Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Systeem voor functionele elektrische stimulatie
HANDLEIDING VOOR DE SPECIALIST

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Bioness L300 GO

  • Pagina 1 Systeem voor functionele elektrische stimulatie HANDLEIDING VOOR DE SPECIALIST...
  • Pagina 3 Ga naar de Bioness-website op: http://www.bioness.com/Patents.php voor meer informatie over patenten. Disclaimer Bioness Inc. en gelieerde ondernemingen zijn niet aansprakelijk voor enig letsel of enige schade geleden door welke persoon dan ook, hetzij direct of indirect, als gevolg van onbevoegd gebruik of onbevoegde reparatie van Bioness Inc.-producten.
  • Pagina 4: Lijst Met Symbolen

    Lijst met symbolen Let op Waarschuwing Dubbel geïsoleerd (equivalent aan klasse II van IEC 536) Toegepaste onderdelen type BF Niet-ioniserende straling Fabricagedatum Fabrikant Dit product mag niet worden afgevoerd met ander huishoudelijk afval Raadpleeg de handleiding/het boekje met instructies Bestelnummer Lotnummer Serienummer Gebruik voor één patiënt om kruisbesmetting te voorkomen...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Modus voor de specialist .....................14 Voetsensor ...........................14 Het L300 Go-systeem laden .......................15 Het L300 Go-systeem aan- en uitzetten ..................16 Een gebruiksmodus selecteren met de bedieningseenheid ............16 De stimulatie-intensiteit aanpassen met behulp van de bedieningseenheid .......17 Audio- en vibratiefeedback wijzigen met behulp van de bedieningseenheid ......18...
  • Pagina 6 Hoofdstuk 5: L300 Go Clinician Kit, onderdelen en accessoires en Programmer ....21 L300 Go Clinician Kit ........................21 L300 Go-onderdelen en -accessoires ..................22 Bioness Clinician Programmer ....................23 Hoofdstuk 6: Beschrijving van hulpmiddelen voor aanmeten en testen ......25 Banden van onderbeenmanchet ....................25 Persoonlijke bandafdekking (onderbeenmanchet) ..............26 Persoonlijke inzetstukken (onderbeenmanchet) ................27...
  • Pagina 7 De dij-EPG koppelen ........................59 De dijmanchet afdoen ........................59 Hoofdstuk 9: Programmeren voor de patiënt .................61 De Bioness Clinician Programmer-app koppelen aan het L300 Go-systeem ......61 Een nieuw patiëntprofiel aanmaken ....................62 Een patiëntprofiel uploaden naar het L300 Go-systeem .............63 Stimulatie-instellingen programmeren ..................63 Geavanceerde stimulatie-instellingen programmeren ............64...
  • Pagina 8 De stoffen dij-elektroden vervangen ....................82 De EPG verwijderen ........................83 De banden van de dijmanchet verwijderen .................83 De onderdelen van het L300 Go-systeem reinigen ..............84 De onderbeenmanchet reinigen ....................84 De onderdelen van het L300 Go-systeem ontsmetten ..............85 De EPG en bedieningseenheid ontsmetten ................85 De koffers voor de systeemkit en Clinician Kit ontsmetten ............86...
  • Pagina 9: Hoofdstuk 1: Inleiding

    Het L300 Go-systeem kan ook stimulatie leveren aan de quadriceps of hamstrings om zo tijdens het lopen te zorgen voor het buigen en strekken van de knie. Het L300 Go-systeem kan ook een van de spieren of beide spieren in het bovenbeen en onderbeen voorzien van stimulatie om het trainen van de spieren te vergemakkelijken, spieratrofie te voorkomen of vertragen, het bewegingsbereik van gewrichten te behouden of verbeteren en/of de plaatselijke bloeddoorstroming te verbeteren.
  • Pagina 10 Zorg dat u de Gebruikershandleiding, inclusief alle veiligheidsinformatie, met uw patiënten doorneemt voordat ze het L300 Go-systeem in gebruik nemen. Mocht u vragen hebben, neemt u dan contact op met de technische ondersteuning van Bioness op 800.211.9136, optie 3 (voor de VS en Canada) of uw lokale distributeur. U kunt ook naar www.bioness.com gaan.
  • Pagina 11: Hoofdstuk 2: Veiligheidsinformatie

    L300 Go-systeem niet gebruiken. Waarschuwingen • Het L300 Go-systeem mag niet worden gebruikt op een been waar zich direct onder de elektroden een metalen implantaat bevindt. • Het L300 Go-systeem mag niet worden gebruikt op een been met een carcinomateuze laesie of bij het vermoeden van een dergelijke laesie.
  • Pagina 12: Voorzorgsmaatregelen

    De roodheid zou na ongeveer een uur moeten verdwijnen. Aanhoudende roodheid, laesies of blaren zijn tekenen van irritatie. Adviseer patiënten om het gebruik van het L300 Go-systeem te staken totdat alle ontsteking verdwenen is, en om hun arts hiervan op de hoogte te brengen.
  • Pagina 13: Bijwerkingen

    -25°C tot 55°C. Extreme temperaturen kunnen de onderdelen beschadigen. • Probeer nooit zelf het L300 Go-systeem te repareren. Neem contact op met Bioness als u een klinisch of technisch probleem hebt dat niet in deze handleiding wordt besproken.
  • Pagina 14: Een Incident Melden

    • Ventileer de huid door de onderbeen- en dijmanchet om de drie à vier uur minimaal 15 minuten te verwijderen. Patiënten moeten het gebruik van het L300 Go-systeem onmiddellijk staken als er huidirritatie of een huidreactie optreedt en contact opnemen met hun specialist of dermatoloog. Ze kunnen ook contact opnemen met de technische ondersteuning van Bioness op 800.211.9136, optie 3 (voor de VS en Canada) of de lokale distributeur.
  • Pagina 15: Hoofdstuk 3: Omstandigheden Die Het Gebruik Beïnvloeden

    Draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur kan het L300 Go-systeem nadelig beïnvloeden. Conformiteitscertificering Het L300 Go-systeem voldoet aan Deel 15 van de FCC-regels. Het gebruik is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden: 1. Dit apparaat mag geen schadelijke storing veroorzaken.
  • Pagina 16: Elektromagnetische Emissies

