4. VERVANGEN VAN DE PROCESEENHEID (Vervolg)
8
Pak de gekleurde handgreep boven op de
1
proceseenheid vast, verwijder de proceseenheid uit
de copier.
2
3
9
Voer de gebruikte proceseenheid op de juiste manier
af. Lever deze in bij uw leverencier.
10
Open de verpakking en neem de nieuwe
4
proceseenheid eruit.
11
Trek aan het lipje om de afdicht tape uit de
proceseenheid te verwijderen.
5
Important
• Raak nooit de fotogeleidingsdrum (het groene oppervlak)
van de proceseenheid aan. Indien het oppervlak smerig is of
6
voorzien van krasjes, zal dit de kwaliteit van de kopieën
nadelig beïnvloeden.
• Stel de fotogeleidingsdrum van de proceseenheid niet bloot
aan licht gedurende meer dan 3 minuten. Indien de
proceseenheid ergens buiten de copier wordt neergelegd,
7
zorg er dan voor dat deze wordt afgedekt met bijv. een doek
of een stuk papier, enz.
12
Breng de nieuwe proceseenheid volledig in de copier
aan. Installeer de toner cartridge vervolgens in
8
omgekeerde volgorde.
• Houd de proceseenheid altijd vast aan de gekleurde
handgreep. Raak het groene oppervlak van de drum niet
9
aan. Leg de proceseenheid niet buiten de copier
gedurende een langere tijd.
10
13
Beweeg, na het aanbrengen van de toner cartridge,
de reinigingsgreep voor de corona van de
proceseenheid meerdere malen naar binnen en
11
buiten om de corona te reinigen.
12
14
Sluit de deuren die gedurende deze procedure zijn
geopend en vergrendel de eenheid voor het
dubbelzijdig kopiëren (indien gemonteerd).
7-10
WANNEER DE GRAFISCHE SYMBOLEN KNIPPEREN