9
Stationsinstellingen
Richtlijnen voor gebruik van het scherm Stationconfiguratie
Zorg er voordat u het scherm Stationconfiguratie gebruikt voor dat u geïnstalleerd
gereedschap heeft geselecteerd in het scherm Speciale instellingen (Instellingen >
Wachtwoord > Speciale instellingen). De geselecteerde geïnstalleerde gereedschappen
bepalen de processen die in het snijsysteem worden gebruikt. Zie Plasma-instelling op
pagina 171 voor meer informatie over de processen Plasma 1 en Plasma 2.
Wanneer u de Sensor THC gebruikt voor een lifter, zorg er dan voor dat u lifter in dit scherm
selecteert. Parameters voor toortshoogteregeling specifiek voor deze lifter worden
weergegeven in het scherm Proces, zodat u de snijprestaties kunt optimaliseren.
Voordat de Sensor THC beschikbaar is in het scherm Stationconfiguratie,
moet u deze als toortshoogteregeling selecteren in het scherm
Machine-instellingen (Instellingen > Wachtwoord > Machine-instellingen).
U moet ook de Sensor THC aan een as toewijzen.
Selecteer het proces dat wordt gebruikt door het gereedschap op het station. Bijvoorbeeld:
voor Plasma 1 kunt u HPR selecteren. Deze selectie stelt de snijtabellen beschikbaar voor
het proces.
Voor zuurstofgassystemen hoeft GEEN selectie te worden gemaakt in het
scherm Stationconfiguratie. Zuurstofgassnijtabellen worden beschikbaar
nadat u Zuurstofgas hebt geselecteerd als geïnstalleerd gereedschap en
zuurstofgassnijtabellen inschakelen hebt gekozen in het scherm Speciale
instellingen (Instellingen > Wachtwoord > Speciale instellingen).
Gebruik de schermtoetsen om het scherm Stationconfiguratie te openen voor
Stations 1 – 2, 3 – 4, 5 – 6 en 7 – 8.
Gebruik de schermtoets Alles resetten om alle instellingen voor alle stations weer
in te stellen op Geen.
Zie Plasma-instelling op pagina 171 voor meer informatie over het gebruik
van het scherm Stationconfiguratie bij een snijsysteem met meerdere
stations.
Conflictproces
Een conflictproces is een fouttoestand die een programma in pauze zet of verhindert dat een
programma kan worden geladen. Een conflictproces doet zich voor, wanneer de snijmodus niet
overeenkomt met het proces dat (of de processen die) beschikbaar is/zijn voor een actief
snijstation. De functie conflictproces in Phoenix vergelijkt de geselecteerde snijmodus met de
processen die zijn toegewezen aan elk actief station en zoekt een overeenkomst. Dit gebeurt
automatisch nadat u Start kiest op de controller. Een station is actief wanneer de ermee verbonden
uitgang Station inschakelen led actief is.
Als de snijmodus bijvoorbeeld Plasma 1 is, dan vereisen alle actieve snijstations een
Plasma 1-proces of het programma zal pauzeren met een foutmelding conflictproces.
De functie conflictproces zorgt ervoor dat verschillende gereedschappen niet kunnen werken als
hun beide stations per ongeluk door de operator aan zijn gelaten. Conflictproces is van toepassing
op alle processen behalve zuurstofgas.
164
809345
Handleiding voor installatie en configuratie
EDGE Connect