Installeren
Handmatige motorstarters
Zorg voor driefasespanning voor elektrische ventilatoren
die vaak vereist zijn voor grotere motoren. De spanning
voor de starters wordt geleverd via de belastingzijde van
een aanwezige contactgever, stroomonderbreker of
werkschakelaar. De spanning is beveiligd met een zekering
vóór elke motorstarter, en is uitgeschakeld wanneer de
spanning naar de frequentieomvormer is uitgeschakeld.
Maximaal twee starters zijn toegestaan (slechts één als een
op 30 A afgezekerd circuit is besteld). Geïntegreerd in het
veiligestopcircuit van de frequentieomvormer.
De eenheid biedt de volgende functies:
•
Bedieningsschakelaar (aan/uit)
•
Kortsluit- en overbelastingsbeveiliging met
testfunctie
•
Handmatige resetfunctie
Op 30 A afgezekerde voedingsklemmen
•
Driefasespanning die overeenkomt met de
inkomende netspanning voor het aansluiten van
ondersteunende apparatuur van de klant
•
Niet beschikbaar wanneer twee handmatige
motorstarters zijn geselecteerd
•
Klemmen zijn uitgeschakeld wanneer de ingangs-
spanning naar de omvormer is uitgeschakeld
•
Spanning voor de klemmen met zekering wordt
geleverd via de belastingzijde van een aanwezige
contactgever, stroomonderbreker of werkscha-
kelaar.
24 V DC-voeding
•
5 A, 120 W, 24 V DC
•
Beveiligd tegen overstroom aan de uitgang,
overbelasting, kortsluiting en overtemperatuur
•
Voor het leveren van spanning voor
ondersteunende apparatuur van de klant, zoals
PLC I/O, contactgevers, temperatuurvoelers,
indicatielampjes en/of andere elektronische
hardware.
•
Diagnostiek door middel van onder meer een
droog DC OK-contact, een groene DC OK-led en
een rode overbelastingsled
Externe temperatuurbewaking
Bedoeld voor het bewaken van de temperatuur van
externe systeemcomponenten, zoals de motorwikkelingen
en/of lagers. Inclusief acht universele ingangsmodules plus
twee specifieke thermistoringangsmodules. Alle tien
modules zijn geïntegreerd in het veiligestopcircuit van de
frequentieomvormer en kunnen worden bewaakt via een
veldbusnetwerk (hiervoor is het nodig om een
afzonderlijke module/buskoppeling aan te schaffen).
Universele ingangen (8)
Signaaltypen:
VLT Automation Low Harmonic Drive Bedieningshandleiding
MG34O210 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
•
RTD-ingangen (inclusief Pt100), 3-draads of 4-
draads
•
Thermokoppel
•
Analoge stroom of analoge spanning
Extra functies:
•
Eén universele uitgang, te configureren voor
analoge spanning of analoge stroom
•
Twee uitgangsrelais (NO)
•
Dubbellijns LC-display en leddiagnostiek
•
Detectie van gebroken sensordraden, kortsluiting
en onjuiste polariteit
•
Interfacesetupsoftware
Specifieke thermistoringangen (2)
Kenmerken:
•
Elke module kan maximaal zes thermistoren in
serie bewaken
•
Foutdiagnostiek voor draadbreuk of kortsluiting
van de sensordraden
•
ATEX/UL/CSA-certificering
•
Indien nodig kan in een derde thermistoruitgang
worden voorzien door middel van de PTC-
thermistoroptiekaart, MCB 112.
4.6 Elektrische installatie
4.6.1 Voedingsaansluitingen
Bekabeling en zekeringen
NB
Kabels algemeen
Alle kabels moeten voldoen aan de nationale en lokale
voorschriften ten aanzien van kabeldoorsneden en
omgevingstemperatuur. Voor UL-toepassingen zijn 75 °C
koperen geleiders vereist. Voor frequentieomvormers in
niet-UL-toepassingen kunnen 75 of 90 °C koperen
geleiders worden gebruikt.
De voedingskabels moeten worden aangesloten zoals in
onderstaand schema is aangegeven. De dwarsdoorsnede
van de kabels moet worden gekozen in overeenstemming
met de nominale stroom en lokale voorschriften. Zie 8.1.1
Kabellengte en dwarsdoorsnede: voor meer informatie.
Om de frequentieomvormer te beschermen, moeten de
aanbevolen zekeringen worden gebruikt, tenzij de eenheid
is uitgerust met ingebouwde zekeringen. De aanbevolen
zekeringen zijn te vinden in de tabellen in de sectie
Zekeringen. Zorg er altijd voor dat de juiste zekeringen
worden gebruikt in overeenstemming met lokale
voorschriften.
4
4
31