4. Selecteer de meest geschikte instelling in de lijst voor de soort
document of afbeelding die u wilt afdrukken.
Wanneer u een voorgedefinieerde instelling kiest, worden andere
instellingen, zoals Printing Mode (Modus), Resolution
(Resolutie), Screen (Scherm) en Color Management
(Kleurenbeheer), automatisch ingesteld. Wijzigingen worden
weergegeven in de vervolgkeuzelijst Summary (Overzicht) van
het afdrukvenster.
Deze printerdriver biedt de volgende voorgedefinieerde
instellingen:
Automatic (Standard) (Automatisch (standaard))
Geschikt voor normaal afdrukken van met name foto's.
Text/Graph (Tekst/Grafisch)
Geschikt voor het afdrukken van documenten met tekst en
afbeeldingen, zoals presentaties.
Graphic/CAD (Grafisch/CAD)
Geschikt voor het afdrukken van afbeeldingen en grafieken.
Photo (Foto)
Geschikt voor het afdrukken van foto's.
ColorSync
Hiermee worden de kleuren van de afdruk automatisch
aangepast aan de kleuren op het scherm.
Automatic (High Quality) (Automatisch (Hoge kwaliteit))
Geschikt voor normaal afdrukken, waarbij de voorkeur wordt
gegeven aan afdrukken met hoge kwaliteit.
144
De printersoftware gebruiken met Macintosh