D
E
DE BOVENDRAAD INRIJGEN
Zorg ervoor dat de naaivoet en de naald zich in de hoogste
stand bevinden.
Zet de AAN/UIT-schakelaar op OFF.
1. plaats de draad op de garenpen en de garenschijf op de
garenpen zoals beschreven.
2. Garenpen in horizontale positie:
Breng de draad over en achter de
voorspanningsdraadgeleider (A) en onder de
draadgeleider (B) door.
Garenpen in verticale positie:
In plaats van de draad in de voorspanningsgeleider
te brengen (A), brengt u de draad direct onder de
draadgeleider (B).
A
B
C
3. Breng de draad omlaag tussen de
draadspanningsschijven (C).
4. Ga verder met het inrijgen in de door de pijlen
aangegeven richting. Leid de draad vanaf de rechterkant
door de draadhefboom (D).
5. Breng de draad omlaag en achter de laatste geleider net
boven de naald (E).
Voorbereidingen – 11