    MRI (Magnetic Resonance Imaging), enzovoort. • Het L300 Go-systeem mag niet naast of gestapeld met andere apparatuur worden gebruikt. Als dergelijk gebruik toch noodzakelijk is, moet de apparatuur of het systeem in de gaten worden gehouden om te verifiëren dat normaal gebruik mogelijk is in de configuratie waarin het wordt gebruikt.
  • Pagina 17: Hoofdstuk 4: Het L300 Go-Systeem

    Hoofdstuk Het L300 Go-systeem Het L300 Go-systeem bestaat uit een onderbeenmanchet met een EPG (Externe Puls Generator), een dijmanchet met een EPG, een optionele bedieningseenheid en een optionele voetsensor. Het L300 Go-systeem is verkrijgbaar als twee verschillende systeemkits: Onderbeen en dij. De onderdelen in...
  • Pagina 18: Onderbeen-Epg En Dij-Epg

    De dijmanchet bestaat uit de EPG-houder, de EPG voor de dij en geïntegreerde elektroden. De manchet heeft ook een locator die wordt gebruikt om de dijmanchet nauwkeurig op het been te plaatsen en herhaaldelijk elektrodecontact mogelijk te maken. Deze dijmanchet heeft afstelbare banden die de manchet op zijn plaats op de dij houden. De dijmanchet kan afzonderlijk (Thigh Stand-Alone-configuratie) of samen met de onderbeenmanchet worden gebruikt.
  • Pagina 19: Beschrijving

    Tabel 4-1: EPG-lampje EPG-knop Beschrijving Functie Aan/uit-knop Het systeem aan- en uitzetten Stimulatieknop Stimulatie aan- of uitzetten in huidige modus Plusknop Intensiteit van de stimulatie verhogen Minknop Intensiteit van de stimulatie verlagen Tabel 4-2: Functies van EPG-knoppen Hoofdstuk 4: Het L300 Go-systeem...
  • Pagina 20: Bedieningseenheid

    (CR2032-batterij). Het LCD-display op de bedieningseenheid geeft informatie over de werking van het L300 Go-systeem. De eenheid toont het intensiteitsniveau van de stimulatie, de gebruiksmodus, de batterijladingsstatus, de elektronische registratiestatus en foutberichten. Zie tabel 4-4.
  • Pagina 21: Gebruiksmodi Van L300 Go-Systeem

    (Pairing mode) Tabel 4-4: Beschrijvingen van pictogrammen op LCD-display van bedieningseenheid Gebruiksmodi van L300 Go-systeem Het L300 Go-systeem heeft vier gebruiksmodi: loopmodus, fietstrainingmodus, trainingsmodus en modus voor de specialist Loopmodus De loopmodus wordt gebruikt bij het lopen. In loopmodus wordt de stimulatie gesynchroniseerd met loopgebeurtenissen (via de met de EPG geïntegreerde bewegingssensoren of de voetsensor) om dorsiflexie...
  • Pagina 22: Trainingsmodus

    Druk op de modusknop om de modus voor de specialist te verlaten. Voetsensor De voetsensor is een optioneel onderdeel van het L300 Go-systeem. De voetsensor maakt gebruik van een algoritme voor dynamische loopdetectie om na te gaan of de voet zich op de vloer of in de lucht bevindt, en stuurt draadloze signalen naar de EPG('s) om de stimulatie te synchroniseren op basis van het looppatroon.
  • Pagina 23: Het L300 Go-Systeem Laden

    Tabel 4-5: Indicatielampjes voetsensor Het L300 Go-systeem laden De onderbeen-EPG en dij-EPG zijn de enige onderdelen van het L300 Go-systeem die kunnen worden geladen. De EPG('s) moeten dagelijks worden geladen en aangeraden wordt de EPG('s) te laden terwijl deze zijn bevestigd aan de manchet(ten).
  • Pagina 24: Het L300 Go-Systeem Aan- En Uitzetten

    Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet terwijl de EPG wordt opgeladen. Het L300 Go-systeem aan- en uitzetten U schakelt het L300 Go-systeem in door eenmaal te drukken op de aan/uit-knop op de onderbeen-EPG en/ of dij-EPG. Het systeem komt in de gereedstatus. Alle indicatorlampjes lichten enkele seconden op terwijl het systeem een zelftest uitvoert.
  • Pagina 25: De Stimulatie-Intensiteit Aanpassen Met Behulp Van De Bedieningseenheid

    Wanneer de loop- of trainingsmodus wordt geactiveerd, is het intensiteitsniveau van de stimulatie in eerste instantie altijd '5'. Dit niveau wordt ingesteld door uw specialist. Normaal hoeven patiënten de stimulatie-intensiteit niet af te stellen behalve wanneer ze op andere oppervlakken of in andere schoenen lopen. Hoofdstuk 4: Het L300 Go-systeem...
  • Pagina 26: Audio- En Vibratiefeedback Wijzigen Met Behulp Van De Bedieningseenheid

    Audio- en vibratiefeedback wijzigen met behulp van de bedieningseenheid De EPG kan tijdens de stimulatie feedback geven via geluid en vibratie. De audio- en vibratiefeedback wordt ingesteld in de Bioness Clinician Programmer-app. Als de audiofeedback tijdens stimulatie is ingeschakeld, kan de patiënt deze uitschakelen met de bedieningseenheid.
  • Pagina 27: Stimulatie Uitschakelen Met Behulp Van De Bedieningseenheid En Epg

    Opmerking: Wanneer op de stimulatieknop op de EPG wordt gedrukt om stimulatie uit te schakelen, komen de EPG('s) in de gereedstatus in de gebruiksmodus die het laatst is geselecteerd. Als nogmaals op de stimulatieknop wordt gedrukt, activeert de EPG stimulatie in de laatste gebruiksmodus die was geselecteerd voordat stimulatie werd uitgeschakeld. Hoofdstuk 4: Het L300 Go-systeem...
  • Pagina 28 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 29: Hoofdstuk 5: L300 Go Clinician Kit, Onderdelen En Accessoires En Programmer

