GEBRUIK VAN DE MAAIMACHINE
1.48
1.48
Bedieningsorganen maaidek (elektrische
bediening)
De afstandbediening van de maaidekken is uitgerust
met een algemene bedieningsschakelaar en drie
afzonderlijke hefschakelaars.
N
Algemene bedieningsschakelaar: Duw de algemene
A
bedieningsschakelaar (A) weg om alle maaidekken
tegelijk neer te laten en trek de schakelaar terug om ze
allemaal tegelijk op te tillen.
Opmerking: Deze functie werkt alleen bij maaidekken
waarvan de afzonderlijke bedieningsschakelaars in de
stand 'omlaag/maaien' staan.
De maaidekaandrijving wordt snel uitgeschakeld
als u de maaidekken tilt met de algemene
bedieningsschakelaar of deze in de neutraalstand zet.
Als u de algemene bedieningsschakelaar gebruikt om de
maaidekken neer te laten wordt de maaidekaandrijving
ingeschakeld op ongeveer 300 - 400 mm boven de
grond.
Raadpleeg pagina 1.13 om de verschillende
bedieningsorganen te identificeren.
Hefschakelaars: Duw de hefschakelaars van u weg
om de maaidekken afzonderlijk neer te laten. De
maaidekaandrijving wordt ingeschakeld op ongeveer
N
N
N
300 - 400 mm boven de grond.
Trek de hefschakelaars naar u toe om de maaidekken
afzonderlijk op te tillen.
B
C
D
Opmerking: De hefschakelaars werken alleen als de
algemene bedieningsschakelaar (A) zich in de stand
'omlaag/maaien' bevindt.
Algemene schakelaar A bedient alle maaidekken.
Hefschakelaar B bedient het linkermaaidek.
Hefschakelaar C bedient de drie/vijf middelste
maaidekken.
Hefschakelaar D bedient het rechtermaaidek.