15
Wanneer het volgende scherm wordt weergegeven, geeft u aan of u deze printer wilt delen.
(1) Selecteer of u de printer wilt delen (of de computer waarop het printerstuurprogramma is geïnstalleerd, moet worden
gebruikt als afdrukserver).
Zie
"Als u de printer gebruikt in de
(afdrukserveromgeving).
Wanneer u de printer wilt delen, geeft u [Sharenaam], [Locatie] of [Opmerking] op, al naar gelang van
toepassing.
(2) Klik op [Volgende].
16
Klik op [Voltooien].
Als u een testpagina wilt afdrukken, klikt u op [Testpagina afdrukken].
Wanneer [Als standaardprinter instellen] wordt weergegeven, geeft u aan of u de printer als de standaardprinter wilt
gebruiken. (Windows 7 en Server 2008 R2)
Wanneer het volgende scherm wordt weergegeven, kunt u de cd-rom uit het station verwijderen.
Wanneer de installatie is voltooid, worden een pictogram voor deze printer gemaakt.
"Na
installatie"
Zie
"De netwerkinstellingen voor de printer
afdrukserveromgeving" voor meer informatie over het delen van de printer
wijzigen" als u de netwerkinstellingen voor de printer wilt wijzigen.