    L300 Go Clinician Kit, onderdelen en accessoires en Programmer De L300 Go Clinician Kit bevat de onderdelen en accessoires die nodig zijn voor het aanmeten van het L300 Go-systeem op een patiënt. De Bioness Clinician Programmer-tablet wordt gebruikt voor het programmeren van het L300 Go-systeem.
  • Pagina 30: L300 Go-Onderdelen En -Accessoires

    L300 Go-onderdelen en -accessoires Opmerking: Niet alle onderdelen en accessoires die hieronder worden genoemd, zijn inbegrepen bij de L300 Go Clinician Kit. Quick Fit-elektrode Sturende stoffen elektrode Kleine Quick Fit-elektrode - A (rechter) (rechter) Kleine Quick Fit-elektrode - B Hydrogelelektroden Set hydrogelelektrodehouders, 45 mm...
  • Pagina 31: Bioness Clinician Programmer

    Banden van onderbeenmanchet Bandafdekkingen Voetsensorpads Testapparaat Fittingkabel (optioneel) Bioness Clinician Programmer • Bioness Clinician Programmer-tablet met stylus • Bioness Clinician Programmer-app -dongle • Bluetooth ® • Bioness Clinician Programmer-oplader Hoofdstuk 5: L300 Go Clinician Kit, onderdelen en accessoires en Programmer...
  • Pagina 32 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 33: Hoofdstuk 6: Beschrijving Van Hulpmiddelen Voor Aanmeten En Testen

    Hoofdstuk Beschrijving van hulpmiddelen voor aanmeten en testen Banden van onderbeenmanchet De onderbeenmanchetband wordt gebruikt om de onderbeenmanchet op zijn plaats op het been te houden. De band voor de onderbeenmanchet is van elastiek en wordt om het been en de EPG-houder bevestigd. Zie afbeelding 6-1.
  • Pagina 34: Persoonlijke Bandafdekking (Onderbeenmanchet)

    Kleine onderbeenmanchet Manchetbandmaat Beenomtrek Extra Extra Small (XXS) 21-26 cm Extra Small (XS) 25-31 cm Tabel 6-1: Maattabel voor de band voor de onderbeenmanchet. Haak- en lusbevestigingen Bandgeleiders Afbeelding 6-2: Band van onderbeenmanchet bevestigd aan normale onderbeenmanchet Persoonlijke bandafdekking (onderbeenmanchet) De persoonlijke bandafdekking schuift over de onderbeenmanchetband heen en wordt gebruikt als hygiënische afdekking wanneer de onderbeenmanchet door meerdere patiënten wordt gebruikt.
  • Pagina 35: Persoonlijke Inzetstukken (Onderbeenmanchet)

    Persoonlijke inzetstukken (onderbeenmanchet) Het persoonlijke inzetstuk is een verwijderbare binnenvoering voor de onderbeenmanchet voor gebruik in de kliniek wanneer de onderbeenmanchet wordt gebruikt door meerdere patiënten. Het persoonlijke inzetstuk is verkrijgbaar in de maten klein en normaal, en ook in een rechter- en linkerconfiguratie. Het normale persoonlijke inzetstuk wordt gebruikt met de normale onderbeenmanchet en heeft vier knoopsgaten.
  • Pagina 36: Elektrodehouders

    3. Berg het persoonlijke inzetstuk en de elektroden op voor de volgende sessie van de patiënt. Opmerking: Wanneer de patiënt terugkomt naar de kliniek voor een vervolgonderzoek, klikt u het persoonlijke inzetstuk (met de elektrodehouders en elektroden bevestigd) in de contactgaten van de binnenvoering van de onderbeenmanchet.
  • Pagina 37: Elektroden

    De elektroden verzenden een elektrisch signaal van de EPG naar de doelzenuw en er zijn vier typen elektroden voor gebruik met de onderbeenmanchet. Let op: De elektroden mogen niet voor meer dan één patiënt worden gebruikt. De L300 Go-elektroden zijn alleen bedoeld voor gebruik door één patiënt, om kruisbesmetting te voorkomen. Alleen de hydrogelelektroden hebben een vervaldatum, dus controleer vóór gebruik eerst of de vervaldatum niet binnen de gebruiksperiode...
  • Pagina 38 De volgende elektroden kunnen worden gebruikt met de kleine onderbeenmanchet: (Zie afbeelding 6-9) • Kleine Quick Fit-elektrode - A • Kleine Quick Fit-elektrode - B • Kleine ronde stoffen elektrode, 36 mm • Kleine L300 hydrogelelektroden (alleen gebruikt voor het aanmeten) Zijde tegen de huid Wordt bevestigd aan de kleine onderbeenmanchet...
  • Pagina 39: Afdekplaatjes Voor Draden

    Afdekplaatjes voor draden De afdekplaatjes voor draden worden gebruikt om de draden en drukkers van de elektrodehouders af te dekken wanneer ze aan de onderbeenmanchet bevestigd zijn. De afdekplaatjes voor draden worden gebruikt voor patiënten die hydrogelelektroden of stoffen elektroden gebruiken. Zie afbeelding 6-10. Afdekplaatje voor draden Afbeelding 6-10: Onderbeenmanchet met afdekplaatjes voor draden Drukkers...
  • Pagina 40: Fittingkabel

    Fittingkabel De fittingkabel wordt gebruikt om de drukkers van de elektrodehouder elektrisch aan te sluiten op de contactgaten van de onderbeenmanchet tijdens het aanmeten. Zie afbeelding 6-12. De fittingkabel wordt gebruikt met de hydrogelelektroden of ronde stoffen elektroden tijdens de eerste passessie. Afbeelding 6-12: Fittingkabel bevestigd aan de onderbeenmanchet en elektrodehouders Persoonlijke bandafdekkingen (dijmanchet) De persoonlijke bandafdekkingen schuiven over de twee dijmanchetbanden heen en worden gebruikt als...
  • Pagina 41: Stoffen Dij-Elektroden

    Zie afbeelding 6-14. De dij-elektroden worden op de proximale en distale inzetstukken van de dijmanchet vastgeklikt. Let op: Gebruik uitsluitend de elektroden die zijn geleverd door Bioness. Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet zonder dat de elektroden zijn bevestigd op de dijmanchet. Afbeelding 6-14: Stoffen dij-elektroden Voetsensorpads De voetsensorpad wordt gebruikt om de druksensor van de voetsensor aan de binnenkant van de schoen vast te maken.
  • Pagina 42: Testapparaat

