PRODUCTOVERZICHT
Eerste gebruik van de nieuwe
motor
Zoals voor alle zuigermachines het geval
is, bepalen ook bij uw motor de eerste 50
gebruiksuren in belangrijke mate de
levensduur en de prestaties van de motor.
Een nieuwe Yanmar dieselmotor dient dan
ook op een juiste manier en met de juiste
snelheden en kracht te worden ingevaren,
om glijdende delen, zoals zuigerveren, op
een goede manier in gebruik te nemen en
de verbranding van de motor te
stabiliseren.
Tijdens de invaar periode, moet
temperatuurmeter van de motorkoelvloeistof
worden gecontroleerd; de temperatuur moet
tussen de 71° en 87°C (160° en 190°F) zijn.
Laat de motor de eerste 10 uur overwegend
draaien op het maximum min 400 tot 500
rpm (ongeveer 60 tot 70% van de belasting).
Zo worden de glijdende delen op juiste wijze
ingevaren. Om schade aan de glijdende
delen te voorkomen, vaart u gedurende deze
periode niet op volle kracht en belast u de
motor niet maximaal.
LET OP
Vaar tijdens deze eerste 10 gebruiksuren
alleen in intervallen van max. een minuut
op WOT (volle kracht).
Laat de motor alleen in intervals van max.
30 minuten onbelast of langzaam en licht
belast draaien. Onverbrande brandstof en
motorolie hechten zich bij het varen op lage
snelheid gedurende lange periodes aan de
zuigerveren en dit belemmert de soepele
beweging van de ringen en kan een toename
van het smeerolieverbruik veroorzaken.
Onbelast draaien is niet geschikt voor het
invaren van glijdende delen.
10
Als de motor langzaam en licht belast
draait, laat u de motor vol doordraaien om
de koolstof uit de cilinders en de
brandstofinspuitklep te verwijderen.
Voer deze procedure in open water uit:
• Zet de versnelling in VRIJ, schakel kort
van langzaam naar hoge snelheid.
• Herhaal dit vijf keer.
Na deze eerste 10 uur gebruikt u tot aan
50 uur het hele werkingsbereik van de
motor, en laat u deze vooral op een relatief
hoog piekvermogen draaien. Dit is niet het
moment voor een uitgebreide cruise, in zijn
vrij of op langzame snelheid. De boot dient
overwegend op maximale snelheid te
varen minus 400 rpm (ongeveer 70%
belast), afgewisseld met om de 30 minuten
een blok van 10 minuten op een maximum
minus 200 rpm (ongeveer 80% belast), en
ook om de 30 minuten 4-5 minuten op
volle kracht (WOT). Zorg er tijdens deze
periode voor dat u de motor niet langer
dan 30 minuten langzaam of licht belast
laat draaien. Als u net na de in langzaam
vrij bediening, de motor toch langzaam of
licht belast moet laten draaien, laat deze
dan volledig doordraaien.
Voer na de afronding van het invaren van
de motor, na de eerste 50 uur de
onderhoudsprocedures uit. See Na de
eerste 50 Draai-uren on page 60.
Bedieningshandleiding YM-serie