1
Figuur 60
Maaidekken met 1 mes
1. Mes in lengterichting
2. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot het platte oppervlak
hier.
2
1
Figuur 61
Maaidekken met 2 messen
1. Messen in lengterichting
2. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot ht platte oppervlak
hier.
5. Meet de afstand tussen de rand van zowel het
voorste mes als de rand van het achterste mes tot het
horizontale oppervlak
Opmerking: Als de rand van het voorste mes niet
1,6 tot 7,9 mm lager staat dan de rand van het achterste
mes, moet u de voorste borgmoer afstellen.
6. Om de schuinstand in te stellen, moet u de stelmoer op
de voorkant van het maaidek draaien
2
G014631
2
G009658
2
(Figuur
60).
(Figuur
62).
1
1. Stelstang
2. Stelblok
7. Om de voorkant van het maaidek hoger te zetten,
draait u de stelmoer vaster.
8. Om de voorkant van het maaidek lager te zetten, draait
u de stelmoer losser.
9. Controleer de schuinstand nogmaals na het instellen,
ga door met het instellen van de moer totdat de rand
van het voorste mes 1,6 tot 7,9 mm lager staat dan de
rand van het achterste mes
10. Als de schuinstand correct is, moet u nogmaals
controleren of het maaidek horizontaal staat; zie
Gelijkstellen in de breedterichting (bladz.
Maaidek verwijderen
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en
schakel de aftakas uit.
2. Zet de rijhendels naar buiten in de parkeerstand,
schakel de motor uit, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
3. Zet de maaihoogtehendel in de laagste stand.
4. Draai de twee onderste bouten los waarmee de
afdekking van het maaidek is bevestigd aan het
maaidek. Zie
De afdekking van het maaidek losmaken
(bladz.
29).
5. Verwijder de R-pen uit de voorste steunstang en neem
de stang uit de beugel van het maaidek
Laat de voorkant van het maaidek voorzichtig neer op
de grond.
43
3
2
G014634
Figuur 62
3. Borgmoer
(Figuur
60).
41).
(Figuur
63).