Bediening
Opnieuw configureren is niet nodig:
bij overschakelen van een loodzuurbatterij
●
op een STILL-lithium-ionbatterij
bij overschakelen van een STILL-lithium-
●
ionbatterij op een andere STILL-lithium-ion-
batterij
De batterijlader ontvangt alle benodigde ge-
gevens direct van de lithium-ionbatterij.
Herconfiguratie vereist:
bij overschakelen van een STILL-lithium-
●
ionbatterij op een loodzuurbatterij
bij overschakelen van een grote loodzuur-
●
batterij op een kleinere loodzuurbatterij met
een lagere capaciteit of omgekeerd
– Zie de paragraaf "Van batterijtype verande-
ren" in het hoofdstuk "Vervangen en trans-
porteren van de batterij".
Boordbatterijlader configureren
De boordbatterijlader moet worden geconfigu-
reerd voor het gebruikte batterijtype. De vloot-
beheerder kan dit doen met de toegangsauto-
risatie FleetManager (variant).
OPMERKING
Voor het configuratieproces is toegangsautori-
satie voor de vlootbeheerder nodig. Het instel-
menu is alleen toegankelijk als de machine
stilstaat en de parkeerrem is ingeschakeld. Als
de parkeerrem te vroeg wordt uitgeschakeld,
wordt het instelmenu gesloten.
– Schakel de parkeerrem in.
– Druk op de toets
– Activeer de "Toegangsautorisatie voor de
vlootbeheerder".
– Druk op de softkey
– Druk op de softkey
.
lingen
– Druk op de softkey
.
der
.
.
Machine-instel-
Boordbatterijla-
56378011505 NL - 11/2022 - 14
4
Boordbatterijlader
453