S e r v i c e e n o n d e r h o u d
W e r k i n g c o n t r o l e r e n ( v e r v o l g )
Helderheid LED's:
1. Druk, terwijl de monitor is ingeschakeld, eenmaal op de helderheidtoets om
het menu voor helderheid van de LED's te openen. Op het display wordt de
standaardinstelling van niveau 2 weergegeven.
2. Blijf op de helderheidtoets drukken om door de instellingen te bladeren.
3. Druk op de entertoets om de gewenste instelling te accepteren. Laat het
apparaat in 10 seconden afslaan door een time-out om af te sluiten en naar het
basisdisplayscherm terug te keren.
De Rad-8 testen met de Masimo SET-tester (optioneel):
1. Schakel de Rad-8 uit en weer in.
2. Sluit de Masimo SET-tester aan op de patiëntkabelaansluiting van de pulsoximeter.
3. Controleer of binnen 20 seconden alle beschikbare pulsbalken worden
weergegeven.
4. Controleer of de SpO
5. Controleer of de hartfrequentiemeting tussen 55 en 65 bpm ligt.
6. Stel de alarmondergrens voor SpO
niveau 1, Parameter/meting-alarmgrenzen en Instellingenmenu niveau 2,
Alarmvolume).
7. Controleer of er een akoestisch alarm wordt geactiveerd, of de SpO
en het label van de SpO 2 -parameter knipperen en of de alarmbel knippert.
8. Druk eenmaal op de alarmdempingstoets en controleer of het alarm stilgelegd is
en of de alarmbel rood knippert.
9. Wacht 120 seconden en controleer of de alarmdemping is opgeheven, en of het
akoestisch alarm en de alarmbel weer zijn geactiveerd.
10. Druk meerdere keren op de omhoog-toets en controleer of het volume van de
hartslagpieptoon toeneemt.
11. Druk op de omlaag-toets en controleer of het volume van de hartslagpieptoon
afneemt totdat de hartslagpieptoon wordt uitgeschakeld.
12. Zet het apparaat terug op de oorspronkelijke instellingen en verwijder de tester
om de procedure te voltooien.
Gebruikershandleiding Rad-8 Signal Extraction PulseOximeter
-meting tussen 79% en 84% ligt.
2
in op 90 (zie hoofdstuk 4, Instellingenmenu
2
-meting
2
9
9-3