Alarm (optie)
Alarmsysteem
Wanneer het alarm is ingeschakeld, worden
alle beveiligde onderdelen continu gecontro-
leerd. Het alarm gaat af, als:
• de motorkap wordt geopend;
• de achterklep wordt geopend;
• een van de zijportieren wordt geopend;
• het contactslot wordt omgedraaid met
een verkeerde sleutel of wordt gemanipu-
leerd;
• er een beweging in de passagiersruimte
wordt waargenomen (op auto's met een
bewegingsmelder, optie op bepaalde
markten);
• de auto wordt opgetakeld of weggesleept
(op auto's met een niveausensor, optie op
bepaalde markten);
• de accukabel wordt ontkoppeld;
• iemand de sirene probeert los te
koppelen.
Alarm inschakelen
Druk op de knop LOCK van de afstandsbe-
diening. De richtingaanwijzers van de auto
geven een lang lichtsignaal af ter bevestiging
dat het alarm is ingeschakeld en dat alle
portieren zijn gesloten. In bepaalde landen
kunt u het alarm inschakelen met de sleutel of
met de knop op het bestuurdersportier.
Alarm uitschakelen
Druk op de knop UNLOCK van de afstands-
bediening. De richtingaanwijzers van de auto
geven twee korte lichtsignalen af ter beves-
tiging dat het alarm is uitgeschakeld. In
bepaalde landen kunt u het alarm ook met de
sleutel uitschakelen.
Automatische inschakeling van
het alarm
Als u de portieren of de achterklep niet
binnen twee minuten na uitschakeling van het
alarm opent wanneer u de auto via de
afstandsbediening hebt ontgrendeld, wordt
het alarm automatisch weer ingeschakeld. De
auto wordt bovendien vergrendeld. Deze
functie voorkomt dat u de auto onbedoeld
kunt achterlaten zonder het alarm in te
schakelen.
In bepaalde landen (zoals in België, Israël
e.d.) wordt het alarm na enige vertraging
automatisch weer ingeschakeld, wanneer het
bestuurdersportier werd geopend en
gesloten maar daarna niet werd vergrendeld.
Geactiveerd alarm uitschakelen
Om het alarm uit te schakelen wanneer het
eenmaal is afgegaan, moet u op de knop
UNLOCK van de afstandsbediening drukken.
De richtingaanwijzers van de auto geven ter
bevestiging twee korte lichtsignalen af.
Sloten en alarm
Geluidssignalen, alarm
Een sirene met reservebatterij geeft de
geluidssignalen voor het alarm af. De geluids-
signalen duren telkens 25 seconden.
Lichtsignalen, alarm
Wanneer het alarm afgaat, gaan alle richtin-
gaanwijzers 5 minuten lang knipperen of
korter wanneer u het alarm volgens de boven-
staande aanwijzingen eerder uitschakelt.
107