Installatie (vervolg)
De AR-koppeling met vaste flens monteren
11
10
9
8
1.
Aandrijfas
2.
Aandrijfspie
3.
Aandrijvingsnaaf
4.
Draadring
5.
Pompnaaf
6.
Pompspie
7.
Kopas
8.
Zeskantmoer
9.
Draadring
10. Uitlijnring
11. Moerbout
1.
Demonteer de koppeling:
a) Controleer of alle onderdelen schoon zijn en er geen vuil in bewerkte holten of registers zit.
b) Plaats de aandrijfspie op de spiebaan in de aandrijfas en schuif de aandrijvingsnaaf op de
c) Plaats de naaf zodanig dat het asuiteinde met schroefdraad voldoende bloot ligt om hulzen met
d) Schroef de draadring op de aandrijfas totdat de ring voorbij het uiteinde van de as komt tussen
2.
Plaats de pompspie op de spiebaan in de pompas en schuif de aandrijvingsnaaf op de aandrijfas.
Plaats de naaf zodanig dat het asuiteinde met schroefdraad zichtbaar is.
3.
Schroef de draadring op de aandrijfas totdat de ring voorbij het uiteinde van de as komt tussen 1,52
mm en 2,29 mm.
4.
Schuif de pompnaaf in de richting van de draadring totdat de draadring zich helemaal in het register in
de naaf bevindt.
42
3
4
aandrijfas.
schroefdraad op het asuiteinde te kunnen monteren.
Om de montage te vergemakkelijken, kunt u de wielnaaf tijdelijk in deze stand vastmaken met tape
of een touw.
1,52 mm en 2,29 mm.
Op die manier komen de uiteinden van de aandrijfas en de pompas niet tegen elkaar wanneer de
koppeling volledig is gemonteerd.
1
2
5
6
7
Model VIC Installatie, bediening en onderhoud