon 1,87 Pentaan 0,89...
  • Pagina 141 Bijlage B Een Ventis Pro met een wifi-batterij programmeren 1. Installeer de iAssign®-app op uw mobiele telefoon vanaf de Apple-app of Google Play Store. 2. Open de iAssign-app:  Het welkomstscherm van iAssign verschijnt kort als u de app voor het eerst opent of op HELP tikt.
  • Pagina 142   6. Tik de geprogrammeerde iAssign-tag of -kaart tegen de luidspreker van het instrument om de netwerkgegevens op de Ventis Pro bij te werken. De op het instrument weergegeven netwerk-ID wordt bijgewerkt op basis van de waarden die op de iAssign-tag of -kaart zijn...
  • Pagina 143 IECEx-markeringen Industrial Scientific Corp. Industrial Scientific Corp. 15205 USA 15205 USA VENTIS Pro SERIES VENTIS PRO SERIES DEMKO 15 ATEX 1571 IECEx UL15.0114 Ex da ia IIC T4 Ga Ex da ia IIC T4 Ga, Ex db ia IIC T4 Gb met geïnstalleerde IR-sensor Ex db ia IIC T4 Gb met geïnstalleerde IR-sensor...
  • Pagina 144 Bijlage D Certificatienormen Tabel D.1 Toepasselijke certificatienormen E218330 15 ATEX 1571 IECEx UL15.0114 UL22UKEX2684 Vol. 1 Sec. 12 EN IEC 60079-0:2018 EN IEC 60079-0:2018 IEC 60079-0:2017, 7e uitgave UL 913, 8e uitgave EN 60079-1:2014 EN 60079-1:2014 IEC 60079-1:2014, 7e uitgave UL 60079-0, 7e uitgave EN 60079-11:2012 EN 60079-11:2012...
  • Pagina 145 Contactinformatie Industrial Scientific Corporation 1 Life Way Pittsburgh, PA 15205-7500 USA Web: www.indsci.com Phone: +1 412-788-4353 or 1-800-DETECTS (338-3287) E-mail: info@indsci.com Fax: +1 412-788-8353 Industrial Scientific France S.A.S. 11D Rue Willy Brandt 62002 Arras Cedex, France Web: www.indsci.com Téléphone : +33 (0)1 57 32 92 61 E-mail: info@eu.indsci.com Fax: +33 (0)1 57 32 92 67 英思科传感仪器(上海)有限公司...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pro 5