Tabel 6.3 Storingen en fouten
!
Wanneer een storing het gevolg is van omstandigheden die hierboven niet zijn vermeld, wordt er een
foutcode weergegeven. Sommige codes geven een mogelijke installatiefout of compatibiliteitsprobleem
aan; gekwalificeerd personeel kan proberen om deze en andere fouten op te lossen (zie tabel 6.4
hieronder). Voor alle overige foutcodes neemt u contact op met Industrial Scientific voor assistentie.
Tabel 6.4 Kritieke fouten
Op de schermafbeelding links ziet u een voorbeeld van een kritieke fout. Deze storing van het
instrument blijft aanhouden tot de fout is verholpen. De code 408 geeft een specifiek probleem aan; er
worden uiteenlopende codes gebruikt om verschillende storingen aan te duiden.
Foutcode
406
408
490
470
Er is een fout opgetreden
en gasuitlezing
met een sensor waarvoor
DualSense was geactiveerd.
Oorzaak
Een sensor is op de
verkeerde locatie
geïnstalleerd.
Er zijn geen sensoren
geïnstalleerd of de
geïnstalleerde sensoren zijn
niet door het instrument
gedetecteerd.
Mogelijk is een sensor niet
meer op de printplaat
aangesloten.
Er is een incompatibele
batterij geplaatst.
Controleer of de slang stevig op de
kalibratiekap en de regelaar van de cilinder
is aangesloten.
Controleer of de cilinder niet leeg is en de
vereiste gasconcentraties bevat.
Indien gewenst herhaalt u het kalibratieproces.
De overgebleven sensor werkt als
alleenstaande sensor. Los deze situatie op in
overeenstemming met het veiligheidsbeleid van
uw bedrijf.
Mogelijke oplossing
Controleer het type sensor en installeer de sensor
op de juiste locatie.
Controleer of de geïnstalleerde sensor correct en
op de juiste locatie is geïnstalleerd en compatibel
is.
Controleer of de sensor geheel of gedeeltelijk los
zit; controleer de pinnen van de sensor en de
bijbehorende contacten van de plaat op schade.
Controleer aan de hand van het onderdeelnummer
van de geplaatste batterij of deze compatibel is;
breng zo nodig een compatibele batterij aan.
107