Obligaties
Obligatieberekeningen, hoofdzakelijk berekeningen van prijs en opbrengst, worden uitgevoerd
met twee toetsen,
]
weergeven. Met
obligatieberekeningen kunt u alleen de vereiste gegevens voor de berekeningen invoeren.
Tabel 1-26 Toetsen voor obligatieberekeningen
Toetsen
]Oj
]Û
]Ô
]Ñ
]Î
]Ë
]È
]Å
]Â
]¾
]°
Welke prijs betaalt u op 28 april 2010 voor een 6,75% schatkistbon uit de Verenigde Staten met
vervaldatum op 4 juni 2020, als u een opbrengst wilt hebben van 4,75%? Ga er daarbij vanuit
dat de obligatie is berekend op een halfjaarlijkse couponbetaling op actual/actual-basis.
Als SEMI niet wordt weergegeven, drukt u op
te selecteren.
Als D.MY wordt weergegeven, drukt u op
14
In vogelvlucht...
]Ñ
]Ô
en
. Met deze toetsen kunt u gegevens invoeren en resultaten
Û
kunt u een resultaat berekenen. Met de andere toetsen voor
Beschrijving
Hiermee wist u het obligatiegeheugen.
Hiermee berekent u alleen opgebouwde rente.
Opbrengst % tot vervaldatum of opbrengst %
tot vervaldatum voor aangegeven prijs.
Prijs per 100,00 nominale waarde voor een
aangegeven opbrengst.
Coupontarief opgeslagen als een jaarlijks %.
Vervalwaarde. De callwaarde is standaard
ingesteld per 100,00 nominale waarde.
Een obligatie heeft bij de vervaldatum een
callwaarde van 100% van de nominale waarde.
Datumnotatie. Hiermee schakelt u tussen
de indelingen dag-maand-jaar (dd.mmyyyy)
en maand-dag-jaar (mm.ddyyyy).
Dagtelkalender. Hiermee schakelt u tussen
de kalenders Actual (365 dagen) en 360 (30
dagen per maand/360 dagen per jaar).
Obligatiecoupon (betaling). Hiermee schakelt u
tussen halfjaarlijkse en jaarlijkse betaalschema's.
Vereffeningsdatum. Hiermee laat u de huidige
vereffeningsdatum weergeven.
Verloopdatum of vervaldatum. De calldatum moet
overeenkomen met een coupondatum. Hiermee
laat u de huidige vervaldatum weergeven.
]Â
om halfjaarlijkse couponbetaling
]È
om de indeling M.DY te selecteren.