Bediening
Op laadbruggen rijden
GEVAAR
Ongevallenrisico door naar beneden vallen van de
machine!
Bij stuurbewegingen kan de achterzijde van de ma-
chine van de laadbrug af naar de rand uitzwenken.
Hierdoor kan de machine vallen.
De bestuurder van de vrachtwagen en de bestuurder
van de vorkheftruck moeten goed met elkaar over-
leggen wanneer de vrachtwagen kan vertrekken.
– Stel het vertrektijdstip van de vrachtwagen vast.
– Bepaal het werkelijke totaalgewicht van de hef-
truck.
– Voordat er op een laadbrug wordt gereden, die-
nen de bedieningsinstructies van de laadbrug te
worden geraadpleegd.
– Controleer of de laadbrug goed aangebracht en
bevestigd is en of het draagvermogen voldoende
is (bijv. vrachtwagen, de brug zelf).
– Controleer of de vrachtwagen waarop gereden zal
worden voldoende tegen bewegen is beveiligd, en
of deze de last van de heftruck kan dragen.
Het werkelijke totaalgewicht bepalen
– Parkeer de machine beveiligd.
– Bepaal de afzonderlijke gewichten door het
typeplaatje van de machine te lezen en, in-
dien van toepassing, het typeplaatje van de
voorzetapparatuur (variant) en/of door de te
heffen last te wegen.
– Tel de bepaalde afzonderlijke gewichten bij
elkaar op voor het werkelijke totaalgewicht
van de machine:
Nettogewicht (1)
+ Max. toegestaan batterijgewicht (2)
+ Extra gewicht (variant) (3)
Nettogewicht van voorzetapparaat (vari-
+
ant)
+ Gewicht van de te heffen last
+ 100 kg voor de bestuurder
= Werkelijk totaalgewicht
– Rijd langzaam en voorzichtig op de laad-
brug.
56378011505 NL - 11/2022 - 14
4
Hanteren van lasten
259