Gleufmoer van wielnaaf
controleren
Controleer de gleufmoer om de 500 bedrijfsuren.
De gleufmoer moet worden aangedraaid met een torsie
van 170 Nm.
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te
verlaten.
3. Verwijder de borgpen.
4. Draai de gleufmoer vast met een torsie van 170 Nm
(Fig. 51).
5. Controleer de afstand van de onderkant van de gleuf in
de moer tot de binnenrand van de opening. Er mogen
maximaal twee schroefdraden zichtbaar zijn (Fig. 51).
6. Als er meer dan twee schroefdraden zichtbaar zijn,
verwijdert u de moer en plaatst u een ring tussen de
naaf en de moer (Fig. 51).
7. Draai de gleufmoer vast met een torsie van 170 Nm
(Fig. 51).
8. Draai de moer aan totdat de volgende serie gleuven
recht tegenover de opening in de as staan (Fig. 51).
9. Plaats de borgpen terug.
4
2
Figuur 51
1. Gleufmoer
2. Maximaal twee
schroefdraden zichtbaar
1
3
m–4638
3. Opening in draadstang
4. Ring (indien nodig)
42
Lager van draaipunt van
zwenkwiel afstellen
U moet dit lager om de 500 bedrijfsuren of bij stalling
controleren, waarbij de kortste periode moet worden
aangehouden.
1. Schakel de aftakas uit, zet de schakelhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen alvorens de bestuurderspositie te
verlaten.
3. Verwijder de stofkap van het zwenkwiel en draai de
borgmoer aan (Fig. 52).
4. Draai de borgmoer aan totdat de veerringen vlak
liggen, en draai deze vervolgens een 1/4 slag terug om
de voorspanning op de lagers correct af te stellen
(Fig. 52).
Belangrijk
De veerringen moeten op de juiste wijze
worden gemonteerd zoals wordt getoond in Figuur 52.
5. Plaats de stofkap (Fig. 52).
Figuur 52
1. Veerringen
2. Borgmoer
3
2
1
M–4640
3. Stofkap