Inspectie elke 50 bedrijfsuren
(1) De brandstoftank aftappen (NIET 7/26E, 7/31E)
1) Zet een afvaloliecontainer klaar.
2) Verwijder de aftapplug uit de brandstoftank om (water, stof enz.) uit
de bodem van de brandstoftank af te tappen.
3) Tap af tot er brandstof zonder water of stof uit komt stromen. Draai
de aftapplug vervolgens strak aan.
(b) Aftappen van de olie-/waterscheider
Water uit brandstoffilter/scheider aftappen.
De
brandstoffilter-/scheider
brandstofsysteem af te tappen. Water is zwaarder dan brandstof zodat
water in het systeem onderin de opvangbak zal verzamelen.
Controleer dagelijks de transparante opvangbak 'D' op aanwezigheid
van water en verwijder deze indien nodig van de afscheider.
Plaats een geschikt reservoir onder de afscheider om morsen in de
machine te voorkomen.
Draai de aflaatklep 'E' los tot er water uit de ontluchterbuis stroomt.
Wanneer al het water verwijderd is, aftapkraan "E" aantrekken en
onderstaande "brandstofsysteem ontluchting" procedure opvolgen.
Ontluchting brandstofsysteem
De luchttoevoer in het brandstofsysteem zal startproblemen of
storingen veroorzaken.
Ontlucht
het
brandstofsysteem
serviceprocedures zoals het legen van de brandstoftank, aftappen van
filter/afscheider en het vervangen van het brandstoffilter.
Draai de sleutelschakelaar naar "ON" om het "automatisch
ontluchtingssysteem" te activeren en de elektromagnetische pomp te
ontluchten.
Ontluchtingsmethode:
Als
de
"startschakelaar"
elektromagnetische pomp te activeren, wordt brandstof naar de
brandstofklep van elke inspuitpomp en vervolgens naar de lekleiding
van
elk
verstuivermondstuk
brandstofsysteem automatisch naar de brandstoftank worden ontlucht.
OPMERKING: Hoewel het brandstofsysteem automatisch kan
ontluchten als de sleutelschakelaar in de "ON"-stand staat, kan lucht
ook handmatig worden ontlucht dankzij de aanzetpomp in de filter-/
afscheidermontage.
Door de kunststof aanzetpompkop 'A' los te schroeven en omhoog
en omlaag te bewegen, zullen luchtbellen in het systeem naar de
brandstoftank worden afgetapt. Na voltooiing moet de pompkop
opnieuw in de filter-/afscheidermontage worden geschroefd.
Start de motor en voer een visuele controle voor lekken uit van het
brandstofsysteem.
PERIODIEKE INSPECTIE EN ONDERHOUD
is
voorzien
om
water
tijdens
het
uitvoeren
in
de
"ON"-stand
staat
gestuwd.
Zo
zal
lucht
Regulateur regeling verzegeling
Omdat de regulateur nauwkeurig afgesteld is, zijn de meeste van de
regelorganen verzegeld; deze a.u.b. niet verbreken. Als bijstellen
eventueel nodig mocht zijn, uw plaatselijke Doosan vertegenwoordiger
of leverancier raadplegen.
OPMERKING: Het bedrijf accepteert geen enkele claim onder
garantie voor een motor met verbroken regulateur verzegelin-
gen.
(3) Inspectie van de accu
Brand als gevolg van kortsluiting
uit
het
Denk er ook om dat u de negatieve (−) accukabel als LAATSTE weer
(op de accu) aansluit.
Goede ventilatie van de omgeving van de accu
Vermijd aanraking met de accu−elektrolyt
van
•
Reinig de accupolen
•
Controleer het vloeistofpeil in de accu.
Als het vloeistofpeil in de buurt van de ondergrens komt, vul dan bij tot
de bovengrens met accuvloeistof (in de winkel verkrijgbaar). Als u
doorwerkt met te weinig vloeistof in de accu, wordt de levensduur van
de accu bekort en kan de accu oververhit raken en ontploffen.
om
de
•
De accuvloeistof verdampt sneller in de zomer, dus het vloeistofpeil
moet dan vaker gecontroleerd worden dan na de aangegeven
tussenpozen.
in
het
•
Als het motorstarttoerental zo laag is dat de motor niet start, laad de
accu dan op.
•
Als de motor na het laden nog steeds niet start, vervang dan de
accu.
•
Haal de accu na het gebruik uit de accuhouder op de machine als
u de machine laat staan op een plek waar de omgevingstemperatuur -
15° C of lager kan worden. En sla de accu op een warme plek op tot het
volgende gebruik van de machine, om de motor gemakkelijk op te
kunnen starten bij een lage omgevingstemperatuur.
•
Zorg dat u de accuschakelaar uitzet of
de negatieve (−) kabel loskoppelt voordat
u het elektrische systeem inspecteert. Als
u dat niet doet, kan er kortsluiting en
brand ontstaan.
•
Koppel altijd eerst de negatieve (−)
accukabel los als u de accukabels
loskoppelt van de accu. Kortsluiting kan
leiden tot schade, brand en persoonlijk
letsel.
Zorg dat het gebied rondom de accu goed
geventileerd
is
en
dat
brandhaarden in de buurt komen. Tijdens
gebruik en opladen wordt er waterstofgas
gegenereerd in de accu, dat gemakkelijk
kan ontbranden.
Zorg ervoor dat uw ogen en huid niet in
aanraking komen met de vloeistof. De
accu−elektrolyt is verdund zwavelzuur en
veroorzaakt brandwonden. Als het op uw
huid terechtkomt, spoel het dan direct af
met grote hoeveelheden schoon water.
7/26E, 7/31E, 7/41
75
er
geen