Er zijn twee manieren om dit te bereiken:
Scan mode
Roll mode
Roll mode ziet er veel fraaier uit dan Scan mode, maar is ook veel trager.
Bij Roll mode zal de software veel sneller de hardware niet meer kunnen
bijhouden dan bij Scan mode.
Instellen van de Scroll mode gaat via het Meetwijze menu. Kies hieruit
Scroll mode en selecteer de gewenste mode.
Signalen vergelijken met behulp van de referentiekanalen
Om er voor te zorgen dat de software tijdens het meten de hardware
langer bij kan houden kunnen referentiekanalen tijdens het meten auto-
matisch uitgeschakeld worden en na de meting weer aangezet worden.
Open het Referenties menu en kies Toon referenties tijdens het meten om
dit in te stellen.
Wanneer voor de de keuze Toon referenties tijdens het meten een vinkje
staat, worden referenties die aan staan, tijdens het meten weergegeven,
op dezelfde manier als de gewone signalen. Wanneer er geen vinkje voor
de keuze staat worden de ingeschakelde referenties voor het meten
uitgeschakeld en na het meten weer ingeschakeld.
Metingen met de cursors verrichten
Zoals in de oscilloscoop heeft de transiënt recorder een paar kruisdraden
om metingen aan de weergegeven signalen mee te verrichten.
De kruisdraden in de transiënt recorder werken net zo als de kruisdraden
in de oscilloscoop, zie voor een uitleg over de kruisdraden in het hoofd-
stuk over de oscilloscoop.
De transiënt recorder
Wanneer het schem vol is, wordt de record view offset
"een heel scherm" aangepast, zodat het scherm leeg wordt
en het weer vanaf de linker kant gevuld wordt.
Wanneer het scherm vol is, wordt de record view offset
"één sample" aangepast, zodat er aan de rechterkant van het
scherm ruimte voor één nieuw sample ontstaat. Dit her-
haalt zich bij ieder nieuw sample.
97