    Testapparaat Het testapparaat wordt gebruikt om te verifiëren dat stimulatie wordt toegediend. Er wordt getest of er een probleem is met de verbinding in de onderbeenmanchet, de dijmanchet of de EPG. Het testapparaat geeft audiofeedback als deze wordt verbonden met de onderbeenmanchet, de dijmanchet of de EPG en er stimulatie wordt toegediend.
  • Pagina 43: Hoofdstuk 7: Door De Bioness Clinician Programmer-App Navigeren

    Low Energy) ® ® om te communiceren met het L300 Go-systeem. De Bioness Clinician Programmer-app wordt in de instelling gebruikt voor patiëntprogrammering. De Bioness Clinician Programmer-app biedt de specialist de mogelijkheid om de activiteitenlogbestanden van de patiënt op te halen.
  • Pagina 44: Navigatiebalk

    Afbeelding 7-3: Navigatiebalk op het programmeerscherm Wanneer de Bioness Clinician Programmer-app is gekoppeld aan het L300 Go-systeem van een patiënt, wordt de naam van de patiënt vermeld in het veld Patiëntnetwerk met een oranje kader. Het pictogram van het actieve scherm is ook oranje.
  • Pagina 45: Scherm Programmeerinstellingen

    Wanneer de Bioness Clinician Programmer-app niet is gekoppeld aan het L300 Go-systeem van een patiënt, is het veld Patiëntnetwerk leeg en wordt het pictogram van het actieve scherm blauw weergegeven. Pictogram Programma- Pictogram Uitloggen/ Veld Patiëntnetwerk Koppelingsstatusknop Pictogram Patiëntdashboard instellingen Instellingen Pictogram Patiëntendatabase...
  • Pagina 46: Loopscherm

    Afbeelding 7-6: Parameterscherm waarop Geavanceerde instellingen worden weergegeven Afbeelding 7-7: Parameterscherm waarop Geavanceerde parameters worden weergegeven Loopscherm Het Loopscherm wordt gebruikt voor het programmeren van loopmodusinstellingen. Zie afbeelding 7-8. Op dit scherm wordt ook de instellingen voor audio- en vibratie-feedback tijdens stimulatie opgegeven. U opent dit scherm door op het pictogram Loopscherm te tikken.
  • Pagina 47 Afbeelding 7-8: Loopscherm Afbeelding 7-9: Fietstrainingscherm Afbeelding 7-10: Trainingsscherm Hoofdstuk 7: Door de Bioness Clinician Programmer-app navigeren...
  • Pagina 48: Patiëntdashboardscherm

    Patiëntdashboardscherm Op het Patiëntdashboardscherm kan de specialist alle relevante informatie over een specifieke patiënt bekijken, inclusief een geschiedenis van de sessie-instellingen, gegevenslogboeken en notities. Zie afbeelding 7-11. U opent het Patiëntdashboardscherm door te drukken op het pictogram Patiëntdashboard in de navigatiebalk. Zie afbeelding 7-4.
  • Pagina 49: Looptest Tien Meter

    Looptest tien meter De Bioness Clinician Programmer-app ondersteunt de looptest van tien meter, waarbij de loopsnelheid van de patiënt wordt gemeten in meters per seconde over een vaste afstand. Aan de hand van deze test kan de specialist de ambulante categorie instellen, evenals het risico op vallen. Er zijn twee algemene methoden voor het uitvoeren van een looptest van tien meter.
  • Pagina 50: Scherm Uitloggen/Instellingen

    9. U kunt het resultaat exporteren door te drukken op de knop Exporteren op het scherm Eerdere test. Scherm Uitloggen/Instellingen Het scherm Uitloggen/Instellingen wordt gebruikt om bij de Bioness Clinician Programmer-app uit te loggen en de app te sluiten. Afbeelding 7-13: Scherm Uitloggen/Instellingen...
  • Pagina 51: De Fabrieksinstellingen Van Een Epg Herstellen

    (bijvoorbeeld een kleine manchet voor het rechteronderbeen). 2. Koppel de kleine manchet voor het rechteronderbeen aan de Bioness Clinician Programmer-app alsof dit een manchet is voor het linkeronderbeen is en laat dit synchroniseren.
  • Pagina 52: Informatiescherm

    Applicatie-instellingen. Het informatiescherm biedt informatie over de functies die beschikbaar zijn op de schermen van de Bioness Clinician Programmer-app. Het informatiescherm is een dynamisch scherm. Dit betekent dat de inhoud afhankelijk is van het scherm waarop het informatiescherm wordt geopend.
  • Pagina 53: Hoofdstuk 8: De Manchet Bij De Patiënt Aanmeten

    Controleer de huid van de patiënt altijd op tekenen van irritatie voordat u de onderbeen- en/of de dijmanchet aanmeet. Wanneer er sprake is van irritatie, wacht u tot dit volledig is genezen voordat het L300 Go-systeem in gebruik wordt genomen. Voor een optimale stimulatie moet de huid onder de manchet schoon en gezond zijn.
  • Pagina 54: De Hydrogelelektroden En Elektrodehouders Bevestigen

    5. Druk stevig om de Quick Fit-elektrode op de onderbeenmanchet vast te klikken. 6. De onderbeenmanchet omdoen 7. Pas de stimulatie-instellingen aan om de gewenste dorsiflexie te verkrijgen. Afbeelding 8-1: De Quick Fit-elektrode aanmeten (Quick Fit-elektrode en onderbeenmanchet worden getoond) De hydrogelelektroden en elektrodehouders bevestigen Let op: De hydrogelelektroden mogen niet voor meer dan één patiënt worden gebruikt.
  • Pagina 55: De Fittingkabel Aansluiten

    5. Voor patiënten die de kleine onderbeenmanchet gebruiken, klikt u de drukkerzijde van de elektroden in de kleine elektrodehouders. 6. Verwijder de grote afdekkingen (met het Bioness-logo) van de elektroden en bewaar deze. (Dek de hydrogelelektroden altijd af wanneer u de elektroden niet gebruikt. Zorg ervoor dat het Bioness-logo op de afdekking omhoog wijst.)
  • Pagina 56: Kant-En-Klare Instellingen

