Servicehandboek
85
12.6
Algemene opmerkingen m.b.t. de besturing
12.6.1 Waterkraan gesloten
Als na 6 minuten het vulpeil (f1) niet wordt bereikt, blijft de besturing in deze positie staan en wacht tot
het peil is bereikt. Bij modellen met front-display verschijnt de aanwijzing „Watertoevoer controleren".
Als na 6 minuten de waterkraan wordt geopend, wordt in deze vulstap alleen nog met onbehandeld wa-
ter gevuld.
12.6.2 Regenereer-elektronica
De elektronica bepaalt aan de hand van de op het toestel ingestelde waterhardheid de hoeveelheid wa-
ter die mogelijk is tot de onthardingsinstallatie is uitgeput.
De uitgevoerde afwascyclussen worden geteld. Na het bereiken van het maximum aantal mogelijke af-
wascyclussen, wordt geregenereerd.
Het gedrag van de regenereer-elektronica vindt u in de beschrijving onder het kopje „Eerste ingebruik-
neming / Vervangen van de elektronica" op pagina 87.
12.6.3 Warmwaterherkenning
Als het inlopende water bij het glansspoelen warmer dan 45°C is, wordt de temperatuur voor het glans-
spoelen tot 72°C verhoogd en wordt zo de eigen warmte van het vaatwerk versterkt. De warmtewisse-
laar wordt niet gevuld.
12.6.4 Stroomstoring
De elektronica heeft een stroomstoringsgeheugen, dat garandeert dat bij een stroomstoring of een pro-
grammaonderbreking het begonnen afwasprogramma kan worden voortgezet.
12.6.5 Sensoren
Alle uitgaande signalen van de deurschakelaar, de niveauschakelaar, de NTC-voeler en de tekortscha-
kelaars worden op het gepaste ogenblik door de microprocessor geregistreerd en geëvalueerd.
12.6.6 Ladingsherkenning
Het toerental van de circulatiepomp wordt door de tachogenerator gemeten.
Door extra vocht, verdiepingen in het vaatwerk of gekantelde pannen, schalen etc. kan verlies van af-
waswater ontstaan. Hierbij wordt lucht door de pomp getransporteerd. Dit leidt tot een verhoogd geluids-
niveau en een gewijzigde (onregelmatige) werking van de pomp.
De tachogenerator herkent een onregelmatige werking tijdens het vullen. Om de pomp weer „soepel" te
laten lopen, wordt er net zo lang water bijgevuld, totdat het optimale waterpeil is bereikt.
Bij de 1e keer vullen wordt er 2,8 l tot 3,7 l gevuld; er vinden 3 opvragen op soepele werking plaats.
Bij de eerste opvraag wordt max. 200 ml bijgevuld.
Bij de tweede opvraag wordt nog eens max. 200ml bijgevuld.
Bij de derde opvraag wordt max. 500 ml bijgevuld.
In de eerste vulstap kan dus max. 900 ml worden bijgevuld. Tijdens het tussenspoelen en het naspoelen
kan telkens nogmaals max. 500 ml worden bijgevuld.
Uitsluitend voor intern gebruik