Instellen van de tijdas
Langs de horizontale as van een oscilloscoop wordt de meettijd uitgezet.
De meettijd is bepaald door het aantal meetpunten en de snelheid waar-
mee gemeten wordt.
Instellen van de samplefrequentie
De samplefrequentie bepaalt de snelheid waarmee het instrument sam-
ples neemt van het ingangssignaal.
De samplefrequentie kan op twee manieren worden ingesteld: via een
menu of met behulp van functietoetsen.
Open het Tijdbasis menu en kies de optie Samplefrequentie om de sam-
plefrequentie via het menu te veranderen. Een nieuw menu verschijnt,
met alle mogelijke frequenties en de daarbij behorende maximale meettij-
den (bij de huidige recordlengte en een pretriggerwaarde van 0%). Het
Tijdbasismenu kan ook opgeroepen worden door met de rechter muis-
knop op de tijdas te drukken.
De laatste keuze is Zelf instellen... Hiermee wordt een dialoog opgeroe-
pen waarin een zelf gedefinieerde waarde voor de samplefrequentie kan
worden ingevoerd (binnen de hardware limieten). Als gevolg van de
manier waarop de samplefrequentie in de hardware opgewekt wordt,
zijn niet alle waarden mogelijk. Als een ongeldige waarde wordt ingevuld,
zal de dichtstbijzijnde geldige waarde worden ingesteld.
De volgende toetsen kunnen gebruikt worden om de samplefrequentie
in te stellen:
<
>
F3
<
>
F4
Opmerking
De oscilloscoop
Zet de samplefrequentie 1 stand langzamer
Zet de samplefrequentie 1 stand sneller
Omdat de recordlengte, het aantal postsamples en de tijd-
asvergroting vrij instelbaar zijn, is het niet eenvoudig de tijd-
basis in vaste "tijden'per'div" in te stellen. Daarom is er voor
gekozen de samplefrequentie in te stellen.
49