Onderhoud
1. Kantelstang
2.
Probeer alle trim- en kantelbekrachti-
gingsschakelaars op de afstandsbedie-
ning en op de onderbak van de motor
(als er daar zijn)uit om te controleren of
ze allemaal werken.
3.
Kantel de buitenboordmotor naar boven
en controleer of de trim-en-kantelstang
volledig uitgetrokken is.
4.
Controleer of de trim-en-kantelstang
geen sporen van roest of andere gebre-
ken vertoont.
5.
Kantel de buitenboordmotor naar bene-
den. Ga na of de trim-en-kantelstang
probleemloos werkt.
NOTA:
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als er iets ab-
normaal verloopt.
DMU29171
De propeller controleren
DWM00321
WAARSCHUWING
U kan ernstig gewond raken als de motor
per ongeluk start wanneer u in de buurt
van de propeller bent.
Haal de bougiedoppen van de bougies
G
alvorens de propeller te controleren, te
verwijderen of te installeren. Zet boven-
dien de schakelinrichting in neutraal,
zet de hoofdschakelaar op "
64
verwijder de sleutel en verwijder de
streng van de motorstopschakelaar.
Zet de accuschakelaar uit als uw boot
daarmee is uitgerust.
Hou de propeller niet met uw hand vast
G
wanneer u de propellermoer los- of
vastdraait. Steek een houten blok tus-
sen de anticavitatieplaat en de propel-
ler om de propeller niet te laten draaien.
Controlepunten
Controleer elk van de propellerbladen op
G
slijtage, erosie door cavitatie of ventilatie
of andere schade.
Controleer de propelleras op schade.
G
Controleer de spiebanen / breekpen of slij-
G
tage of schade.
Controleer of er geen vislijnen rond de pro-
G
pelleras zijn verstrengeld.
" (off),
ZMU02059
ZMU01897