13.1 INTERMODE
3 6 toont de toe te wijzen ID aan de eenheden
950N2 op het netwerk.
Het systeem bestaat uit een eenheid Master en
maximaal 14 Slave-eenheden. 950N2 De Master
is de enige eenheid waarop de bedrijfsmodus moet
worden ingesteld, die vervolgens ook wordt toegepast
op alle Slaves.
L
L
In INTERMODE is het niet mogelijk om de bedrijfsmo-
dus van een enkele eenheid te wijzigen.
950N2 De Master moet geprogrammeerd zijn met ID1,
de Slave-eenheden met ID van 2 tot 14.
950N2
MASTER
ID=1
950N2
13.2 INTERLOCK
3 7 toont de toe te wijzen ID aan de eenheden
950N2 op het netwerk.
Een willekeurige van de twee eenheden moet gede-
finieerd worden als Master, de andere als Slave. In
INTERLOCK kan een deur pas openen wanneer de
andere gesloten is; hieronder volgen de beschikbare
varianten.
Bij het koppelen van de modus PARTIELE aan de
INTERLOCK, wordt alleen de Master-vleugel geopend.
L
950N2
950N2
Interlock MASTER
SLAVE
ID=1
ID=2
950N2
SLAVE
ID=3
950N2
SLAVE
ID=15
36
53
L
Voer de verbinding van de eenheden uit, de program-
mering en de Setup van de afzonderlijke 950N2
alvorens de INTERLOCK te configureren
met KP EVO.
Voor de activering van deINTERLOCK moet
geselecteerd worden op de Master.
950N2
Interlock SLAVE
ID=3
37
5322191 - RevA