    U kunt deze standaard parameterinstellingen desgewenst gebruiken als de instellingen voor het L300 Go-systeem van de patiënt. Druk op de knop Selecteren om de modus voor kant-en-klare instellingen te verlaten. Als u andere parameterinstellingen wilt, kunt u deze programmeren in de Bioness Clinician Programmer-app.
  • Pagina 57: Het Effect Van Een Plaatsverandering Testen

    De spierelektrode kan ook worden verplaatst om dorsiflexie in evenwicht te brengen. Plaats de spierelektrode anterius om eversie van de voet te verminderen of posterolateraal om eversie te verhogen. Vermijd stimulatie rechtstreeks boven de tibiale schacht daar dit oncomfortabel en minder effectief kan zijn. Het effect van een plaatsverandering testen 1.
  • Pagina 58 Afbeelding 8-5: De locator onder de patella plaatsen. 7. Houd de onderbeenmanchet open, laat de onderkant van de manchet zakken en laat alleen de voorkant van de manchet in aanraking komen met het voorste oppervlak van de tibia. Wikkel de uiteinden van de onderbeenmanchet daarna om het been heen om de elektrodehouders te 'vangen'.
  • Pagina 59: De Onderbeenmanchet Omdoen

    Afbeelding 8-7: De onderbeenmanchet met gevangen elektrodehouders verwijderen De onderbeenmanchet omdoen De onderbeenmanchet omdoen: 1. Veeg het been af met lauw water. 2. Laat de patiënt zitten en de knie uitstrekken zodat de patella duidelijk zichtbaar is. Gebruik zo nodig een voetsteun.
  • Pagina 60: Elektrodeplaatsing Opnieuw Testen: Terwijl De Patiënt Zit En Staat

    Elektrodeplaatsing opnieuw testen: terwijl de patiënt zit en staat Elektrodeplaatsing opnieuw testen: 1. Druk op het aan/uit-knopje op de onderbeen-EPG. De EPG vibreert en geeft een geluidssignaal wanneer hij wordt aangezet. 2. Houd de stimulatieknop op de onderbeen-EPG ten minste tien seconden ingedrukt. De EPG levert stimulatie tot de stimulatieknop wordt losgelaten.
  • Pagina 61: De Ronde Stoffen Elektroden Aanmeten

    De ronde stoffen elektroden aanmeten De ronde stoffen elektrodehouders aanmeten: (Zie afbeelding 8-10) 1. Zorg dat de EPG is uitgeschakeld en verwijder dan de onderbeenmanchet van het been van de patiënt. 2. Markeer de plaats van de hydrogelelektrodehouders op de voering van de manchet. 3.
  • Pagina 62: De Sturende Elektrode Aanmeten

    4. Doe de onderbeenmanchet om en verifieer dat de gewenste dorsiflexie wordt bereikt. Optimaliseer zo nodig de stimulatie-instellingen en de plaats van de stoffen elektroden. Afbeelding 8-11: De ronde stoffen elektrode aanmeten De sturende elektrode aanmeten De sturende elektrode wordt gebruikt met de onderbeenmanchet en biedt de specialist de mogelijkheid om de mediale en laterale stimulatie-intensiteit aan te passen.
  • Pagina 63: De Voetsensor Aanbrengen

    De voetsensor aanbrengen De voetsensor is een optioneel onderdeel van het L300 Go-systeem. De specialist bepaalt of een patiënt een voetsensor nodig heeft. Let op: De loopsensor is niet gevalideerd voor gebruik door personen die meer dan 136 kg wegen.
  • Pagina 64: De Onderbeenmanchet Afdoen

    5. Dek zo nodig de draden van de elektrodehouder en de drukkers af met de afdekplaatjes. Zorg ervoor dat de draden goed onder de afdekplaatjes zitten. Opmerking: Zorg dat u patiënten die het L300 Go-systeem thuis gaan gebruiken, instrueert om de huid te laten ademen door de onderbeenmanchet om de 3 tot 4 uur ten minste 15 minuten te verwijderen.
  • Pagina 65: De Dijmanchet Omdoen

    Voor proximaal inzetstuk Voor distaal inzetstuk Afbeelding 8-15: Stoffen dij-elektroden De stoffen dij-elektroden aanmeten: (Zie afbeelding 8-16) 1. Zorg dat de dij-EPG is uitgeschakeld. 2. Maakt de dij-elektroden volledig nat met water. Druk de stoffen dij-elektroden voorzichtig samen. 3. Verwijder met een doek het overtollige water van de drukkerkant van de dij-elektroden. 4.
  • Pagina 66 4. Plaats de dijmanchetlocator op de middellijn van de dij, circa drie vingerbreedten proximaal vanaf de patella voor stimulatie van de quadriceps of vanaf de knieholte voor stimulatie van de hamstrings. Zie afbeelding 8-17. Afbeelding 8-17: Correcte positie van de dijmanchetlocator (links op quadricepspositie, rechts op hamstringpositie) 5.
  • Pagina 67: De Positie Van De Dijmanchet Testen: Terwijl De Patiënt Zit En Staat

    (om schimmelgroei te voorkomen). Opmerking: Zorg dat u patiënten die het L300 Go-systeem thuis gaan gebruiken, instrueert om de huid te laten ademen door de dijmanchet om de 3 tot 4 uur ten minste 15 minuten te verwijderen.
  • Pagina 68 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 69: Hoofdstuk 9: Programmeren Voor De Patiënt

    Programmeren voor de patiënt Voordat u het L300 Go-systeem gaat programmeren, moet u zorgen dat de elektroden en de manchet goed op de patiënt zijn geplaatst en dat de patiënt zit. Raadpleeg het hoofdstuk 'De manchet bij de patiënt aanmeten' in deze handleiding voor meer informatie.
  • Pagina 70: Een Nieuw Patiëntprofiel Aanmaken

    EPG is geladen. Een nieuw patiëntprofiel aanmaken Een nieuw patiëntprofiel aanmaken: 1. Zorg dat een L300 Go-systeem is gekoppeld met de Bioness Clinician Programmer-app. 2. Druk op het scherm Patiëntendatabase op het pictogram Nieuwe patiënt toevoegen. Zie afbeelding 9-2. Pictogram Nieuw patiënt toevoegen...
  • Pagina 71: Een Patiëntprofiel Uploaden Naar Het L300 Go-Systeem

