8.6
Borging van de schroeven
De schroeven worden geborgd, nadat de orthese vervaardigd en gepast is en voordat deze aan de patiënt wordt
overhandigd.
1 Draai de schroeven van het bovenste deel van het gewricht (afb. 14) weer los, nadat u gecontroleerd hebt
of alles licht loopt, en verwijder deze uit het bovenste deel van het gewricht.
2 Giet een kleine druppel LOCTITE® 243 middelvast op de schroefdraad van de schroeven.
3 Borg de schroeven van het bovenste deel van het gewricht (afb. 14) met het bij de systeembreedte
passende draaimoment.
4 Laat de lijm uitharden (na ca. 24 uur volledig vast).
Schroeven voor bovenste deel van
het gewricht
S1 (schroef 1)
S2 (schroef 2, asschroef)
De schroeven van het bovenste deel van het gewricht zijn bij levering niet geborgd met het noodza-
kelijke draaimoment. De informatie over de draaimomenten vindt u ook op de dekschijven van het
systeemgewricht.
9.
Inbouw van de hendelverlenging
De hendelverlenging dient voor het gemakkelijk ontgrendelen van het systeemknie-
gewricht. De lijmset (afb. 4) om de hendelverlenging erin te plakken, bestaat uit
2-componentenlijm en primer. Deze wordt met het systeemgewricht meegeleverd
en kan apart worden nabesteld.
Unilaterale constructie
1 Pas de hendelverlenging aan de vorm van de orthese aan en kort deze indien
nodg in.
2 Breng een dunne laag primer met behulp van het wattenstaafje uit de lijmset op
de aanzet van de hendelverlenging en in het boorgat van de vergrendelingspal
aan (afb. 17).
3 Laat de primer 10 minuten uitdampen.
4 Spuit met behulp van de tweekamerspuit uit de lijmset voldoende 2-componen-
tenlijm in het boorgat van de vergrendelingspal.
5 Steek de hendelverlenging in het boorgat (afb. 18).
6 Laat de lijm 24 uur drogen tot de eindsterkte is bereikt.
12
Systeembreedte
14 mm
1,5 Nm
3 Nm
16 mm
3 Nm
4 Nm
20 mm
3 Nm
4 Nm
Afb. 17
Afb. 18