WAAR U OP MOET LETTEN
• Selecteer een ander opnameprogramma dan [
1 Open met (
2 Selecteer met (
[
Belichting] en druk op
• De huidige belichting wordt vergrendeld.
• Op het scherm verschijnen de indicator
voor instelling van de belichting
en de neutrale waarde "±0".
• Het instelbereik en de lengte van de indicator van de
belichtingsinstelling hangen af van de aanvankelijke helderheid van
het beeld.
• De helderheid van het beeld kan veranderen als u de zoom bedient.
3 Stel met (
verberg met (
• De indicator van de belichtingsinstelling verandert in wit en de
geselecteerde belichting wordt vergrendeld.
• Druk tijdens belichtingsvergrendeling tweemaal op
terugkeren naar automatische belichting.
OPMERKINGEN
• Als u tijdens belichtingsvergrendeling een ander opnameprogramma
kiest, keert de camcorder terug naar automatische belichting.
Handmatige scherpstelling
Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet goed bij de
onderwerpen hieronder. Stel in een dergelijk geval handmatig scherp.
• Reflecterende oppervlakken
• Onderwerpen met weinig
contrast of zonder verticale
lijnen
Bedieningsstanden:
54
Video
) de joystickaanduiding.
) de optie
) de helderheid van het beeld naar wens bij, en
) vervolgens de joystickaanduiding.
.
• Snel bewegende onderwerpen
• Opnamen via natte ramen
• Nachtscènes
Vuurwerk].
Belichting
als u wilt