    5. Er verschijnt een venster met de tekst: "X,X is op de programmeur geladen". Druk op de knop OK. Stimulatie-instellingen programmeren Wanneer de Bioness Clinician Programmer-app is gekoppeld aan een L300 Go-systeem en een patiënt is geüpload naar het patiëntnetwerk, kan de specialist de stimulatie-instellingen gaan programmeren.
  • Pagina 72: Geavanceerde Stimulatie-Instellingen Programmeren

    Deze veiligheidsfunctie is nuttig wanneer een patiënt zit of ligt en het been met daarop het L300 Go-systeem in de lucht is en de loopmodus van het systeem actief is. Het beperkt de duur van de stimulatie. U past de maximumduur van de stimulatie aan door te drukken op de pijlen.
  • Pagina 73: Instellingen Programmeren Op Het Scherm Geavanceerde Parameters

    Geavanceerde Definitie stimulatieparameter Wanneer de Bioness Clinician Programmer-app is verbonden met een systeem waarbij een voetsensor wordt gebruikt. De voetsensor wordt ingeschakeld. Gebruik de vervolgkeuzelijst om het volgende te selecteren: Contra-laterale versus Zelfde zijde. Voetsensor Vak Voetsensor vereist: wanneer dit niet is ingeschakeld, wordt de back- upfunctie voor bewegingsdetectie ingeschakeld.
  • Pagina 74: Loopinstellingen Programmeren

    Loopinstellingen programmeren Loopinstellingen programmeren: 1. Zorg dat de patiënt staat. 2. Druk op het Parameterscherm op het pictogram Loopscherm 3. Het scherm Loopinstellingen wordt geopend. Zie afbeelding 9-6. Stimulatieknop Testknop Afbeelding 9-6: Stimulatie programmeren, scherm Loopinstellingen 4. Pas de instellingen aan voor Stijgingstijd, Daaltijd, Verlengen, Vertraagd en Intensiteit. Zie tabel 9-3. Loopparameters Definitie De tijd, in seconden, die nodig is voor de stimulatie om van nul tot...
  • Pagina 75: Fietstraininginstellingen Programmeren

    Loopparameters Definitie De kracht van de elektrische stimulatie. Waarden zijn van 0 tot 100 mA. De eerste waarde die wordt weergegeven op de intensiteitsbalk is het niveau dat is vastgesteld bij het configureren van de Intensiteit stimulatie-instellingen. In de loopmodus kunnen wijzigingen aan het intensiteitsniveau worden aangebracht en deze blijven behouden in de trainingmodus tenzij u 'Specifiek intensiteitsniveau inschakelen voor trainingmodus' hebt geactiveerd in het venster Traininginstellingen.
  • Pagina 76 12. Instrueer de patiënt om de voet van de getroffen kant te plaatsen boven de krukas of op de 12 uur-positie. 13. Als de patiënt het L300 Go-systeem tweezijdig gebruikt, plaatst u de pedalen boven- en onderaan de krukas. Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 77: Trainingsinstellingen Programmeren

    Opmerking: Afhankelijk van de startpositie van de voet van de patiënt in fietstrainingmodus, kan het L300-algoritme voor bewegingsdetectie de stimulatie vertragen met drie rotaties van de krukas voordat stimulatie wordt geactiveerd. 14. Druk op de Stimulatieknop om de instelling op te slaan en stimulatie in te schakelen. De stimulatie reageert op fietsactiviteit die door de met de EPG geïntegreerde bewegingssensor wordt gedetecteerd.
  • Pagina 78 Afbeelding 9-9: Stimulatie programmeren, scherm Trainingsinstellingen 3. Stel Tijd aan, Tijd uit, Stijgingstijd, Daaltijd, Totale tijd en Intensiteit af. Zie tabel 9-5. 4. Als een andere stimulatie-intensiteit gewenst is dan is ingesteld voor de loopintensiteit, schakelt u het vak in naast Specifieke trainingsintensiteit inschakelen. Pas dan het intensiteitsniveau van de stimulatie aan. 5.
  • Pagina 79: Instellingen Voor Audio- En Vibratiefeedback Wijzigen Met De Bioness Clinician

    Instellingen voor audio- en vibratiefeedback wijzigen met de Bioness Clinician Programmer-app De schermen Loopinstellingen, Fietstraininginstellingen en Trainingsinstellingen van Stimulatie programmeren bevatten een audio-feedbackpictogram en een vibratiefeedbackpictogram. Met deze pictogrammen kunt u audio- en vibratie-feedback tijdens stimulatie inschakelen of uitschakelen. De pictogrammen op het scherm Loopinstellingen regelen de audio- en vibratiefeedback wanneer de EPG in loopmodus staat.
  • Pagina 80 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 81: Hoofdstuk 10: Training Van De Patiënt

    Specialisten en patiënten dienen de beperkingen, waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen in verband met het L300 Go-systeem te weten. Specialisten dienen de veiligheidsinformatie met patiënten door te nemen en patiënten te trainen in het instellen, bedienen en onderhouden van het systeem. Patiënten moeten de displays en indicatoren van het systeem, evenals oplossingen voor problemen, begrijpen.
  • Pagina 82 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 83: Hoofdstuk 11: Onderhoud En Reiniging

    Onderhoud en reiniging Opladen Laad de Bioness Clinician Programmer-tablet dagelijks op. De batterijen van de onderbeen-EPG en dij-EPG moeten ook dagelijks worden opgeladen. Instructies voor hat laden van de EPG vindt u in de sectie 'Het L300 Go-systeem laden' in deze handleiding.
  • Pagina 84: De Epg-Batterij Onderhouden

    Raadpleeg de technische specificaties in deze handleiding voor de juiste bedrijfs- en opslagcondities. Bij een correct onderhoud kan een EPG-batterij een aantal jaren meegaan. Neem voor ondersteuning contact op met de Bioness Client Support Department via 800.211.9136, optie 3, (voor de VS en Canada) of uw lokale distributeur.
  • Pagina 85: De Quick Fit-Elektroden Vervangen

