Erop letten dat de motorfiets
7
stevig staat.
De motorfiets neerzetten en
118
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is.
Contact uitschakelen.
z
Draai de bout 1 los.
Lampglas aan bevestigings-
zijde uit het richtingaanwij-
zerhuis trekken.
Gloeilamp 2 in de houder 3
drukken en door linksom
draaien verwijderen.
Gloeilamp in omgekeerde
volgorde aanbrengen.
Een droge doek gebruiken
om de lamp vast te pakken.
Starten met hulpstart-
kabels
De bedrading naar de
contactdoos is niet be-
rekend op het starten van de
motor m.b.v. hulpstartkabels.
Een te hoge stroomsterkte
kan tot brand of schade aan
de boordelektronica leiden.
Bij starthulp de contactdoos
niet gebruiken.
Het aanraken van onder
spanning staande delen
van het ontstekingssysteem
bij draaiende motor kan tot
elektrische schokken leiden.
Bij draaiende motor geen on-
derdelen van het ontstekings-
systeem aanraken.