!
LET OP
• Trek de knelkoppeling met een geschikte moersleutel aan en gebruik een torsiesleutel om de
flare-moer op de schroefdraden te draaien.
• Overschrijd het in de tabel vermelde aanhaalmoment niet. Dan kan de knelkoppeling namelijk
vervormen en beginnen lekken.
Als binnen in het plafond de temperatuur hoger is dan 27°C en de vochtigheid meer dan
80% is, verschijnt condens op het oppervlak van de isolatie. Wikkel als voorzorgsmaatregel
extra isolatiemateriaal (ongeveer 5~10 mm dik) rond de meegeleverde isolatie van de
koudemiddelleiding.
Als aanwezige leidingen met verbindingsstukken zoals bochtstukken of mofverbindingen worden
begraven, zorg dan voor een onderhoudsdeur om het verbindingsstuk te kunnen inspecteren.
De leidingen moeten versterkt worden met een aardbevingsbestendige ondersteuning zodat ze
niet door een externe kracht kunnen worden beschadigd.
Klem de koelmiddelleiding niet te stevig vast, om hittebelasting te voorkomen.
Zet, bij het aansluiten van de binnen-/buitenunits op de koelmiddelleidingen, de leidingen vast
zodat de leidingen niet in contact komen met de zachte delen van de muur, het plafond etc. Dit zou
namelijk abnormale geluiden door trilling van de leiding kunnen veroorzaken.
Test de leidingen op luchtdichtheid volgens de instructies in de Installatie- en
bedieningshandleiding van de buitenunit.
Dicht de opening tussen het uitdrijfgat en de koelmiddelleidingen af met isolatiemateriaal, nadat u
de koelmiddelleiding hebt aangesloten.
Unit-zijde
OPMERKING
• Als u isolatiemateriaal van polyethyleenschuim gebruikt, gebruik dan voor de vloeistofleiding
een laag van 10 mm en voor de gasleiding een laag van 15 tot 20 mm.
• Laat de temperatuur van het leidingoppervlak dalen tot kamertemperatuur voordat u de isolatie
installeert, om te voorkomen dat de isolatie smelt.
Gebruik geen isolatiemateriaal dat NH
beschadigen en lekkage veroorzaken.
Wanneer de installateur zijn eigen vertakkingsleidingen heeft voorzien, dienen deze goed
te worden geïsoleerd, om een daling in het vermogen van de leiding als gevolg van de
weerselementen en condensatie op de leidingen als gevolg van lage druk te voorkomen.
PMNL0628 rev.0 - 08/2023
N°
①
Isolatiemateriaal
②
Isolatiemateriaal
③
Niet meegeleverd
④
Isolatiemateriaal
(ammonium) bevat, want dit kan het koper in de leiding
3
Beschrijving
3
29