E-z vac blazer- en aandrijvingsset 122 cm, 132 cm en 152 cm (9 pagina's)
Samenvatting van Inhoud voor Toro TimeCutter ZS 3200
Pagina 1
Form No. 3366-397 Rev B TimeCutter ® ZS 3200 zitmaaier Modelnr.: 74385—Serienr.: 311000001 en hoger G015307 Om uw product te registreren of om een gebruikershandleiding of onderdelencatalogus te downloaden, gaat u Vertaling van de oorspronkelijke naar www.Toro.com. tekst (NL)
Inleiding............... 2 van Toro U dient hierbij altijd het modelnummer en Veiligheid ..............3 het serienummer van het product te vermelden. De Instructies voor veilige bediening van locatie van het plaatje met het modelnummer en het zitmaaiers ............
Veiligheid Tips voor bediening en gebruik......23 Onderhoud ..............25 Aanbevolen onderhoudsschema ......25 Instructies voor veilige Procedures voorafgaande aan onderhoud....25 bediening van zitmaaiers De stoel omhoog zetten........25 Smering..............26 Deze machine voldoet ten minste aan de Europese De lagers smeren ..........
◊ onvoldoende grip van de wielen, • Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte lopen, omdat zich daar giftige koolmonoxidedampen ◊ te snel rijden, kunnen verzamelen. ◊ onjuist gebruik van de rem, • Maai uitsluitend bij daglicht of goed kunstlicht. ◊...
– voordat u de maaimachine gaat controleren, De volgende lijst bevat veiligheidsinstructies die schoonmaken of andere werkzaamheden gaat specifiek zijn toegesneden op Toro producten, of andere uitvoeren; veiligheidsinstructies die niet zijn opgenomen in de – als u een vreemd voorwerp raakt. Controleer...
• Verwijder obstakels zoals stenen, boomtakken, enz. De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures uit het maaigebied, of markeer deze. In hoog gras in EN 836. zijn obstakels niet altijd zichtbaar. Trillingen op het gehele lichaam • Let op greppels, kuilen, stenen, gaten en verhogingen in het maaigebied die de werkhoek veranderen, Gemeten trillingsniveau = 0,38 m/s omdat de machine kan omkantelen op oneffen...
Hellingsindicator G011841 Figuur 3 Deze pagina mag worden gekopieerd voor persoonlijk gebruik. 1. De maximale hellingshoek waarbij u de machine veilig kunt gebruiken is 15 graden. Gebruik het hellingsschema om de hellingshoek te bepalen voordat u de machine bedient. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 15 graden. Langs de betreffende lijn van de aanbevolen hellingshoek vouwen.
– Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. Merkteken van fabrikant 119-8814 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele 1. Parkeerstand 4. Neutraalstand Toro-maaimachine is. 2. Snel 5. Achteruit 3. Langzaam 106-8717 1. Lees de instructies alvorens service- of onderhoudswerk- zaamheden uit te voeren.
Pagina 9
Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu 1. Explosiegevaar 6. Houd omstanders op veilige afstand van de accu. 7. Draag oogbescherming; 2. Niet roken. Geen open vuur of vonken. explosieve gassen kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken 3.
Pagina 10
120-5468 1. Traag 2. Snel 119-3468 1. Choke 5. Aftakas, sommige modellen hebben een aftakasschakelaar 2. Snel 6. Aftakasschakelaar – UIT 3. Continu snelheidsregeling 7. Aftakasschakelaar – Aan 4. Langzaam...
Pagina 11
120-2239 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 5. Waarschuwing - Gebruik geen dubbele laadbruggen, gebruik een laadbrug uit één stuk voor het vervoeren van de machine. 2. Waarschuwing – Lees de instructies voordat u service- 6. Kans dat de wielen grip verliezen en de bestuurder de macht of onderhoudswerkzaamheden uitvoert;...
Rijhendels en parkeerstand. Maaihoogtehendel De rijhendels zijn snelheidsgevoelig en bedienen Met de maaihoogtehendel kunt u het maaidek opheffen onafhankelijke wielmotoren. Als u een hendel naar en neerlaten vanuit de bestuurdersstoel. Al de hendel voren of naar achteren beweegt, draait het wiel aan omhoog wordt gezet, naar de bestuurder toe, wordt dezelfde kant vooruit of achteruit;...
Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Veiligheid staat voorop Veiligheid van de bestuurder Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies en -stickers in het hoofdstuk Veilige bediening. Met behulp van deze informatie kunt u letsel van uw gezinsleden, omstanders, dieren en uzelf voorkomen.
Het veiligheidssysteem is bedoeld om starten van de GEVAAR motor alleen mogelijk te maken wanneer: In bepaalde omstandigheden kan tijdens het • de maaimessen zijn uitgeschakeld. tanken statische elektriciteit worden ontladen waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot • de rijhendels in de parkeerstand staan. ontbranding kunnen brengen.
