6.5 AANSLUITING VEILIGHEIDSSENSOREN
- De ingangen van de I/O-kaart, waarop de sensoren
moeten worden aangesloten, moeten als beveili-
gingen geconfigureerd worden (opening of sluiting
afhankelijk van de noodzaak), met NC-contact en
geactiveerde TEST
- Een uitgang moet geconfigureerd worden als TEST
- Raadpleeg de instructies van de sensor voor de
elektrische aansluiting
AANSLUITING XPB ON EN XPB SCAN
De voorbeelden tonen een paar sensoren XPB ON
(16) ef XPB SCAN ( 17) die onderling verbonden
zijn in de modus master/slave, gebruikt als veiligheids-
voorzieningen tijdens de sluiting (A) en de opening (B).
De sensor A is aangesloten op de ingang 13 (geconfi-
gureerd als beveiliging tijdens sluiting met NC-contact
en geactiveerde TEST).
De sensor B is aangesloten op de ingang 14 (geconfi-
gureerd als beveiliging tijdens opening met NC-con-
tact en geactiveerde TEST).
De uitgang OUT2 is geconfigureerd als TEST met
NC-contact.
De DIP switch 1 van elke sensor definieert de monta-
gezijde (1 8):
ON = zijde opening
OFF = zijde sluiting
ON
ON
1 2 3 4
1 2 3 4
B
950N2
ON
1 2 3 4
A
VEILIGHEID SLUITING
VEILIGHEID OPENING
groen
bruin
geel
wit
(B)
roze
(A)
paars
rood
blauw
VEILIGHEID SLUITING
VEILIGHEID OPENING
ON
1 2 3 4
groen
bruin
geel
(B)
wit
roze
grijs
(A)
rood
blauw
18
29
■ XPB ON
J4
13
14
15
16
17
18
19
COM
J6
■ XPB SCAN
J4
13
14
15
16
17
18
COM
19
J6
5322191 - RevA
24 25 26
26 26 26
16
24 25 26
26 26 26
17