11.2.1 Beschrijving van communicatie-interfacemodules
Module
CIM 050
CIM 100
CIM 110
CIM 150
Veldbusprotocol
Description
De CIM 050 is een Grundfos
communicatie-interfacemodule die wordt
GENIbus
gebruikt voor communicatie met een
GENIbus-netwerk.
De CIM 100 is een Grundfos
communicatie-interfacemodule die wordt
LonWorks
gebruikt voor communicatie met een
LonWorks-netwerk.
CIM 110 is een Grundfos communicatie-
LONwerken voor
interfacemodule voor communicatie met
Twinpump
een LON-netwerk voor gebruik als hoofd
van een Twinpomp.
De CIM 150 is een Grundfos
communicatie-interfacemodule die wordt
PROFIBUS DP
gebruikt voor communicatie met een
PROFIBUS-netwerk.
Functies
De CIM 050 beschikt over klemmen voor de
GENIbus-aansluiting.
De CIM 100 beschikt over klemmen voor de
LonWorks-aansluiting.
Er worden twee LED's gebruikt om de actuele
status van de CIM 100 communicatie aan te
geven.
Eén LED wordt gebruikt om de juiste
aansluiting op de pomp aan te geven en de
andere wordt gebruikt om de status van de
LonWorks-communicatie aan te geven.
CIM 110 heeft FTT-10 klemmen voor de
LonWorks-verbinding.
Er worden twee LED's gebruikt om de actuele
status van de CIM 100 communicatie aan te
geven.
Eén LED wordt gebruikt om de juiste
aansluiting op de pomp aan te geven en de
andere wordt gebruikt om de status van de
LonWorks-communicatie aan te geven.
De CIM 150 beschikt over klemmen voor de
PROFIBUS DP-aansluiting.
Er wordt gebruikgemaakt voor DIP-
schakelaars om de lijnafsluiting in te stellen.
Twee hexadecimale draaischakelaars worden
gebruikt om het PROFIBUS DP-adres in te
stellen.
Er worden twee LED's gebruikt om de actuele
status van de CIM 150 communicatie aan te
geven.
Eén LED wordt gebruikt om de juiste
aansluiting op de pomp aan te geven en de
andere wordt gebruikt om de status van de
PROFIBUS-communicatie aan te geven.
59