    De Quick Fit-elektroden vervangen De Quick Fit-elektroden moeten minimaal om de twee weken worden vervangen, of eerder als ze versleten zijn. Let op: Gebruik uitsluitend de elektroden die zijn geleverd door Bioness. Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet zonder elektroden.
  • Pagina 86: De Sturende Elektroden Vervangen

    De sturende elektroden vervangen De sturende elektroden moeten minimaal om de twee weken worden vervangen, of eerder als ze versleten zijn. Let op: Gebruik uitsluitend de elektroden die zijn geleverd door Bioness. Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet zonder elektroden.
  • Pagina 87: De Ronde Stoffen Elektroden Vervangen

    De stoffen elektroden moeten minimaal om de twee weken worden vervangen, of eerder als ze versleten zijn. Let op: Gebruik uitsluitend door Bioness geleverde stoffen elektroden. Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet zonder elektroden. De ronde stoffen elektroden vervangen: 1.
  • Pagina 88: De Hydrogelelektroden Vervangen

    Afbeelding 11-7: De hydrogelelektroden vervangen Bewaar de afdekkingen om de elektroden te beschermen wanneer ze niet worden gebruikt. Zorg er bij het terugzetten van de afdekkingen voor dat het Bioness-logo omhoog wijst. Als de elektrodegel opdroogt, gebruikt u een nieuwe elektrodeset.
  • Pagina 89: De Elektrodehouders Vervangen

    De elektrodehouders vervangen Afhankelijk van het gebruik kan het nodig zijn de elektrodehouders na één jaar van gebruik te vervangen. De elektrodehouders vervangen: 1. Verwijder de draadafdekkingen en markeer de positie van de gebruikte elektrodehouders op de voering van de manchet met een permanente viltstift. Zie afbeelding 11-8. 2.
  • Pagina 90: De Stoffen Dij-Elektroden Vervangen

    De dij-elektroden moeten minimaal om de twee weken worden vervangen, of eerder als ze beschadigd zijn. Let op: Gebruik uitsluitend de elektroden die zijn geleverd door Bioness. Let op: Gebruik het L300 Go-systeem niet zonder dat de elektroden zijn bevestigd. De stoffen dij-elektroden vervangen: (Zie afbeelding 11-11) 1.
  • Pagina 91: De Epg Verwijderen

    De EPG verwijderen Verwijder de onderbeen-EPG en dij-EPG alleen voor onderhoud en om de onderbeenmanchet en/of dijmanchet te reinigen. De EPG verwijderen: 1. Zorg dat de EPG is uitgeschakeld. 2. Trek de bovenkant van de EPG bij de houder vandaan. 3.
  • Pagina 92: De Onderdelen Van Het L300 Go-Systeem Reinigen

    De elektrische onderdelen zijn niet waterbestendig. Dompel ze niet onder in water. De onderbeenmanchet reinigen De onderbeenmanchet is het enige onderdeel dat in water kan worden ondergedompeld. Bioness raadt aan de onderbeenmanchet te reinigen wanneer u de elektroden vervangt.
  • Pagina 93: De Onderdelen Van Het L300 Go-Systeem Ontsmetten

    6. Leg de banden in de schaduw om te drogen. U kunt de onderdelen desgewenst voor een circulerende koudeluchtventilator leggen. Gebruik voor het drogen geen heteluchtdroger of andere hittebron. De onderdelen van het L300 Go-systeem ontsmetten De dijmanchet ontsmetten De plastic onderdelen van de dijmanchet kunnen worden ontsmet met een combinatie van CaviWipes , volgens ™...
  • Pagina 94: De Koffers Voor De Systeemkit En Clinician Kit Ontsmetten

    De koffers voor de systeemkit en Clinician Kit ontsmetten De koffers van de L300 Go-systeemkit (optioneel onderdeel, wordt apart verkocht) en Clincian Kit mogen worden gereinigd en licht ontsmet met 70% isopropylalcohol (IPA) volgens de instructies hieronder: 1. Veeg de volledige buitenkant van de koffer van de kit af met een doekje dat verzadigd is met 70% IPA.
  • Pagina 95: Hoofdstuk 12: Vervangende Onderdelen Koppelen

    Hoofdstuk Vervangende onderdelen koppelen De onderdelen van het L300 Go-systeem moeten elektronisch met elkaar worden gekoppeld om draadloos te kunnen communiceren. De EPG en bedieningseenheid in de systeemkit zijn al gekoppeld. Wanneer een patiënt een voetsensor gebruikt, moet tijdens een passessie de voetsensor worden gekoppeld met de andere onderdelen.
  • Pagina 96: Een Bestaande Bedieningseenheid Koppelen Met Een Andere Epg

    5. Wanneer u een dijmanchet voor de dij gebruikt, houdt u de plusknop en minknop op de dij-EPG tegelijk ingedrukt. De EPG schakelt naar koppelingsmodus en het EPG-statuslampje wordt afwisselend groen, geel en rood. 6. Wanneer de koppeling tot stand is gebracht, gaat het statuslampje van de EPG groen knipperen. De verbonden EPG wordt weergegeven op het display van de bedieningseenheid.
  • Pagina 97: Hoofdstuk 13: Probleemoplossing

    EPG. Het testapparaat geeft audiofeedback als deze wordt verbonden met de onderbeenmanchet en/of de dijmanchet. Audio-feedback wordt geleverd wanneer er stimulatie wordt toegepast met de Bioness Clinician Programmer-app, de EPG, de voetsensor of de bedieningseenheid. Zie afbeelding 13-1 en 13-2 voor het plaatsen van het testapparaat.
  • Pagina 98: Beschrijvingen Van Foutcodes

    Beschrijvingen van foutcodes Wanneer in het L300 Go-systeem een fout optreedt, geeft de EPG een geluidssignaal af en gaat het statuslampje op de EPG rood knipperen. Het LCD-display van de bedieningseenheid toont een knipperende foutindicator en een knipperende numerieke indicator die de foutcode aangeeft. Raadpleeg tabel 13-1 voor beschrijvingen en oplossingen voor foutcodes.
  • Pagina 99: Veelgestelde Vragen

