INSTALLATIE
9
Alvorens de thermische module aan te sluiten, moeten de
beschermingsdoppen worden verwijderd van de toevoer-
en terugloopleidingen en de condensafvoer.
9
Alvorens de thermische module aan te sluiten, moet de in-
stallatie worden gereinigd. Deze werkzaamheid is absoluut
noodzakelijk bij een vervanging op een reeds aanwezige
installaties.
Indien de oude generator nog in de installatie is gemonteerd,
wordt er bij de reiniging aangeraden:
− een ontkalkingsmiddel toe te voegen.
− de installatie ongeveer 7 dagen aan te laten staan met de
generator ingeschakeld.
− het vuile water uit de installatie af te tappen en ze een of
meerdere keren met proper water te reinigen.
2.7
Hydraulische principe-installaties
Schema 1: Circuit met in cascade aangesloten thermische modules die een eigen circulatiepomp hebben.
SE
Depending
PC
Circulatiepomp thermische module
PB
Circulatiepomp boiler
PR
Circulatiepomp hercirculatie sanitair water
PI
Circulatiepomp installatie (zone hoge temperatuur)
P2
Circulatiepomp zone 2 (lage temperatuur)
P3
Circulatiepomp zone 3 (lage temperatuur)
S2
Sonde zone 2
S3
Sonde zone 3
SB
Sonde boiler
SE
Externe sonde
SS
Primaire sonde
PC
P
SS
Herhaal deze laatste werkzaamheid eventueel als de installatie
heel vuil blijkt.
Indien het over een nieuwe installatie gaat of de oude gene-
rator niet aanwezig of beschikbaar is, gebruik dan een pomp
om het water met additieven gedurende ongeveer 10 dagen in
de installatie te laten circuleren en voer de laatste reiniging uit
zoals beschreven in het vorige punt.
Aan het einde van de reiniging maar voor de installatie van de
thermische module wordt er aangeraden een geschikte be-
schermende vloeistof aan het installatiewater toe te voegen.
Voor de reiniging van het intern watercircuit van de warmte-
wisselaar neem contact op met Technische Klantenservice
0
Gebruik geen ongeschikte vloeibare reinigingsmiddelen,
waaronder zuren (bijvoorbeeld zoutzuur en soortgelijke zu-
ren) met eender welke concentratie.
0
Stel de warmtewisselaar niet bloot aan cyclische drukver-
anderingen aangezien de vermoeidheidsprikkel heel scha-
delijk is voor de integriteit van de bestanddelen van het
systeem.
V2
ZM
M
V3
M
EAF
V2
Mengventiel zone 2
V3
Mengventiel zone 3
ZM
Elektronische inrichting voor het zonebeheer
(accessoire)
EAF
Ingang koud sanitair water
UAC
Uitgang warm sanitair water
26
PB
PI
P2
S2
SB
P3
S3
EAF
.
R
UAC
PR