Advertenties
4
Controles en werkzaamheden voor dagelijks gebruik
Gebruik als hulp bij het in- en uitstappen de
handgrepen (2) en (4) ter ondersteuning. De
stijl van het beschermdak (1) kan eveneens
als steun dienen.
Stap altijd voorwaarts in het apparaat:
– Als het apparaat een bestuurderscabine
heeft, opent u het bestuurdersportier.
– Houd met uw linkerhand de greep (2) vast
en laat deze niet los.
– Houd met uw rechterhand de greep (4) vast
en laat deze niet los.
– Plaats uw rechtervoet op de onderste trede
(5).
– Plaats uw linkervoet op de bovenste trede
(6).
– Plaats uw rechtervoet in de voetruimte (7).
– Betreed het apparaat en ga op de bestuur-
dersstoel (3) zitten.
– Sluit het bestuurdersportier, indien van toe-
passing.
Stap altijd achterwaarts uit het apparaat:
– Als het apparaat een bestuurderscabine
heeft, opent u het bestuurdersportier.
– Houd met uw linkerhand de greep (2) vast
en laat deze niet los.
– Sta op van de bestuurdersstoel en plaats
uw linkervoet op de bovenste trede (6).
– Houd met uw rechterhand de greep (4) vast
en laat deze niet los.
– Plaats uw rechtervoet op de onderste trede
(5).
– Plaats uw linkervoet op de grond en verlaat
de heftruck.
Armleuning en bestuurdersstoel
verstellen
Het controleren van de assistentiesystemen
is een van de controles en taken die moe-
ten worden uitgevoerd vóór dagelijks gebruik.
De machine kan alleen veilig worden gebruikt
wanneer de stoel in de juiste stand staat.
90
56378011505 NL - 11/2022 - 14
Bediening
Advertenties
