Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Amazone AMAZONEN-WERKE AD-2 Gebruikershandleiding pagina 49

Inhoudsopgave

Advertenties

10.3
AFWIJKINGENTUSSEN
AFDRAAIPROEFEN
UITZAAIHOEVEELHEID
I)c meestvoorkomende
oorzaak voor afwrjkrngen tussen afdraarproef en uitzaaihoeveelheid IS de
veranderlng 111 doorstromrngssnelheld
van het zaad trjdens het urtzaaien
Deze verandenngen
In doorstromrngssnelherd
ontstaan
meestal door reaktie van het
ontsrnt~ttlngsmiddel op weers-invloeden. zoals temperatuur. luchtvochtrgheid of skp.
%ulke verarideringen in stroomsnelherd van het zaad werken brzonder sterk blj siecht ingestelde
bodemkleppen ult. BIJ tever openstaande bodemkleppen kan het dan gemakkeiijk tot ongekontro-
Ieerde extra doorstromlng van zaad trjdens het uitzaaien komen. speciaal wanneer deze door
bt~stuurdctrs-stot~?n, die bij de afdraaiproef niet optreden, begunstigd wordt. De basis-instelling van
A> hnJ~~~~lnnnon
dien+
mpn
nd
nn rcu-wlm~t~rw
afstar&n
t- knnlr&ren
Daartoe
vindt
IJ een
\ii-, U"U~,IIIl\l~~~bI,
u1%,111 rll",.
"VI.
"fd "'r
-....-..
~-
-._.
rLiuwkeurigc beschrilving onder pnt.33
i'
Aangroeringen
van ontsmettingsmrddelen
op de bodemkleppen
en zaai-raden. kunnen de
doorstroming van het raad. en daarmee de uitzaaihoeveelheid
eveneens bewloeden.
Daarorn IS het zinvol. de afdraaiproef
na 2 a 3 zaadkastvullingen
te herhalen, wanneer de
ontsmettrngsmrddel-aangroelrngen
opde bodemkleppen ende zaairaden heeft vastgezet. Er heeft
LIC~ dan een gelrjkgewichts-toestand
IngesteId en de uitzaaihoeveelheid
verander1 daarna niet
nreer
:j
Daar rich he! loopwiel op de zaaiklare grond minder dikwijls draait als bq gelijke rijstrook op een
v&te rrlbaan dient men blj het vaststellen van het aantal wiel-omwentelrngen ervan ult gaan. dat
het loopwiei op het land 5% Slip heeft. Dit IS een ervartngswaarde, die in meerdere gevallen, julst
Op zeer I~chtc: en losse grond kan de slip van het loopwiel echter ook hoger worden Op zeer vaste en
kluttigc grond kan de Slip minder zrjn dan 5% Daann kunnen eventueel de oorzaken liggen, dat er
,lfwrjkrngen ontstaan tussen afdraaiproef en uitzaai-hoeveelheld.
In drt geval IS noodzakelijk, het aantal
WIHI ornw~~ritt~linger, voor de afdraarproef opnreuw vast te stellen.
t-liertoc? meet men op het land 250 rn2 af Dat komt overeen bij een machrne met:
- .- -~
--.
2 50 m. werkbreedte
::
100.0 m ri]StrOOk
3.00 r-n. werkbreedte
--
1
83.3 m. rijstrook
4.00 m werkbreedte
=-
62.5 m rtjstrook
1-M ;~antal wiclomwentelrngen wordt door het afnjden van de
wic?lornw~tritellngen wordt nu de afdraarproef uitgevoerd
gemeten ri]StrOOk geteld.
dit aan tal
47

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave