Installeren, hydraulisch
Slangen installeren - uitvoeringen PP, NP,
PV, TT
22
VOORZICHTIG!
Er kunnen gevaarlijke doseermedia ontsnappen
Tijdens het verwijderen van de doseerpomp uit de instal‐
latie kunnen gevaarlijke of extreem agressieve doseer‐
media buiten de pomp komen.
–
Installeer een afsluitventiel aan de pers- en zuigzijde
van de doseerpomp.
VOORZICHTIG!
Ongecontroleerd stromend doseermedium
Bij tegendruk kan doseermedium door de gestopte
doseerpomp worden geperst.
–
Gebruik een doseerventiel of een terugslagventiel.
VOORZICHTIG!
Ongecontroleerd stromend doseermedium
Bij een te hoge voordruk kan het doseermedium onge‐
controleerd door de doseerpomp worden geperst.
–
De maximaal toegestane voordruk van de doseer‐
pomp mag niet worden overschreden.
Ontwerp het leidingschema zodanig, dat de doseerpomp
en de doseereenheid in noodgevallen vanaf de zijkant
kunnen worden verwijderd.
1.
De slanguiteinden haaks afkorten.
2.
De wartelmoer (2) en de klemring (3) over de slang (1) trekken - zie
Afb. 5.
3.
Het slanguiteinde (1) tot de aanslag over de slangpilaar (4)
schuiven, indien nodig het slanguiteinde wijder maken.
Zorg dat de O-ring resp. pakking (5) goed in het
ventiel (6) zit.
Gebruikte PTFE-afdichtingen mogen nooit worden
hergebruikt. Een installatie die zo is afgedicht, is
niet lekdicht.
Door het samenpersen worden deze afdichtingen
permanent vervormd.
Bij de uitvoering PV is de FPM-pakking voorzien
van een punt, zo dat deze kan worden onder‐
scheiden van de EPDM-pakking.
4.
Plaats de slang (1) met de slangpilaar (4) op het ventiel (6).