Benzine-/ethermengsels Mengsels van methyl-tertiair-butylether (MTBE) en loodvrije benzine (maximaal 15 percent MTBE per volume) zijn toegestaan door de motorfabrikant voor G014895 brandstofgebruik. Andere benzine-/ethermengsels zijn niet toegestaan. Brandstoftank vullen Figuur 10 Zet de motor af en zet de rijhendels in de parkeerstand. De maximale capaciteit van de tank is 11 liter (2,9 1.
Opmerking: Als de motor warm of heet is, hoeft u de choke niet te gebruiken. G014460 G014459 Figuur 13 1. Bedieningspaneel 4. Uit 2. Contactsleuteltje – 5. Lopen LOPEN-stand 3. Contactsleuteltje – 6. Start START-stand 5. Zodra de motor start, zet u de gashendel op Snel (Figuur 12).
Start de motor. Als de motor loopt, schakelt u de aftakas in en komt u iets overeind uit de bestuurdersstoel. De motor moet nu stoppen. 4. Neem plaats op de bestuurdersstoel, schakel de aftakas uit en zet de rijhendels in de parkeerstand. Start de motor.
1. Zet de rijhendels in neutraal en naar buiten in de parkeerstand; schakel de mesbedieningsschakelaar uit. WAARSCHUWING De rijhendels loslaten terwijl de machine beweegt, kan ertoe leiden dat u de controle verliest en de machine u of omstanders verwondt. Schakel de machine altijd uit en beweeg de rijhendels naar de parkeerstand voordat u het Smart Speed™...
Achteruit 1. Zet de hendels in de middelste, onvergrendelde stand. 2. Om achteruit te rijden, kijkt u achteruit en naar beneden terwijl u de rijhendels langzaam achteruit trekt (Figuur 19). Figuur 20 1. Maaihoogtehendel 3. 115 mm, transportstand 2. Maaihoogtestanden 1.
Rijhendels afstellen De machine duwen 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak De hoogte instellen en schakel de aftakas uit. 2. Zet de rijhendels naar buiten in de parkeerstand, De rijhendels kunnen hoger of lager worden gesteld schakel de motor uit en wacht totdat alle bewegende volgens de wensen van de bestuurder.
Toro dealer. Om ervoor te zorgen dat de mulchprestaties optimaal De uitworpafsluiter monteren om te blijven, moet u altijd de mulchmessen die zijn geleverd...
hoge gasstand en maaisnelheid te combineren met een lage grondsnelheid voor een betere maaikwaliteit. Wanneer u een gazon voor de eerste keer maait Laat het gras iets langer dan normaal, om te voorkomen dat oneffenheden in het gras volledig worden weggemaaid.
Controleer elke dag of de maaimessen scherp zijn en of ze versleten of beschadigd zijn. Vijl regelmatig kerven en inkepingen weg en slijp de messen indien dit nodig is. Als een mes beschadigd of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen door een origineel Toro mes.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure • Veiligheidssysteem controleren. • Controleer het luchtfilter op vuile, losse of beschadigde onderdelen. • Het motoroliepeil controleren. • De luchtinlaat en de motorkoeling controleren, indien nodig repareren. Bij elk gebruik of dagelijks •...
Smering 4. Zet telkens een smeerpistool op een nippel (Figuur 26 en Figuur 27). Spuit vet in de nippels totdat er nieuw vet bij de lagers naar buiten komt. De lagers smeren 5. Overtollig vet wegvegen. Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsuren—Alle smeerpunten smeren.
Onderhoud motor (vaker in zeer stoffige, vuile omstan- digheden) 1. Verwijder het luchtfilterdeksel (Figuur 28). Onderhoud van het luchtfilter 2. Verwijder het luchtfilterelement met de ingebouwde Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of rubberen afdichting (Figuur 28). dagelijks—Controleer het luchtfilter 3. Klop voorzichtig op de geplooide kant van het op vuile, losse of beschadigde papierelement om vuil te verwijderen.
Olie verversen en filter vervangen 2. Controleer of de motor is afgezet, horizontaal staat en is afgekoeld zodat de de olie tijd heeft om weg te Onderhoudsinterval: Om de 100 lopen naar de opvangbak. bedrijfsuren—Motorolie verversen 3. Om te voorkomen dat er vuil, maaisel, enz. in de en filter vervangen.
7. Plaats een opvangbak onder de machine direct onder de aftapslang zoals wordt getoond in Figuur 32. G005177 Figuur 33 G014536 1. Oliefilter 3. Tussenstuk 2. Pakking 15. Giet ca. 80 % van de gespecificeerde hoeveelheid olie langzaam in de vulbuis (Figuur 30). 16.
Bougie monteren Opmerking: Door de diepe uitsparing rond de bougie is doorblazen met perslucht gewoonlijk de 1. Monteer de bougie. Controleer of de meest effectieve manier om de holte te reinigen. De elektrodenafstand correct is. bougie is heel goed bereikbaar als het ventilatorhuis 2.