    Vervang alle versleten of beschadigde elektroden of elektrodehouders. Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging' in deze handleiding. Wat als de enkel van de patiënt niet beweegt (of de voet niet goed wordt opgetild), terwijl het L300 Go- systeem geen fouten aangeeft? •...
  • Pagina 100 • Test de plaatsing van de onderbeenmanchet door de stimulatieknop op de EPG gedurende minstens vijf seconden ingedrukt te houden. De EPG levert stimulatie tot de stimulatieknop wordt losgelaten. Hoe komt het dat de knie van de patiënt niet naar wens beweegt, terwijl het L300 Go-systeem geen fouten aangeeft? •...
  • Pagina 101: Hoofdstuk 14: Technische Specificaties

    Hoofdstuk Technische specificaties Specificaties van de bedieningseenheid Classificatie Intern aangedreven, continu bedrijf met toegepaste onderdelen type BF Bedrijfsmodi Lopen, training en specialist Batterijtype Lithiumknoopcelbatterij, CR2032, 3 V, 240 mAh • Selectieknop: voor het selecteren van een EPG • Modusknop: voor het selecteren van een gebruiksmodus •...
  • Pagina 102 EPG-specificaties Classificatie Intern aangedreven, continu bedrijf met toegepaste onderdelen type BF Batterijtype Oplaadbare lithium-ion batterij, 3,7 V, 1000 mAh • Aan/uit-knop: voor het uit-/inschakelen van het systeem • Stimulatieknop: om stimulatie aan en uit te zetten Bedieningen • Minus- en plusknop: om de intensiteit van de stimulatie te verhogen of te verlagen •...
  • Pagina 103 Symmetrisch Positieve impulsduur (μsec) Negatieve impulsduur (μsec) Interfase-interval 50, 100, 200 (µsec) Totale impulsduur voor interface-interval van 50 µsec Asymmetrisch Positieve impulsduur (μsec) Negatieve impulsduur (μsec) Interfase-interval 20, 50, 100, 200 (µsec) Totale impulsduur voor interface-interval 1050 1250 van 50 µsec Max.
  • Pagina 104 Fietstrainingparameters Stijgingstijd Niet aanpasbaar. Vooraf ingesteld op 0 seconden. Daaltijd Niet aanpasbaar. Vooraf ingesteld op 0 seconden. Max. duur van Niet aanpasbaar. Vooraf ingesteld op 2 seconden. de stimulatie Aanvangstijd EPG-waarschuwing Onjuiste stimulatie Vertraging tot waarschuwing < 5 sec Communicatiefout Vertraging tot waarschuwing <...
  • Pagina 105 IP52 Bescherming tegen: • Stof • Druppelend water wanneer gekanteld tot 15° Mate van bescherming tegen binnendringen van Effectief tegen: water/objecten • Binnendringen van stof wordt niet volledig voorkomen, maar stof zal niet in een zodanige hoeveelheid binnenkomen dat de apparatuur niet meer naar tevredenheid werkt.
  • Pagina 106 • USB 1: 2,1 A Stroom • USB 2: 1,0 A Opmerking: Gebruik het L300 Go-systeem niet terwijl het wordt opgeladen. Draag de onderbeen- of dijmanchet niet terwijl deze wordt opgeladen. Specificaties van elektroden en elektrodehouders: onderbeenmanchet • Twee hydrogelelektroden met een diameter van 45 mm, oppervlaktegebied van 15,8 cm •...
  • Pagina 107 \28,2 cm Specificaties van stoffen elektroden voor dijmanchet Niet-geweven stof Materiaal Opmerking: Gebruik uitsluitend door Bioness Inc geleverde elektroden. • Proximaal ovaal: 130 mm x 75 mm Afmetingen • Distaal ovaal: 120 mm x 63 mm Hoofdstuk 14 - Technische specificaties...
  • Pagina 108 Handleiding voor de specialist...
  • Pagina 109: Hoofdstuk 15: Informatie Over Draadloze Werking

    Voldoet aan IEC 60601-1-2 Voldoet aan IEC 60601-2-10 • Kwaliteit van service: Het L300 Go-systeem is ontworpen en getest voor een reactietijd van 10-100 ms vertraging, afhankelijk van de systeemconfiguratie na de detectie van een hielgebeurtenis. • Storing bij draadloze communicatie: Het L300 Go-systeem is ontworpen en getest om geen...
  • Pagina 110: Informatie Over Elektromagnetische Compatibiliteit (Emg)

    Richtlijnen en verklaring van de fabrikant: elektromagnetische emissies Het L300 Go-systeem is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving die hieronder wordt gespecificeerd. De klant of gebruiker van het L300 Go-systeem moet ervoor zorgen dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
  • Pagina 111 Elektromagnetische immuniteit voor alle apparatuur en systemen Het L300 Go-systeem is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving die hieronder wordt gespecificeerd. De klant of gebruiker van het L300 Go-systeem moet ervoor zorgen dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
  • Pagina 112 Richtlijnen en verklaring van de fabrikant—Elektromagnetische immuniteit Het L300 Go-systeem is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving die hieronder wordt gespecificeerd. De klant of gebruiker van het L300 Go-systeem moet ervoor zorgen dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
  • Pagina 113: Hoofdstuk 16: Netwerkbescherming, Beveiliging En Privacy

    De beveiliging van Bioness-producten is een belangrijke factor bij de bescherming van informatie en systemen tegen externe en interne bedreigingen. Daarom moeten klanten de verantwoordelijkheid nemen voor het in stand houden van een veilige IT-omgeving die voldoet aan de algemene IT-normen. Bioness raadt klanten aan de volgende industriestandaarden te implementeren: •...
  • Pagina 114 Bioness Inc. 25103 Rye Canyon Loop Valencia, CA 91355, VS Telefoon: 800.211.9136 E-mail: info@bioness.com Website: www.bioness.com Bioness Europe B.V. Stationsweg 41 3331 LR Zwijndrecht, Nederland Telefoon: +31.78.625.6088 E-mail: international@nl.bioness.com Website: www.bioness.com 2797 MEDISCHE APPARATUUR VOOR DE TOEPASSING VAN STROOM/ENERGIE MET BETREKKING TOT ©2021 Bioness Inc.

Inhoudsopgave