B e s c h r i j v i n g v a n h e t s y s t e e m
B e d i e n i n g s e l e m e n t e n / i n d i c a t o r e n o p h e t
v o o r p a n e e l
BEDIENINGSELEMENT/INDICATOR
Netvoedingsindicator
1
2
Aan/uit-toets
Omhoog-toets
3
Omlaag-toets
4
Alarmgrenzentoets
Signaal IQ/pulsbalk
5
Verzadigingsdisplay
6
Alarmdempingstoets
7
Alarmbel
8
Perfusie-index
9
Hartfrequentiedisplay
10
Entertoets
11
Helderheidtoets
12
Gebruikershandleiding Rad-8 Signal Extraction Pulse Oximeter
De netvoedingsindicator brandt wanneer het apparaat is aangesloten
op de netvoeding en tijdens het opladen van de batterij.
Wordt gebruikt om het apparaat aan en uit te zetten.
Gebruik deze toetsen om het volume van de pulspieptoon aan te passen.
Binnen het menu- en instellingensysteem worden deze toetsen gebruikt
om waarden in menu's te selecteren of om numerieke waarden voor
parameters/metingen van de alarmfunctie te selecteren.
Door deze toetsen ingedrukt te houden, kan snel door de alarmlimieten
worden gebladerd.
Wordt gebruikt om het alarmmenu op te roepen en de alarmbovengrens en
alarmondergrens voor SpO
De LED-indicator (bevindt zich boven de alarmgrenzentoets) zal gaan
branden wanneer één of meer van de standaard fabrieksinstellingen
voor het alarm worden gewijzigd, om de gebruiker erop attent te maken
de alarminstellingen te controleren.
Het Signal IQ geeft een indicatie van de kwaliteit van het verkregen
signaal en de timing van de hartslag. Een groene, verticale LED-balk
gaat op en neer met de hartslag, waarbij de hoogte van de balk de
kwaliteit van het signaal aangeeft.
De functionele zuurstofverzadiging van arteriële hemoglobine wordt
9 9
weergegeven in eenheden van percentages SpO
zoeken naar verzadiging en hartslag schuift "----" over het scherm
terwijl het systeem bezig is met kalibreren en het verzamelen van
patiëntgegevens (duurt ongeveer 10 seconden).
Druk op de alarmdempingstoets om het patiëntalarm en het alarm voor
batterij bijna leeg te dempen. Druk op de alarmdempingstoets als de
melding SEN OFF (sensor uit) knippert (bijv. als de sensor van de patiënt
is verwijderd) waarmee het einde van de bewaking wordt aangegeven. In
deze status worden andere alarmen gedempt totdat de pulsoximeter weer
begint met meten van patiëntparameters/metingen.
OPMERKING: de alarmdempingstijd kan worden ingesteld op 120, 30,
60 en 90 seconden. Zie hoofdstuk 4.
De alarmbel knippert om een alarm met een hoge prioriteit aan
te geven.
De perfusie-index geeft een indicatie van het percentage pulserend
signaal ten opzichte van het niet-pulserende signaal. De balk is het
hoogst als de kwaliteit van de doorstroomde locatie het best is.
De polsfrequentie in slagen per minuut (spm). Tijdens het zoeken naar
7 2
verzadiging en hartslag schuift "----" over het scherm terwijl het systeem
bezig is met kalibreren en het verzamelen van patiëntgegevens (duurt
ongeveer 10 seconden).
Wordt gebruikt om de instellingenmenu's te openen en opties in het
menu-/setupsysteem te selecteren/activeren.
Hiermee kan de helderheid van het LED-display worden ingesteld.
Er zijn 4 helderheidsniveaus. Elke keer als u op deze toets drukt, wordt
de helderheid met één niveau verhoogd. Als niveau 4 is bereikt, gaat
de helderheid na nogmaals drukken op deze toets terug naar niveau 1.
BESCHRIJVING
, PI en de hartfrequentie aan te passen.
2
. Tijdens het
2
Gebruikershandleiding Rad-8 Signal Extraction Pulse Oximeter
2
2-3