M M a a a a t t r r e e g g e e l l e e n n v v o o o o r r b b e e d d i i e e n n i i n n g g
M M a a a a t t r r e e g g e e l l e e n n v v o o o o r r b b e e d d i i e e n n i i n n g g
LET OP
V V o o l l g g d d e e v v e e i i l l i i g g h h e e i i d d s s v v o o o o r r s s c c h h r r i i f f t t e e n n e e n n
b b e e d d i i e e n n i i n n g g s s i i n n s s t t r r u u c c t t i i e e s s v v a a n n d d e e f f a a b b r r i i k k a a n n t t n n a a u u w w g g e e z z e e t t
o o p p . .
- Lees het Instructieboek.
- Voer dagelijks onderhoud uit, zie bladzijde
Controleer bij koud weer of het vriespunt van de
V1065709
koelvloeistof laag genoeg is en of de smeerolie
geschikt is voor gebruik in de winter.
- Verwijder/krab eventueel ijs van de ruiten.
- Ontdoe het gebied rond de motor, accu en
radiateur van eventueel stof.
- Controleer het peil van de hydrauliekolie en vul
zo nodig bij.
- Controleer of er voldoende brandstof in de
brandstoftank zit.
- Controleer of er geen loszittende of defecte
onderdelen of lekken zijn die schade kunnen
veroorzaken.
- Controleer of de massaschakelaar van de accu
aan staat.
- Controleer het frame en de rupskettingen op
scheuren.
- Controleer of luiken en afdekplaten dicht zijn.
- Controleer of een eventuele brandblusser goed
gevuld is.
- Controleer de instaptreden en handgrepen op
schade of losse onderdelen. Verricht de nodige
reparaties.
- Zorg dat er zich geen omstanders in het
werkgebied van de machine ophouden.
- Stel de bestuurdersstoel in en doe de
veiligheidsgordel om.
- Maak de spiegels schoon en stel ze in.
- Controleer of de werkverlichting en de overige
verlichting goed werken.
- Het rijwaarschuwingssignaal dient te worden
geactiveerd alvorens de machine te bedienen.
- Controleer of de meters op de
instrumentenpanelen in orde zijn.
- Controleer de werking van de snelwisselaar voor
aanbouwdelen (extra uitrusting)
B B e e d d i i e e n n i i n n g g s s i i n n s s t t r r u u c c t t i i e e s s
1 1 5 5 5 5
266 .