10.2.1
Aanbevelingen voor werkzaamheden op de wendakker
Om nauwkeurig aan veldgrenzen en -randen te
kunnen werken, is het belangrijk dat de rijpaden
correct worden aangelegd. Het eerste rijpad
(Afb. 42/T1) wordt doorgaans op halve rijpadaf-
stand tot de veldrand aangelegd. Op dezelfde
manier wordt een dergelijk rijpad op de wendak-
ker aangelegd..
Omdat kunstmeststrooiers de mest ook naar
achteren verspreiden, moet voor een exacte
verdeling op de wendakker het volgende in
acht worden genomen:
Open resp. sluit de schuif bij het heen (rijpaden
T1, T2, etc.) en terug rijden (rijpaden T3, etc.) op
verschillende afstanden tot de veldrand.
•
Open de sluitschuif na het inrijden van het
rijpad bij punt P1 (Afb. 43), als de strooi-
schijven afstand X van het rijpad van de
wendakker zijn verwijderd.
ο
X = 1 werkbreedte
bij werkbreedten > 18 m.
ο
X = 1,5 werkbreedte
bij werkbreedten < 18 m.
•
Sluit de schuif vóór het verlaten van het
rijpad bij punt P2 Afb. 43), als de strooi-
schijven zich ter hoogte van het eerste rij-
pad van de wendakker bevinden
De beschreven werkwijze voorkomt
mestverliezen, te veel of te weinig
bemesting en is dus een milieuvrien-
delijke werkwijze.
ZA-M BAG0005.7 11.13
Afb. 44
Afb. 45
Werken met de machine
81