Onderhoud G014689 brandstofsysteem GEVAAR In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van benzine kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Verricht onderhoudswerkzaamheden in verband met het brandstofsysteem als de motor koud is. Doe dit buiten op een open terrein.
Onderhoud elektrisch WAARSCHUWING systeem Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing komen en WAARSCHUWING lichamelijk letsel veroorzaken. CALIFORNIË • Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu Proposition 65 Waarschuwing los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
Figuur 38 1. Pluspool van de accu 3. Rode (+) oplaadkabel G014540 2. Minpool van de accu 4. Zwarte (-) oplaadkabel Figuur 39 1. Hoofdleiding – 30 A 2. Laadcircuit – 25 A Opmerking: Gebruik de machine nooit wanneer de accu is losgekoppeld; dit kan beschadigingen aan 4.
Onderhoud aandrijfsysteem Bandenspanning controleren Onderhoudsinterval: Om de 25 bedrijfsu- ren—Bandenspanning controleren. Zorg ervoor dat de voor- en achterbanden de voorgeschreven spanning hebben. Een ongelijke bandenspanning kan leiden tot onregelmatige maairesultaten. Controleer de bandenspanning bij het ventiel (Figuur 40). De bandenspanning kan het best bij G015000 koude banden worden gecontroleerd.
Als een mes beschadigd of versleten is, moet u dit staan voor de volgende procedure. onmiddellijk vervangen door een origineel Toro mes. Om het slijpen en vervangen te vergemakkelijken, is het 1. Breng het maaidek omhoog naar de hoogste handig extra messen in voorraad te hebben.
2. Monteer de mesversteviger, de klemring (holle kant naar het mes toe) en de mesbout (Figuur 47). 3. Draai de mesbout vast met een torsie van 47–88 Nm. Maaidek horizontaal stellen Controleer of het maaidek horizontaal staat telkens wanneer u de maaier installeert of wanneer u een ongelijke maaiplek in uw gras ziet.
Pagina 38
G014630 G015323 Figuur 51 Figuur 50 Maaidekken met één mes 1. Ophangbeugel 4. Borgmoer aan de zijkant. 2. Gleufstand 5. Zijstelbout 1. Maaimes horizontaal 3. Buitenste snijranden 3. Geborgde stand 2. Vleugel van het mes 4. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot het platte oppervlak hier.
G014631 G015325 Figuur 53 1. 6,35 mm 2. 3,175 mm Figuur 54 1. Mes in lengterichting 10. Houd het maaidek op de ingestelde stand en draai de 2. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot het platte oppervlak achterste borgmoer van de ophangbeugel vast om het hier.
1,6–7,9 mm lager staat dan het uiteinde van het achterste mes (Figuur 54). 9. Als de schuinstand correct is, moet u nogmaals controleren of het maaidek horizontaal staat; zie Maaidek horizontaal stellen. Maaidek verwijderen 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en schakel de aftakas uit.
4. Gebruik een veerverwijderaar (Toro 3. Schuif het maaidek onder de machine. onderdeelnummer 92-5771), verwijder de 4. Zet de maaihoogtehendel in de laagste stand. spanpoelieveer van de maaidekhaak om de spanning 5. Hef de achterkant van het maaidek op en leid...
Reiniging 3. Schuif de stang uit de korte afstandhouder, veer en grasgeleider (Figuur 59). Verwijder een beschadigde of versleten grasgeleider. Onderkant van maaimachine 4. Monteer de grasgeleider (Figuur 59). wassen 5. Schuif de stand bij het rechte uiteinde door achterste beugel van de grasgeleider.
Stalling 7. Draai de kraan dicht en maak de snelkoppeling los van de wasaansluiting. Reiniging en stalling Opmerking: Als de maaimachine na één wasbeurt niet schoon is, moet u deze 30 minuten laten 1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels naar buiten inweken.
Pagina 44
Choke de motor. Start de motor en laat deze lopen totdat de motor niet meer start. U moet brandstof op de juiste wijze afvoeren. Verwerk deze volgens de plaatselijk geldende voorschriften. Belangrijk: Benzine waaraan stabilizer/conditioner is toegevoegd, niet langer dan 30 dagen bewaren. 11.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De motor raakt oververhit. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het oliepeil in het carter is te laag. 2. Het carter bijvullen met olie. 3. De koelribben en luchtkanalen onder 3.
Pagina 46
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De machine drijft niet aan. 1. De omloopkleppen zijn open. 1. Sluit de sleepkleppen. 2. De tractieriemen zijn versleten, los of 2. Neem contact op met een erkende servicedealer. stuk. 3. De tractieriemen zitten niet op de 3.
• Motor en transmissie. Deze vallen onder de toepasselijke Voor bepaalde motoren van Toro producten geldt een garantie van de fabrikant van de motor. fabrieksgarantie met aparte algemene voorwaarden Thuisgebruik betekent gebruik van het product op het terrein dat bij uw huis hoort. Gebruik Alle reparatiewerkzaamheden die onder deze garantie vallen, moeten op meerdere locaties wordt beschouwd als commercieel gebruik.